Samenvatting
Samenvatting week 1-7 (compleet)
Samenvatting van de Hoorcolleges week 1 t/m 7.
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 33 pagina's
Voorbeeld 4 van de 33 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Voorbeeld van de inhoud
Week 1bArtikel 30 VWEU absoluut verbod op alle in- en uitvoerrechten en heffingen van gelijke
werking. Gaat over alle belasting of verkapte belasting die wordt geheven op het
overschrijden van een grens. Elke belasting valt onder het verbod.
Art. 110 VWEU gaat om binnenlandse belastingen. Onderscheid met art. 30 VWEU
belasting is niet alleen van toepassing op geïmporteerde producten (Outokumpo, r.o. 34).
Alleen van toepassing op indirecte belastingen (zoals BTW en accijnzen) en niet van
toepassing op directe belastingen (zoals inkomstenbelasting)
o Alinea 1: Verbod op discriminerende belastingen (direct en indirect. Bij
indirect is objectieve rechtvaardiging mogelijk)
Moet gaan om gelijksoortige producten (vaststellen op tentamen)
Productkarakteristieken en productieprocessen
Consumentenvoorkeuren
o Alinea 2: Verbod op ‘beschermende’ belastingen (protectionisme)(objectieve
rechtvaardiging is mogelijk. Dan geen inbreuk op art. 110 VWEU)
Hoeft niet per se om gelijksoortige producten te gaan, maar moeten wel
met elkaar concurreren (Commissie tegen Verenigd Koninkrijk)
Artikel 34 VWEU:
Valt de casus binnen de reikwijdte van artikel 34 VWEU?
o Gaat de casus over goederen?
Tastbare, fysiek product, verhandelbaar, met enige financiële waarden
(ook afval, menselijke stoffelijke overschotten, elektriciteit)
o Harmonisatie of grensoverschrijdend element?
Harmonisatie in dit vak niet.
Grensoverschrijdend element? is het goed een grens over gegaan of
had het een grens over moeten gaan?
o Heeft art. 34 VWEU rechtstreekse werking?
Ja, art. 34 VWEU is voldoende duidelijk en onvoorwaardelijk.
Verplichting voor lidstaten. Alleen verticale rechtstreekse werking.
Ook van toepassing wanneer lidstaten niet de vereiste
maatregelen treffen om belemmering van vrije goederenverkeer
op te heffen (Schmidberger, r.o. 57)
Is sprake van een beperking van art. 34 VWEU? Oftewel sprake van een
kwantitatieve invoerbeperking of maatregel van gelijke werking?
o Kwantitatieve invoerbeperking = quota
Beperking op het aantal goederen dat mag worden ingevoerd
o Maatregel van gelijke werking
“Iedere handelsregeling der lidstaten die de intracommunautaire handel
al dan niet rechtstreeks, daadwerkelijk of potentieel, kan belemmeren,
is als een maatregel van gelijke werking te beschouwen (Dassonville,
r.o. 5)
, Alle producteisen zijn maatregelen van gelijke werking
Plicht voor lidstaten tot wederzijdse erkenning van elkaars
producteisen
Maatregel van gelijke werking en dus ook producteisen kunnen
worden gerechtvaardigd op grond van ‘dwingende redenen van
algemeen belang’ (Cassis de Dijon, r.o. 8)
Niet álle handelsregelingen zijn een maatregel van gelijke werking
(Krantz)
Nationale bepalingen die bepaalde verkoopmodaliteiten aan banden
leggen of verbieden zijn geen maatregel van gelijke werking, mits
Zij van toepassing zijn op alle handelsdeelnemers; en
Rechtens (direct) en feitelijk (indirect) niet discrimineren tegen
producten uit andere lidstaten (Keck en Mithouard, r.o. 16)
o Verkoopmodaliteiten mogen geen eisen aan de inhoud
van producten hebben (Familiapress, r.o. 11)
o Ruime uitleg van begrip ‘indirecte discriminatie’
(Gourmet international, r.o. 21)
Alle andere soorten maatregelen zijn ook maatregelen van gelijke
werking wanneer zij de martkttoegang belemmeren (zoals bijvoorbeeld
een gebruiksverbod, Italiaanse brommeraanhangers, r.o. 37)
Is de beperking van art. 34 VWEU te rechtvaardigen?
o Artikel 36 VWEU
Limitatieve opsomming. Kan ook (in theorie) gebruikt worden voor
discriminerende maatregelen
De verboden mogen geen willekeurige discriminatie of verkapte
handelsbeperking vormen (laatste zin art. 36 VWEU)
o De Cassis-rechtvaardiging ‘dwingende redenen van algemeen belang’
(tenzij van louter economische aard)
Niet-limitatieve opsomming
Alleen van toepassing op ‘maatregelen zonder onderscheid’
Niet van toepassing op directe discriminatie
o Evenredigheidstoets
Geschiktheid: is de maatregel geschikt om zijn doel (van algemeen
belang) te bereiken?
Noodzakelijkheid: is de maatregel noodzakelijk om zijn doel (van
algemeen belang) te bereiken? M.a.w. zijn er minder belemmerende
alternatieven die het doel even goed bereiken?
