100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Staats en maatschappij boek + kennisclips + sociale wetenschappen + arresten blok 1 jaar 1 Inholland €10,68
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Staats en maatschappij boek + kennisclips + sociale wetenschappen + arresten blok 1 jaar 1 Inholland

 0 keer bekeken  0 keer verkocht

Samenvatting van de kennisclips + hoofdstukken die getoetst werden op het tentamen in blok 1 + relevante uitwerkingen arresten. Bevat ook een paar kleine uitwerkingen van een oefententamen. Betreft de arresten rookverbod, pastafari, sundaytimes. spoorwegstaking, avondklok en Harmonisatiewet b...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 72  pagina's

  • 17 januari 2025
  • 72
  • 2024/2025
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (2)
avatar-seller
gvanmoort
Voorbereiding tentamen Staatsrecht
Week 1, De Nederlandse Staat en zijn bewoners.
Kennisclip 1, week 1, Staatsrecht


Het Nederlands recht bestaat uit publiekrecht en privaatrecht.
Privaatrecht = verhoudingen tussen de burgers onderling. En het bevat geen
exclusieve overheidstaken.
Het publiekrecht = de verhouding tussen de overheid en de burgers.
↓↓↓↓↓↓↓↓↓↓↓
Het Staatsrecht regelt de inrichting van de staat en hoe het optreden van de
overheid geregeld is. Ook beschrijft het de grondrechten.


Kennisclip 2, week 1, de kenmerken van een staat:
Het vastleggen van gewoonterecht noemt men codificeren.
In het verdrag van Montevideo moet er aan 4 voorwaarden worden voldaan:
1. Grondgebied
2. gemeenschap op zijn van mensen
3. hoogste gezag door een organisatie
4. erkenning door andere staten  de erkenning is niet meer vereist
tegenwoordig


het grondgebied/territorium = grond, zeewater en luchtruim (territoriale zone
ongeveer 22km)
gemeenschap = mensen die behoren bij een land door afstamming of die op
eigen verzoek de Nederlandse nationaliteit hebben verkregen. Het zijn mensen
met verschillende culturen. De verbondenheid uit zich in symbolen zoals een vlag
of een volkslied.
Gezag = De staat heeft exclusief zeggenschap ver het gehele grondgebied +
alle leden van de gemeenschap + alle vreemdelingen die zich op het
grondgebied bevinden. Het hoogste gezag heeft als enige het recht om geweld te
gebruiken(geweldmonopolie). De staat is verantwoordelijk voor orde en recht.
(algemeen belang)
De staat is 2 begrippen: enerzijds de grond met de bevolking, anderzijds het
gezag ook wel de overheid.
Soevereiniteit = zelfbeschikking. De staat mag zelf bepalen wat er gebeurt
binnen de staat. Zie art .2:1 BW
 de staat is zelfstandig drager van rechten en plichten.

,De Nederlandse staat is een rechtspersoon naar burgerlijk recht. Ook wel
Soeverein.
 (Art. 2: 1 BW)
 De staat is net als een persoon zelfstandig drager van rechten en plichten.
Het kan als staatsmacht optreden in het juridische verkeer in en buiten
Nederland.




Kennisclip 3, week 1, Het Koninkrijk der Nederlanden
 (art. 1 Statuut)
 Het koninkrijk omvat 4 landen:
1. Nederland
2. Aruba
3. Curaçao
4. Sint-Maarten
Dit zijn zelfstandige Staten geworden na de opheffing van de Nederlandse
Antillen (10-10-2010). Hun hebben een eigen bestuur.
Bonaire, Sint-Eustatius en Saba zijn geen zelfstandige staten geworden. In 2010
kregen deze staten de benaming overzeese gemeenten en zijn dus geen
zelfstandige staat.  het zijn openbare lichamen (art. 134 Gw)


In (art. 2 Gw staat dat wie Nederlander is geregeld is in de wet.  Er moet dus
naar een andere wet gekeken worden om te kijken hoe dat zit.  In de rijkswet
voor het Nederlanderschap staat wie dan werkelijk zijn.
Het statuut = een staatsregeling waarin de afspraken zijn vastgelegd over de
onderlinge verhoudingen in het koninkrijk en de samenwerking.
Rijkswet = een wet die geldig/van toepassing is in het gehele koninkrijk.

