Samenvatting Medische Kennis
Hoofdstuk 2 – Anemie
2.1 Bloedarmoede
Hb gehalte bij een man onder de 8,5 bij een vrouw onder de 7,5. Onder de 5 is er sprake van een
ernstige bloedarmoede. Symptomen zijn vermoeidheid, bleek zijn en duizeligheid.
Hb = Zuurstof bindt zich aan het Hb in de erytrocyten en het bloed vervoert de
zuurstof naar de weefsels.
Oorzaken:
Bloedverlies -> Vrouwen = menstruatie
Oudere mannen en vrouwen = afwijking in het maag-darmkanaal
(maagzweer, ontstekingsziekte, poliep of kanker).
Acuut bloedverlies -> Ongeval, operatie, bevalling.
Onvoldoende vit B12 -> Een gebrek aan vit B12 leidt tot een tekort aan erytrocyten,
hierdoor is het Hb te laag.
Myelodysplastisch syndroom (MDS)
Stamcellen in het beenmerg zorgen voor de aanmaak van bloedcellen, bij mds werken deze niet
goed. Sommige soorten mds kunnen overgaan in leukemie.
Leukemie
Kwaadaardige cellen verdringen normale cellen in het beenmerg. Hierdoor daalt de aanmaak van
gezonde erytrocyten, het gevolg is onder andere anemie.
Nierinsufficiëntie
De nieren maken het hormoon erytropoëtine. Deze stof stimuleert de aanmaak van erytrocyten in het
beenmerg. Wanneer de nieren niet goed werken zorgt een tekort aan erytropoëtine voor anemie. In
de sport wordt erytropoëtine (EPO) misbruikt om het aantal rode bloedcellen te verhogen zodat de
spieren extra zuurstof krijgen.
Anemie bij chronische ziekte
Bij een chronische ziekte is het beenmerg niet goed in staat ijzer te gebruiken, dit kan leiden tot een
licht verlaagd HB.
,Anemie als gevolg van verhoogde afbraak
Een hemolytische anemie (door auto-immuunziekte) kan een rol spelen. De afbraak van rode
bloedcellen neemt toe. Net als bij sikkelcelanemie en thalassemie, deze ziekten komen vaak voor bij
mensen uit andere werelddelen zoals Afrika.
Sikkelcelanemie
Veel erytrocyten hebben de vorm van een C(sikkel). Naast bloedarmoede kunnen de abnormale
cellen bloedvaatjes verstoppen, hierdoor kan bijvoorbeeld het hersenweefsel afsterven. Baby’s
worden bij de geboorte met een hielprik op deze ziekte getest.
2.2 Leukemie
Leukemie is kanker van de leukocyten (witte bloedcellen). De productie van leukocyten en lymfocyten
vindt plaats in het beenmerg en in het lymfatisch systeem (lymfeklieren, milt en lever).
Acute myeloïde leukemie (AML)
Het gaat hierbij om de gewone leukocyten in het beenmerg. Dit komt vooral bij kinderen voor.
Symptomen zijn moeheid, bleekheid, bloedingen(blauwe plekken), hevige menstruaties,
infecties(koorts) en vergrote lymfeklieren.
Acute lymfatische leukemie (ALL)
Kwaadaardige lymfocyten, komt ook vooral bij kinderen voor.
Chronische myeloïde leukemie (CML)
Vooral bij ouderen, ernstiger dan CLL. Er komt veel beenmerg in verdrukking waardoor er weinig
gezonde witte bloedcellen gemaakt worden.
De weerstand kan gevaarlijk laag worden en er kunnen infecties optreden. Ook de vorming van rode
bloedcellen daalt met als gevolg een ernstige anemie. Door de afname van bloedvaatjes kunnen ook
bloedingen ontstaan.
Chronische lymfatische leukemie (CLL)
Komt vooral bij ouderen voor.
,Lymfomen
Een lymfoom is een kwaadaardige ziekte van de lymfocyten in lymfatisch weefsel. Dit weefsel bevindt
zich in de lymfeklieren, milt, lever, beenmerg, darmwand en amandelen.
Ziekte van Hodgkin
Kanker van de lymfocyten. Gezonde cellen in het beenmerg komen in verdrukking met als gevolg
infecties. Symptomen zijn opgezette lymfeklieren, vermoeidheid, koorts, nachtzweten, jeuk en
gewichtsverlies.
