College aantekeningen
Organisation and management college aantekeningen, bestuurskunde en sociologie jaar 1 blok 2
Dit document bevat uitgebreide college aantekeningen, met genoeg voorbeelden zodat het makkelijker te leren is.
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 47 pagina's
Voorbeeld 4 van de 47 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Voorbeeld van de inhoud
Organisation and managementCollege 1
Introduction organisations and course outline
Overal om je heen zijn organisaties:
- Erasmus universiteit
- Apple
- Unilever
Verschillende soorten organisaties
Private sector organisaties = deze organisaties zijn in handen van particulieren individuen. De
overheid heeft over het algemeen geen directe controle over hun activiteiten. Het primaire doel van
deze organisaties is winst maken.
Public organisaties = deze organisaties vallen onder de controle van de overheid. Ze kunnen op
verschillende niveaus worden georganiseerd, zoals lokaal, nationaal of internationaal. Ze worden
opgericht om openbare diensten te verlenen, niet om winst te maken.
International organisaties = worden vaak opgericht door staten om samen te werken op mondiale
kwesties. Ze hebben een mate van autonomie en opereren op internationaal niveau. Het doel is om
samenwerking en coördinatie tussen landen te vergemakkelijken. Ze richten zich vaak op kwesties
zoals vrede, veiligheid, handel, milieu en humanitaire hulp.
Civil society organisaties = Deze organisaties zijn onafhankelijk van de overheid en de private sector,
hoewel ze soms afhankelijk kunnen zijn van financiering van beide bronnen. Het doel is niet om winst
te maken, maar om sociale, milieu- of andere maatschappelijke doelen te bevorderen.
Elk van deze organisatietypen heeft verschillende doelstellingen, werkwijzen en
verantwoordelijkheden, wat bijdraagt aan de diversiteit en complexiteit van de samenleving.
Organisaties, instituties en management
Organisatie = een groep mensen (actoren/individueel) die samenwerkt door een soort sociale
structuur (informele verwachtingen, autoriteit, structuur).
Een groep mensen met een zekere vorm van ‘sociale structuur’ (informele verwachtingen,
gezagsstructuur), gedeelde doelen en technologie (dwz, middelen en/of apparatuur om
invoer om te zetten in resultaten).
Instituties = regels, gewoonten en structuren die de samenleving organiseren en beïnvloeden.
Instituten spelen een cruciale rol bij het vormgeven van het gedrag van individuen en groepen
binnen een samenleving.
Zijn door mensen bedachte structuren van regels en normen die individueel gedrag
vormgeven en beperken.
Management = het proces van plannen, organiseren, coördineren en controleren van middelen
(zoals mensen, financiën, technologie en tijd) om specifieke doelen te bereiken. Het doel van
management is de doelen zo effectief en efficiënt mogelijk te behalen.
Dingen gedaan krijgen doormiddel van een bevel en (ook) overtuiging.
, - Internal management (micro), dit niveau van management richt zich op interne aspecten van
een organisatie. Het omvat activiteiten en processen binnen de organisatie zelf.
- External management (meso), dit niveau van management heeft betrekking op externe
aspecten die van invloed zijn op de organisaties.
What is public management
Public management = ofwel overheidsmanagement, verwijst naar de planning, organisaties,
coördinatie, leiding en controle van overheidsorganisaties en -diensten. Het is een discipline binnen
het bredere vakgebied van management, maar het richt zich specifiek op de unieke uitdagingen en
context van de publieke sector.
Publiek management behandelt vraagstukken die ontstaan bij het organiseren en uitvoeren
van managementverantwoordelijkheden in de overheid en publieke organisaties.
o Wat maakt publiek management/organisaties speciaal?
o Is er een verschil tussen publieke en private sector organisaties?
o Hoe creëer je publieke waarde?
Deze perspectieven bieden verschillende lenzen waardoor men organisaties kan begrijpen en
analyseren.
- Functional perspective, dit perspectief benadrukt de verschillende functies of activiteiten die
binnen een organisatie plaatsvinden om specifieke doelen te bereiken.
o Bijvoorbeeld, in een functioneel perspectief zou men kijken naar hoe verschillende
afdelingen, zoals marketing, financiën en productie, samenwerken om de algehele
bedrijfsdoelen te realiseren.
- Institutional perspective, dit perspectief richt zich op hoe organisaties zich aanpassen aan en
worden beïnvloed door externe sociale, politieke en culturele instellingen en normen.
o Bijvoorbeeld, organisaties kunnen hun beleid aanpassen om in overeenstemming te
zijn met overheidsregulering of om tegemoet te komen aan veranderende
maatschappelijke verwachtingen
- Process perspective, dit perspectief bekijkt organisaties als een reeks onderling verbonden
processen en activiteiten die samenwerken om waarde te creëren en doelstellingen te
bereiken.
o Bijvoorbeeld, in een procesperspectief zou men de productieketen van een bedrijf
analyseren om te begrijpen hoe elk proces bijdraagt aan het uiteindelijke product
- Behavioral perspective, dit perspectief richt zich op het begrijpen van het gedrag van
individuen en groepen binnen de organisaties. Ook hoe deze twee groepen invloed hebben
op elkaar.
o Bijvoorbeeld, in een gedragsperspectief zou men kijken naar hoe het leiderschap
binnen een organisatie de motivatie van werknemers beïnvloedt en hoe dit zich
vertaalt naar de prestaties van de organisatie als geheel
Management tool: the SWOT-analyse
Een SWOT-analyse is een strategisch managementinstrument dat wordt
gebruikt om de interne sterke en zwakke punten en de externe kansen en
bedreigingen van een organisatie, project of idee te evalueren. Deze analyse
helpt organisaties bij het identificeren van hun positieve en negatieve
factoren en stelt hen in staat strategieën te ontwikkelingen die inspelen op
,hun sterke punten en kansen, terwijl ze zwakten verminderen en bedreigingen vermijden of
verminderen.