,Het Nederlanderschap
Burgers die tot het Koninkrijk behoren hebben de Nederlandse nationaliteit. Dit
geeft belangrijke voordelen ten opzichte van vreemdelingen
De rechtsgevolgen van het Nederlanderschap zijn:
1. Nederlanders hebben vrije toegang tot Nederland. (Dit staat nergens
vastgelegd, maar is historisch zo gegroeid.) Nederlanders worden
Nederland niet uitgeze.
2. Het Nederlandse Wetboek van Strafrecht is grotendeels van toepassing op
Nederlanders die zich buiten het Koninkrijk bevinden. Dit is de
exterritoriale werking.
3. De Nederland die in het buitenland vast zit heeft diplomatieke
bescherming. Vertegenwoordigers van Nederland moeten zich inzetten dat
de persoon in kwestie goed wordt behandeld in het buitenland.  Er kan
ook gekeken worden of de straf in Nederland mag worden uitgezeten.
4. Nederlanders worden niet aan andere staten uitgeleverd (overdragen om
berecht te worden) als niet zeker is of ze na hun straf terug mogen naar
Nederland om de straf uit te zitten.
5. Art. 4 GW = actief en passief kiesrecht.
6. Sommige openbare functies mogen alleen door Nederlanders worden
vervuld. VB: burgemeester en rechter. Dit geldt ook voor zogenaamde
vertrouwensfuncties.
7. Nederlanders kunnen aanspraak maken op voorzieningen en of uitkeringen
zoals bijstand, huurtoeslag en kinderbijslag.


Vreemdelingen:
 Een vreemdeling heeft de eerste 6 rechten niet. Recht 7 heeft hij alleen als
hij rechtmatig in Nederland verblijft.
 Een vreemdeling is hij die de Nederlandse nationaliteit niet bezit.
o De staat bepaald zelf hoe iemand de nationaliteit verkrijgt of
verliest.

Hoe wordt je Nederlander?
 Nederlanderschap wordt doorgegeven door de ouders.  Kinderen van een
Nederlandse ouder krijgen de Nederlandse nationaliteit.
o ((100% kaas))
 Dat geldt ook voor kinderen van de 3de generatie.  Dat zijn kinderen van
wie de niet-Nederlandse ouders in het Koninkrijk zijn geboren uit hier
woonachtige vreemdelingen.
 Minderjarigen die geadopteerd worden krijgen de Nederlandse
nationaliteit.
 Vreemdelingen die voldoen aan de voorwaarden kunnen Nederlander
worden door optie.  op het gemeentehuis wordt er een optieverklaring
afgelegd. De burgemeester moet dit goed keuren.
 Is optie geen optie?  verzoek bij IND tot Naturalisatie =
naturalisatietoets/inburgering.  Verstaanbaar zijn in het Nederlands en er
moet enige kennis zijn over gezondheid, verkeer, staatsinrichting etc.

, o Als optie is bevestigd of als de inburgeringstoets is gehaald moet de
vreemdeling een naturalisatieceremonie volgen.
 Er moet een participatietraject worden gevolgd of er moet
een inburgeringsexamen worden gemaakt.
 Een andere nationaliteit wordt gezien als belemmering voor het
Nederlanderschap. Je moet afstand doen van je eigen nationaliteit.  In de
praktijk gaat dit niet altijd. Als Marokkaan kan je geen afstand doen van je
nationaliteit.  Gevolg is een dubbele nationaliteit en een burger heeft
dan rechten in zowel bijv Nederland en Marokko.

Het Nederlanderschap verliezen:
 Wanneer iemand onherroepelijk is veroordeeld voor een misdrijf.
 Maar ook als iemand vrijwillig in krijgsdienst gaat en zich tegen het
Koninkrijk keert.
o In de praktijk geeft dit problemen.  Een burger kan niet
stateloos worden gemaakt. (Internationaal recht)

EU-burgers mogen zich vrij door Europa bewegen (EU-verdrag).


Koppelingsbeginsel vreemdelingen:
 Iemand die de Nederlandse nationaliteit niet bezit en niet rechtmatig in
Nederland verblijft kan geen aanspraak maken op Nederlandse
voorzieningen.
o Het recht op voorzieningen is gekoppeld aan rechtmatig verblijf.
 Voor een kort verblijf in Nederland moet een vreemdeling een visum
aanvragen bij de Nederlandse ambassade in eigen land. (Ambassade =
stukje Nederlands grondgebied in het buitenland waar de Nederlandse
staatsmacht geldig is.)
o Vrije termijn is 3 maanden.
o Iemand die langer wil blijven moet op de ambassade een machtiging
tot voorlopig verblijf aanvragen. Bijv voor studie.
 Vreemdelingen zonder geldig ID of zonder geld voor de terugreis worden
niet toegelaten in Nederland.

Een Nederlander heeft in de EU geen visumplicht en het vrije termijn is dan 6
maanden.


Asielzoekers:
 Andere regels dan voor reguliere vreemdelingen.
 Asielzoekers moeten een verblijfsvergunning aanvragen bij een
aanmeldcentrum.
o Er gaat een voorbereidingsperiode aan vooraf van 6 dagen.
o Daarop volgt een procedure van 8 dagen en dan wordt er gekeken of
iemand Nederland in mag of niet.
o Soms heeft de IND meer tijd nodig en dan geldt er een periode van
soms maanden.
 Veelal gaan de mensen naar een asielzoekerscentra.

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper gvanmoort. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,68. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 59063 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€10,68
  • (0)
In winkelwagen
Toegevoegd