Non-Hodgkin-lymfomen
De meeste patiënten met lymfoom hebben een non-Hodgkin. Dit is een verzamelnaam voor alles wat
niet Hodgkin is. Bijvoorbeeld het B-cel en T-cel lymfoom. Symptomen zijn eerst een gezwollen
lymfeklier, verder is het verloop variabel.
2.3 Stollingsstoornissen
Trombocytopenie
Een tekort aan bloedplaatjes. Typische verschijnselen zijn petechiën, purpura, neusbloedingen of
ander bloedverlies.
Trombocytopathie
Het aantal Trombocyten is normaal, maar ze werken niet goed. Dit kan een bijwerking zijn van
geneesmiddelen zoals van zware antistollingsmiddelen, acetylsalicylzuur, NSAID’S, pijnstillers en
antidepressiva. Dit kan tot bloedingen leiden.
Ziekte van Von Willebrand
Meest voorkomende erfelijke afwijking van de bloedstolling. Er is een te kort of afwijking van de Von
Willebrand-factor, een stof die noodzakelijk is voor het functioneren van Trombocyten en
stollingsfactoren.
Hierdoor worden bloedingen veel erger, wanneer iemand een operatie of ingreep moet ondergaan
moet de productie van deze factor gestimuleerd worden zodat er geen ernstig bloedverlies is wat
leidt tot een transfusie. De pil heeft hierop een stimulerende werking waardoor je dan minder
bloedverlies hebt.
Hemofilie
Een erfelijk tekort aan een stollingsfactor. De afwijkende gen bevindt zich op het X-chromosoom.
Hemofilie komt vrijwel alleen bij mannen voor. Vrouwen hebben ook altijd nog een ander X-
chromosoom die wel gezond is. Hoe ernstiger de hemofilie hoe ernstiger de bloedingen ook zijn.
Typerend zijn bloedingen in spieren of gewrichten.
,2.4 Lymfangitis, lymfadenitis en sepsis
Lymfangitis
Ontstoken lymfevat. Lymfe stroomt door de lymfevaten naar de lymfeklieren, wanneer er een wondje
is kunnen er veel bacteriën in het weefsel en de lymfevaten terechtkomen, hierdoor gaat het
ontsteken. Het is erg onschuldig.
Lymfadenitis
Infectie van de lymfeklieren. Een infectie in de omgeving kan ook in de lymfeklieren terecht komen. In
de lymfeklieren bevinden zich lymfocyten die een belangrijke rol hebben in de afweer, bij een infectie
neemt dit aantal toe. Typerend is dat de klieren pijnlijk of gevoelig kunnen zijn in tegenstelling tot
kanker.
Sepsis
Bacteriële infectie van het bloed (bloedvergiftiging). Normaal gesproken is bloed steriel, bij een sepsis
zitten er heel vel bacteriën in het bloed die zich vermenigvuldigen waarop het lichaam hevig reageert.
Vaak ontstaat een sepsis na een complicatie van een long- of nierbekkenontsteking. Symptomen zijn
heel ziek voelen, koorts, juist een hoge of lage lichaamstemperatuur, de huid is rood en warm, de
bloeddruk daalt en de patiënt is onrustig of angstig. Wanneer de patiënt in een shock raakt is de kans
op sterfte hoog.
Leukopenie
Agranulocytose. Leukocyten zijn essentieel voor de afweer tegen ziekteverwekkers. Door de
gedaalde weerstand kunnen infecties optreden. Geneesmiddelen kunnen hier mede voor zorgen. De
meest voorkomende symptomen zijn keelpijn en koorts.
,Hoofdstuk 3 – Bloedvaten
3.1 Hypertensie
Essentiële hypertensie
Hypertensie met onbekende oorzaak. Dit heeft slagaderverkalking als gevolg op lange termijn, het
leidt tot vernauwingen en een slechte bloedvoorziening. Ook kan het beschadiging op het netvlies, de
nieren, hersenen en hart veroorzaken. Het hart heeft een zware taak het bloed met een hoge druk in
de slagaderen te pompen, dit gaat heel lang goed maar op lange termijn verzwakt het hart en neemt
de pompfunctie af (hartfalen). Wanneer je een verzwakte slagader hebt, bijvoorbeeld in de hersenen
dan kan dit door de hoge druk gaan barsten, je krijgt een hersenbloeding.