- Strenghts (sterkten):
o Interne positieve kenmerken en hulpbronnen van een organisatie
o Voorbeelden: sterk merkimago, deskundige medewerkers, efficiënte processen,
financiële stabiliteit.
- Weaknesses (zwakten):
o Interne negatieve kenmerken en beperkingen van een organisatie
o Voorbeelden: gebrek aan ervaring, beperkte financiële middelen, verouderde
technologie, zwakke interne communicatie.
- Opportunities (kansen):
o Externe positieve factoren en omstandigheden waarop een organisatie kan inspelen
o Voorbeelden: nieuwe marktkansen, veranderende consumentenvoorkeuren,
technologische vooruitgang, economische groei.
- Threats (bedreigingen):
o Externe negatieve factoren en omstandigheden die een risico vormen voor de
organisatie.
o Voorbeelden: concurrentie, economische recessie, veranderende regelgeving,
technologische disruptie
College 2
Organisaties als een systeem
Input -> transformatie -> output
Voorbeelden van inputs:
- Materiaal
- Arbeid
- Financieel
Voorbeelden van outputs:
- Producten
- Service
- Winst
Een output kan feedback worden, denk bijvoorbeeld aan een product dat fout geproduceerd is. Dan
wordt er feedback gestuurd naar de input, zodat het volgende product wel goed is. Ook heeft de
output invloed op de omgeving.
Definities van organisaties
Er is niet 1 duidelijke definitie voor organisaties.
Rationeel systeem -> In bedrijfscontext verwijst een rationeel systeem naar een organisatiestructuur
die gebaseerd is op logica en redenering bij besluitvorming. Dit kan bijvoorbeeld inhouden dat er
formele procedures en regels zijn voor het nemen van beslissingen, evenals het gebruik van gegevens
om doelen te bereiken. (Collectiviteiten gericht op het nastreven van relatief specifieke doelen, met
geformaliseerde regels)
Natuurlijk systeem -> In een bedrijfscontext kunnen mensen worden beschouwd als een natuurlijk
systeem. De interacties, relaties en dynamiek tussen medewerkers, teams en afdelingen kunnen
worden vergeleken met de complexiteit van natuurlijke systemen. Hierbij spelen aspecten zoals
communicatie, samenwerking en cultuur een rol. (Collectiviteiten van deelnemers met gedeelde
interesses, collectieve activiteiten en informele structuren)
, Open systeem -> Een bedrijf wordt vaak beschouwd als een open systeem omdat het voortdurend in
wisselwerking staat met de externe omgeving. (Systemen van onderling afhankelijke activiteiten,
ingebed in een omgeving)
De systemen worden in tijdsvolgorde uitgelegd (van oud naar nieuw)
Organisaties als rationele systemen
Rationele systemen verwijzen naar systemen of benaderingen die gebaseerd zijn op logica en
redenering. Deze systemen volgen een gestructureerde en systematische aanpak om informatie te
verwerken en beslissingen te nemen. Het doel moet op een zo’n effectieve manier mogelijk gehaald
worden.
Het zijn afzonderlijke sociale structuren, ze zijn doelgericht en geformaliseerd.
Het focust dus op formele controle: hiërarchie, controle hebben, duidelijk wie de baas is,
optimalisatie, rationaliteit in de structuur.
(Bureaucratie, wetenschappelijk management)
Voorbeeld: McDonalds
Het is een super populair bedrijf, dit heeft mede te maken, omdat je het overal ter wereld kan halen,
over smaakt het hetzelfde, ziet het er hetzelfde uit.
McDonalds gebruikt dus 1 manier om alles te produceren het is geformaliseerd.
Organisaties als natuurlijk systeem
In een bedrijfscontext kunnen mensen worden beschouwd als een natuurlijk systeem. De interacties,
relaties en dynamiek tussen medewerkers, teams en afdelingen kunnen worden vergeleken met de
complexiteit van natuurlijke systemen. Hierbij spelen aspecten zoals communicatie, samenwerking
en cultuur een rol.
Het idee dat de cultuur van een bedrijf wordt gevormd door de interacties en relaties tussen
medewerkers, vergelijkbaar met hoe ecosystemen worden gevormd door de interactie tussen
verschillende soorten in de natuur
Organisaties zijn organische entiteiten met waarden en betekenis die verder gaan dan het beoogde
doel.
- Vergelijkbaar met andere sociale structuren
- Ze hebben ook informele structuren
- Netwerken binnen organisaties
Focust op informele controle: sociale relaties, sociale ruil/uitwisseling, vriendschappen
Organisaties als open systeem
Organisatie staan niet los van elkaar! Ze beïnvloeden elkaar.
Een bedrijf wordt hier dus beschouwd als een open systeem, omdat het voortdurend in
wisselwerking staat met de externe omgeving.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper StudyWithBo. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,66. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 62774 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen