Samenvatting
Uitgebreide samenvatting inclusief parate kennisvragen
- Vak
- EMG (EMG)
- Instelling
- LOI - Leidse Onderwijsinstellingen
Een uitgebreide samenvatting van de module "EMG", een tweedejaarsvak van de opleiding tot KNF-laborant
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 51 pagina's
Voorbeeld 4 van de 51 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Verkoper
Volgen
Voorbeeld van de inhoud
Samenvatting EMGHoofdstuk 1: Inleiding elektromyografie
Elektromyografie is het registreren, analyseren en interpreteren van de elektrische activiteit van de
perifere zenuwen en spieren.
Bij een actiepotentiaal gaat er een ionenstroom lopen langs een spier- of zenuwvezel. intracellulair
(in de vezel) heeft zo’n actiepotentiaal een potentiaalverandering van 100 mV gedurende een
milliseconde. De potentiaalveranderingen worden extracellulair gemeten, hierbij werkt het weefsel
om de spier- of zenuwvezel als volumegeleider. De volumegeleider heeft invloed op de vorm en
amplitude van het gemeten signaal. Hoe verder de elektrode van de te meten vezel is, hoe lager de
amplitude van het signaal wordt en hoe meer de vorm afvlakt. Intracellulair is er sprake van een
monofasische potentiaalverandering. Extracellulair is er een trifasische vorm in het
potentiaalverloop.
Om een actiepotentiaal extracellulair te meten, wordt gebruik gemaakt van afleidelektroden (hierbij
wordt onderscheid gemaakt tussen oppervlakte- en naaldelektroden) :
- Actieve elektrode, deze is verbonden met de eerste ingang van de versterker. Het
opgevangen potentiaal wordt vergeleken met het potentiaal van de referentie elektrode.
- Referentie elektrode, deze is verbonden met de tweede ingang van de versterker
- Aardelektrode
Als oppervlakte-elektroden kunnen Ag/AgCl (EEG) of disposable elektroden gebruikt worden.
Naaldelektroden kunnen worden gebruikt om direct de elektrische activiteit van een spier of zenuw
af te leiden. Het oppervlak van een naaldelektrode is veel kleiner dan dat van een oppervlakte-
elektrode en is daardoor veel selectiever. Een naaldelektrode kan zowel als afleid- en referentie-
elektroden dienen. Er zijn verschillende naaldelektroden: concentrische naald, monopolaire naald en
de single fibre naald.
,De concentrische naald wordt gebruikt voor spieronderzoek en bestaat uit 2 lagen, waarvan de
binnenste bestaat uit geïsoleerde platina, zilver of roestvrij staal. Het punt van de naald vormt de
actieve elektrode en de schacht vormt de referentie-elektrode.
De single fibre-naaldelektrode wordt gebruikt voor individuele spiervezelpotentialen. Een
monopolaire naald wordt gebruikt voor zenuwonderzoek. Deze naald heeft een veel groter
afleidoppervlak en daardoor een lagere impedantie.
Parate kennisvragen:
1. Noem opvallende verschillen tussen intracellulaire en extracellulaire
potentiaalveranderingen bij een spier- of zenuwpotentiaal.
Intracellulaire potentiaalveranderingen zijn monofasisch en hebben een hogere amplitude.
Extracellulaire potentiaalveranderingen zijn trifasische en hebben een lagere amplitude.
2. Waarom is de keuze van het elektrodemateriaal bij EMG niet zo kritisch?
Bij EMG onderzoek worden zelden frequenties lager dan 2 Hz gemeten. Daardoor is de
stabiliteit van de overgang tussen huid en elektrode niet zo kritisch en maakt het materaal
van de elektrode dus niet zoveel uit.
3. Waarin verschillen elektroden met een groot, respectievelijk klein afleid oppervlak
functioneel van elkaar?
Elektroden met een groot afleid oppervlak zijn minder selectief.
Hoofdstuk 2: Technische aspecten EMG-registratie
Een elektromyograaf bestaat uit de volgende onderdelen: een unit met één tot acht versterkers, een
computer, beeldscherm, geluidsversterker, stimulator, kalibratie-eenheid en een opslagmedium.