Behandeling: -> Anders:
- Meer lichaamsbeweging - Medicatie
- Gezond eten
- Afvallen
- Matigen van alcoholgebruik.
Secundaire hypertensie
Bij uitzonderingen is de hoge bloeddruk een duidelijk gevolg van iets anders. Dit kan gaan om
bijvoorbeeld nierziekten, hormonale ziekten, medicijngebruik. De behandeling wordt dan ook hierop
gericht. Een andere bijzondere vorm is zwangerschapshypertensie, deze aandoening is schadelijk
voor de placenta en dus voor het kind.
3.2 Atherosclerose
Langzaam achteruitgaan van de slagaderwand, de slagaderen worden ruw, hard en nauw. Vaak leidt
dit indirect tot de dood. Aan de binnenkant van de slagader ontstaat plaque van bindweefsel, vet en
kalk. Hierdoor worden de vaten nauwer, het achterliggende weefsel krijgt te weinig zuurstof
(ischemie). Hierdoor kan er een scheur ontstaan, bloed kan dan gaan stollen waardoor een trombus
ontstaat. Deze trombus kan de hele slagader afsluiten. Ook kan een trombus verder het lichaam
doorstromen en op een plek van een smallere ader voor verstopping zorgen (embolie).
Aneurysma
Door atherosclerose wordt de slagader juist wijder. Dit ontstaat makkelijker wanneer er een hoge druk
op de vaten staat zoals bij hypertensie. Hierdoor kan de slagader gaan barsten wat voor ernstige
bloeddingen kan zorgen.
Coronairsclerose
Ziekte die slagaderen in het hele lichaam kan treffen. Vooral de kransslagaderen zijn gevoelig, dat is
gevaarlijk omdat zij het hart voorzien van bloed. Dit leidt dus tot cardiale problemen zoals angina
pectoris en hartinfarct.
,Atherosclerose in de hals
Komt relatief vaak voor in de halsslagaderen (carotiden). Een eventueel stolsel kan naar de hersenen
stromen en daar voor afsluiting zorgen. Dit leidt tot acute uitvalsverschijnselen zoals verlamming of
spraakproblemen. Als het snel overgaat is het een TIA, als het niet snel overgaat is het
hersenweefsel afgestorven en is het een herseninfarct (CVA).
Perifeer arterieel vaatlijden (PAV)
Bij veel mensen met atherosclerose loopt ook de bloedvoorziening in de benen gevaar. De EAI-index
is te laag. Door stil te staan verdwijnen de klachten meteen. Ook wel etalagebenen genoemd
(claudicatio intermittens).
Stadium 1: Geen klachten.
Stadium 2: Pijn, kramp, vermoeidheid of een stijf gevoel bij het lopen vooral in de kuiten.
2a: Meer dan 100 meter lopen zonder klachten.
2b: Minder dan 100 meter lopen.
Stadium 3: De pijn is heviger en de benen zijn koud en bleek, zelf kunnen er klachten zijn in rust.
Stadium 4: Er zijn wonden ontstaan en er dreigt weefsel af te sterven.
Behandeling: Looptraining, stoppen met roken, vaak wandelen, goede wondverzorging aan de
voeten. In ernstige situaties kan er worden gedotterd, een bypass worden aangelegd of een
vaatoperatie worden gedaan. Soms komt het tot amputatie van afgestorven weefsel.
Aneurysma van de aorta
Komt voornamelijk voor bij oudere mannen. In het ontstaan spelen hypertensie en atherosclerose een
rol. De aorta verwijdt zich ter hoogte van de navel. Door een echografie kan de diameter worden
berekend.
Behandeling: Bij meer dan 5 cm.
- Endoprothese, dit wordt via de lies in de aorta geplaatst en opgeblazen, dit geeft steun aan
het verzwakte deel van de aorta.
- Operatie, hierbij wordt een deel van de aorta vervangen.
Wanneer behandeling te laat is en de aorta al is gescheurd leidt dit tot hevige pijn in de buik die uit
kan stralen naar de rug. Door het bloedverlies kan de patiënt duizelig en bleek worden en in shock
raken. Meestal is een aneurysma van de aorta dodelijk.
,3.3 Orthostatische hypotensie
Wanneer je opstaat daalt bij iedereen de bloeddruk een beetje. Wanneer deze daling fors is, wordt
gesproken van orthostatische hypotensie. Je kan last hebben van duizeligheid, zwart zien of bang zijn
flauw te vallen, meestal 5-10 seconden na het opstaan. Dit komt vaak voor bij jongeren maar ook bij
ouderen, zij hebben het risico echt te vallen wat voor grotere problemen zorgt.
Oorzaken:
- Diabetes mellitus, dit geeft op lange termijn schade aan de zenuwen die belangrijk zijn bij het
regelen van de bloeddruk.
- Medicatie, zoals antihypertensiva en antidepressiva hebben orthostatische hypotensie als
bijwerking.
3.4 Flauwvallen
Ook wel syncope of collaps genoemd. Bij hevige emoties of pijn kan het zenuwstelsel reageren met
een vertraging van de hartslag en een kortdurende verwijding van de grote bloedvaten. Dit kan ook
veroorzaakt worden door oververmoeidheid, lang staan, weinig eten of warmte. De patiënt kan een
licht gevoel in het hoofd hebben, overmatig transpireren, misselijk zijn of wazig zien. Dit kan worden
voorkomen door te gaan liggen en de benen hoog te leggen. Wanneer je het bewustzijn verliest
krijgen de hersenen even te weinig zuurstof, je bent niet langer weg dan een halve minuut.
3.5 Shock
Iemand die aan een ernstig psychisch trauma is blootgesteld en daarna totaal in de war is of niets
meer zegt. De medische term shock betekend dat de bloeddruk zo laag is dat de dood zal volgen als
er niet snel iets veranderd. Dit ontstaat door bijvoorbeeld massaal bloedverlies, sepsis, anafylaxie of
in aansluiting op een groot hartinfarct. Iemand heeft last van koude handen, voeten, voorhoofd en
neuspunt, ook is de huid bleek en klam.
3.6 Pathologie van de oppervlakkige aderen
Varices (spataderen)
Spataderen kunnen een pijnlijk, zwaar en vermoeid gevoel geven. Lopen verminderd de klachten
omdat de spierpomp het teveel aan bloed omhoog perst. Ook kan het helpen als de benen omhoog
worden gelegd. Elastische kousen helpen ook doordat ze de terugstroom van het bloed bevorderen.
Ook kunnen de aders dichtgespoten worden of worden verwijderd. Na behandeling komen ze wel
vaak weer terug.
Bloedingen kunnen ontstaan bij een beschadiging, het been moet dan hoog gelegd worden en
er moet een drukverband worden aangelegd.
, Tromboflebitis
In een oppervlakkige ader ontstaat nogal eens een stolsel. Dit gaat gepaard met ontsteking wat
pijnlijk is. Een klein stolsel kan door een sneetje worden weggehaald waarna het been gezwachteld
word, veel lopen is dan ook verstandig.
3.7 Pathologie van de diepe aderen
Diepe veneuze trombose (DVT)
Stolsel in de diepe aderen in een kuit, been of bekken. Ook wel trombosebeen genoemd. Hierdoor
wordt de afvoer van het bloed belemmerd en wordt het been dik, pijnlijk, rood en warm. De kans
hierop neemt toe bij bedrust, na een operatie of na andere vormen van langdurige immobiliteit. Om dit
te voorkomen krijgen bedlegerige patiënten anticoagulantia toegediend als preventie.
D-dimeer test
Duplex onderzoek
Als er sprake is van een trombosebeen krijgen patiënten antistollingsmiddelen voorgeschreven, wordt
het been ingezwachteld en krijgen ze daarna steunkousen.
Chronische veneuze insufficiëntie
Complicatie van DVT. De druk in de aderen is zo sterk toegenomen dat het vocht zich in de weefsels
ophoopt, oedeem. De huid en het onderhuids bindweefsel komt onder druk te staan wat leidt tot
beschadiging. De patiënt heeft last van dikke onderbenen, jeuk of zelfs pijn. In de ergste gevallen
ontstaat er een zweer (ulcus cruris venosum, open been). Preventief hiervoor zijn steunkousen.
Longembolie
Een complicatie van een trombosebeen. De trombus is losgelaten en heet nu een embolus.
Vervolgens komt de embolus via het hart in de longen terecht, vanaf dat moment is er sprake van een
longembolie. Klachten zijn hartkloppingen, kortademigheid, sneller ademen en pijn in de zij tijdens het
ademen. Om een longembolie te behandelen of te voorkomen wordt er direct gestart met antistolling.