Evenredigheid stricto sensu: heeft de maatregel en het bereiken van
zijn doel disproportionele gevolgen voor het vrij verkeer?
Week 2a
,Artikel 56 VWEU verbod op het beperken van het vrij verkeer van diensten
Wat valt onder de reikwijdte van art. 56 VWEU
o Wat zijn diensten? (soort definitie in art. 57 VWEU)
Een dienst, oftewel een bepaalde (niet-stoffelijke) prestatie
“Gewoonlijk tegen vergoeding”
Ten opzichte van vestiging: Tijdelijke duur (Gebhard, r.o 26)
Diensten is een soort restcategorie, maar niet ondergeschikt aan
de andere vrijheden (Fidium Finanz)
o Relevante harmonisatie
o Grensoverschrijdend element
De dienstverlener gaat de grens over (Van Binsbergen)
De dienstontvanger gaat de grens over (Luisi en Carbone)
De dienst zelf gaat de grens over (Alpine Investments)
o Rechtstreekse werking
Art. 56 VWEU heeft verticale rechtstreekse werking (is voldoende
duidelijk en onvoorwaardelijk)(Van Binsbergen, r.o. 27)
Art. 56 VWEU is ook inroepbaar tegen acties of regelgeving van
private partijen die op collectieve wijze en op grond van hun eigen
rechtsbevoegdheid het vrij verkeer van diensten reguleren (in ieder
geval beperkte horizontale werking
Vakbonden (Laval)
Grote sportorganisaties (Walrave en Koch)
Beperkingen van het vrij verkeer van diensten (specifiek noemen waar sprake van is!)
o Verbod op directe discriminatie (art. 61 VWEU)
o Verbod op indirecte discriminatie (Van Binsbergen, r.o. 17)
o Verbod op belemmeringen van de markttoegang, zelfs indien niet-
discriminerend (Säger, Alpine Investments; Laval; Omega Spielhallen)
Belemmeringen kunnen ook worden opgeworpen door de eigen lidstaat
(Alpine Investments)
Niet alle regulering van diensten zijn een beperking van het vrij
dienstverkeer (Mobistar, r.o. 31 moet wel sprake zijn van een
voldoende ernstige beperking)
Rechtvaardigingen
o Geen relevante harmonisatie
o Verdragsrechtvaardigingen in art. 62 VWEU jo. 51 en 52 VWEU
Art. 51 VWEU: openbaar gezag (praktisch niet relevant)
Art. 52 VWEU: openbare orde, openbare veiligheid en
volksgezondheid (ongeacht of sprake is van discriminatie of niet, dus
ook bij beperking van de markttoegang)
o Cassis-rechtvaardiging ‘dwingende redenen van algemeen belang’
behoudens louter economische redenen
Niet van toepassing op directe discriminatie (alleen bij maatregelen
zonder onderscheid)
, De rechtvaardiging het beschermen van grondrechten wordt soms
gezien als dwingende reden van algemeen belang (Laval), soms als
onderdeel van openbare orde (Omega Spielhallen)
o Evenredigheidstoets
Geschiktheid: is de maatregel geschikt om zijn doel (van algemeen
belang) te bereiken?
Noodzakelijkheid: is de maatregel noodzakelijk om zijn doel (van
algemeen belang) te bereiken? M.a.w. zijn er minder belemmerende
alternatieven die het doel even goed bereiken?
Evenredigheid stricto sensu: heeft de maatregel en het bereiken van
zijn doel disproportionele gevolgen voor het vrij verkeer?
Bewijslast ligt bij de lidstaten
Lidstaten moeten rekening houden met de regels waaraan de
dienstverlener al heeft moeten voldoen in zijn/haar thuisstaat
(Säger, r.o. 15)(Ziet op de vraag of de regels noodzakelijk zijn,
soort wederzijdse erkenning.)
o De detacheringsrichtlijn (harmonisatie) staat hier haaks
op omdat het minimumloon/beloning van werknemers
moet voldoen aan dat van de lidstaat waarin zij
gedetacheerd zijn.
In politiek gevoelige zaken is het HvJ soms wat soepeler (Santa
Casa & Omega Spielhallen)
o Santa Casa geen wederzijdse erkennign
o Omega Spielhallen bescherming grondrechten
gerechtvaardigd op grond van art. 52 VWEU
In speciale gevallen beleidsvrijheid voor de lidstaat (Josemans)
o De rechtvaardiging mag niet botsen met grondrechten (ERT, r.o. 43)(Geldt
voor alle fundamentele vrijheid, zie bijv. Familiapress.)
Week 2b
Artikel 49 VWEU vrijheid van vestiging
Reikwijdte van vrijheid van vestiging
o Wat is vestiging? (afgebakend t.o.v. werknemerschap)
Natuurlijke personen
Geen hiërarchische relatie
Eigen economisch risico
Directe betaling
o Duurzaam i.p.v. tijdelijk (Gebhard, r.o. 23-25)
Lidstaten mogen niet zomaar aannemen dat sprake is van
schijnzelfstandigheid (Jany)
Bedrijven/rechtspersonen
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper History98. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,46. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 62774 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen
