Inleiding Preventie & Interventie
Week 1: Introductie Preventie en Interventie
Hoofdstuk 1: Wat is gezondheid?
Ziekte --> Schadelijke somatische of psychische afwijking van een
organisme waardoor dit organisme minder goed functioneert.
Ziek is een medewerker die door een lichamelijk of geestelijk gebrek
(handicap) niet meer in staat is het werk te doen dat hij geacht wordt te
verrichten.
Delayed-degeneratieve ziekten --> Ziekten die nooit eerder
voorkwamen omdat we dan allang overleden waren (dementie, kanker).
Pathogenese --> Inzicht in het ontstaan van ziekten, de ontwikkeling en
het verloop van een aandoening. ‘Voorkomen is beter dan genezen’.
(Pathogenese lijkt op patholoog en een patholoog zoekt ook naar het
ontstaan).
Salutogenese --> De centrale vraag hierbij is: wat houdt mensen gezond
en wat bevordert de gezondheid?
Er zijn vier niveaus van preventie:
1. Universele preventie --> Richt zich op de gezonde bevolking en
bevordert en beschermt actief de gezondheid van de bevolking.
2. Selectieve preventie --> Richt zich op bevolkingsgroepen met een
verhoogd risico en voorkomt dat personen met een of meerde
risicofactoren voor een bepaalde aandoening daadwerkelijk ziek
worden.
3. Geïndiceerde preventie --> Richt zich op mensen met
beginnende klachten en voorkomt dat beginnende klachten
verergeren tot een aandoening.
4. Zorg gerelateerde preventie --> Richt zich op mensen met een
ziekte of aandoening en voorkomt dat een bestaande aandoening
leidt tot complicaties, beperkingen, een lagere kwaliteit van het
leven of sterfte.
Drie factoren die belangrijk waren om psychisch gezond te blijven/ drie
karaktereigenschappen SOC:
1. Comprehensibility --> Je situatie begrijpen
2. Manageability --> Het gevoel hebben dat jij zelf kan kiezen
3. Meaningfulness --> Zingeving ervaren
,Tegenovergestelde hiervan is:
1. Verwarring
2. Machteloosheid
3. Zinloosheid
Blue zones --> Gebieden in de wereld waar mensen heel oud worden,
zonder chronische ziekten en zonder mentale aftakeling.
Komt door:
- Goed eten --> Vers, gematigd eten.
- Natuurlijk bewegen
- Zingeving --> Zinvol leven.
- Sociale inbedding en ervaren van verbondenheid --> Gevoel van
ergens bijhoren.
Het werken aan de definitie van gezondheid:
- Gezondheid is een toestand van compleet welbevinden, lichamelijk,
psychisch en sociaal, en niet de afwezigheid van ziekten of
gebreken.
- Gezondheid is het vermogen om je aan te passen en je eigen regie
te voeren, in het licht van de sociale, fysieke en emotionele
uitdagingen van het leven.
- Volgens de WHO is gezondheid een dynamische staat van welzijn
gekarakteriseerd door een fysiek, mentaal en sociaal potentieel, dat
tegemoetkomt aan de eisen van het leven evenredig naar leeftijd,
cultuur en persoonlijke verantwoordelijkheid. Als dit potentieel
onvoldoende is om te voldoen aan deze eisen, is er sprake van
ziekte.
- Gezondheid volgens DSM-5-TR --> Psychische stoornissen gaan
gewoonlijk gepaard met significante lijdensdruk en/of beperkingen
in het functioneren en op sociaal of beroepsmatig gebied of bij
andere belangrijke bezigheden.
De zes hoofddimensies van gezondheid:
1. Lichaamsfuncties --> Ik voel me gezond en fit
2. Mentaal welbevinden --> Ik voel me vrolijk
3. Zingeving --> Ik heb vertrouwen in mijn eigen toekomst
4. Kwaliteit van leven --> Ik geniet van mijn leven
5. Meedoen --> Ik heb goed contact met andere mensen
, 6. Dagelijks functioneren --> Ik kan goed voor mijzelf zorgen
Positieve gezondheid is het bevorderen van veerkrachtig en
betekenisvol leven in een gezondheidsbevorderingen omgeving.
Classificaties zijn ADHD, ADD,
Autisme spectrum etc. Een
classificatie zegt niets over een
oorzaak of welke behandeling nodig is en het vertelt niets over de
achtergrond (verwaarlozing, mishandeling, drugs etc.). Als je niet weet
wat de achtergrond is, kun je ook niet bepalen welke behandeling zou
kunnen passen.
Diagnose --> Een nauwkeurige beschrijving van de symptomen, de ernst
en het beloop van psychische klachten of ontwikkelingsstagnatie.
Critical life events, breuklijnen of levensgebeurtenissen:
- Normatief
o Bijbaan, naar de middelbare gaan, uit huis gaan
o Studeren/werken
o Samenwonen/relatie
- Niet normatief
o Verhuizing
o Scheiding
o Overlijden
, Een gezonde leefstijl is geen garantie voor het niet krijgen van ziekte,
maar het verkleint wel het risico op aandoeningen.
BRAVO --> Bewegen, roken, alcohol, voeding en ontspanning
Epidemiologie bestudeert de gezondheidssituatie in een populatie en
kijkt daarbij onder andere naar het voorkomen en de verspreiding van
ziekten binnen en tussen populatie
- Morbiditeit --> Mate van het voorkomen van een specifieke ziekte.
Aantal mensen dat in een bepaalde periode door een ziekte worden
getroffen
- Multimorbiditeit --> Meerdere aandoeningen of ziekten tegelijk
aanwezig
- Moraliteit --> Sterfte in een bepaalde periode.
- Incidentie --> Het aantal personen van een omschreven
bevolkingsgroep, dat gedurende een gegeven tijdsperiode de ziekte
krijgt.
- Prevalentie --> Het aantal personen van een omschreven
bevolkingsgroep, dat op een gegeven tijdstip lijdt aan de ziekte.
- Verloren levensjaren --> Sterfte maal resterende
levensverwachting.
- Verloren levensjaren in goede gezondheid --> Maat die
weergeeft wat bv uitgestelde operaties aan verlies geven.
- Daly --> Maat voor verloren levensjaren plus jaren met
gezondheidsproblemen.
- QALY --> Wordt berekend door de resterende levensjaren van een
patiënt te schatten na een bepaalde behandeling of interventie en
elk jaar te wegen met een quality-of-life score.