- EMG-versterker
,Voor een EMG-versterker is het belangrijk dat het ruisniveau laag is en de rejectiefactor
groot is. Een hoge rejectiefactor wordt bereikt door een grote ingangsimpedantie te
gebruiken. Deze ingangsimpedantie moet om 2 redenen hoog zijn. Namelijk dat deze
tientallen malen groter moet zijn dat de impedantie van de elektroden. De gebruikte
elektroden hebben een klein afleidoppervlak en daardoor een grote impedantie. Een grote
ingangsimpedantie is ook belangrijk omdat naaldelektroden vaak een grote impedantie
asymmetrie hebben door een verschil in afleidoppervlak. Daardoor ontstaat een ongelijke
spanningsverdeling. Stoorsignalen die met een gelijke amplitude op beide elektroden
optreden worden daardoor gezien als verschilsignaal en zullen worden versterkt. De
rejectiefactor bepaalt in hoeverre de stoorsignalen met een gelijke amplitude op beide
elektroden, wordt onderdrukt. Om een hoge rejectiefactor te bereiken, is een hoge
ingangsimpedantie nodig van minimaal 100 MΩ.
Verder is een groot frequentiebereik belangrijk, omdat door motorunit-potentialen
frequenties tot 20 kHz kunnen voorkomen. Er is ook een groot bereik van de gevoeligheid
nodig. Voor de registratie van verschillende potentialen
Voor de stimulatie van motorische en sensibele zenuwen worden kortdurende
spanningspulsen gebruikt. De parameters die daarbij belangrijk zijn, zijn: de duur van de
stimulus (0,05-2 ms), de amplitude (mA) en de herhalingsfrequentie (0,1 Hz-100 Hz). Een
stimulator kan 2 types hebben: constantestroom en constantespanning. Bij een constante
stroom kan de spanning worden gevarieërd en andersom. Bij EMG onderzoek heeft een
contstantestroom de voorkeur. Op het beeldscherm wordt het moment van stimulatie gelijk
gesteld aan 0 en links weergegeven op het scherm. Dit heet triggering.
Bij het meten van sensibele zenuwpotentialen en evoked potentials wordt gebruik gemaakt
van “averaging”. Bij het meten van motorunit-potentialen wordt gebruik gemaakt van
signaalvertraging zodat het moment voor triggering ook in beeld is.
Bij EMG-metingen kunnen allerlei soorten storing optreden zoals:
- 50 Hz storing, dit gebeurt meestal bij slechte aarding van de patiënt. Bij een lage
rejectiefactor komt dit eerder naar voren.
- Instumentatieruis (vanuit elektrode en versterker)
- Stimulusartefact, dit geeft fouten bij latentie en amplitude metingen. Een
stimulusartefact kan vier oorzaken hebben:
- Een stimulus geeft een potentiaalverloop. Wanneer de actieve en referentie-
elektroden in een equipotentiaalijn geplaatst zijn, zal er geen artefact zijn.
, - Er kan een verschil in elektrode-oppervlak zijn. Om dit op te lossen moeten
de afleidelektroden zo ver mogelijk van de stimulus worden geplaatst. En
wordt de aard-elektrode dicht bij de afleidelektroden geplaatst.
- Capacitieve koppeling, kan worden verholpen door de elektrodekabels
gescheiden te houden
- Versterkers hebben soms moeite met de korte stimuluspiek. De oplossing zit
in het goed instellen van de hoog- en laagdoorlaatfilter.
Parate kennisvragen:
1. Noem de basiscomponenten van een elektromyograaf.
Unit met 1 tot 8 versterkers, computer, beeldscherm, geluidsversterker, systeem om data
vast te leggen, stimulator en kalibratie-eenheid.
2. Wat is het effect van impedantieasymmetrie bij versterking van signalen?
Er ontstaat een ongelijke spanningsdeling. Daardoor worden stoorsignalen met dezelfde
amplitude als verschilsignaal gezien en worden ze versterkt.
3. Wat is het nut van geluidsweergave van EMG-signalen?
Hieruit kan iets worden gezegd over de spieractiviteit. Het kan ook een auditieve
terugkoppeling zijn naar de patiënt.
4. Wat is een cursor of marker?
Een markering die is gekoppeld aan een elektronische tijd- of amplitudeaanduiding.
5. Welk type stimulator verdient de voorkeur en waarom?
Constantestroomstimulator. Hiermee kan de spanning worden aangepast.
6. Waarom is signaalvertraging soms noodzakelijk?
Om bepaalde fenomenen voor de triggering in beeld te brengen.
7. Wat is instrumentatieruis?
Ruis afkomstig van de elektroden en versterker
8. Wanneer is een stimulusartefact met name storend?
Een stimulusartefact is storend als het interfereert met het te meten signaal van de zenuw of
spier.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper estherdelaat. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,46. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 61231 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen