100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting leren in maatschappelijk betrokken onderwijs €10,99   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting leren in maatschappelijk betrokken onderwijs

4 beoordelingen
 1691 keer bekeken  47 keer verkocht
  • Vak
  • Instelling
  • Boek

leren in maatschappelijk betrokken onderwijs, deel 1 van Jan Elen en Andy Thys. Een samenvatting van 61 pagina's over H1,2,3,4,6,7,8,9. Er zijn ook soms prentjes toegevoegd ter illustratie. Het vak wordt aan de KU Leuven gegeven in verschillende richtingen zoals psychologie, TEW, communicatie weten...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 61  pagina's

  • Onbekend
  • 9 mei 2020
  • 61
  • 2019/2020
  • Samenvatting

4  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: juliedebrabant • 2 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: ellenleenaers • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: mathys1 • 4 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: hadewychvanderstichele • 4 jaar geleden

avatar-seller
Onderwijs
Module 1 : algemeen kader

1. De organisatie van het Vlaamse onderwijs


Het Vlaamse systeem: overheid scholen en private onderwijsinstellingen, private is echter
uitzonderlijk

Tot 18 de eeuw: onderwijs gedomineerd door rooms-katholieke kerk  monopolie, neutraal
onderwijs was onbestaand, alles was godsdienstig

Hierna: verlichting als reactie, rationalisme de rede werd de grondslag, men vond dat het onderwijs
breed toegankelijk, neutraal, utilitair en door de staat georganiseerd moest worden

De eerste stap door Maria Theresia: colleges vervangen door rijksscholen, kerk zag dit als aantasting
van haar monopolie

Na de Franse revolutie:

- kerk werd uit publieke leven verbannen
- universiteit Leuven werd gesloten en werden lagere en secundaire rijksscholen opgericht
waar er geen godsdienst werd gegeven
- Er ontstond onderwijsinspectie

Na nederlaag Napoleon:

- Willem I werd staatshoofd, wilde alle controle over het onderwijs

- richtte lagere, secundaire, en rijksuniversiteiten op, , de scholen van de gemeente bleven
bestaan maar moesten zich schikken naar het programma van de overheid
- scholen kregen voor het eerst een overheidstoelage ( betalen leraren, inrichten klas) dit is de
basis voor de eerst subsidiëring in ruil voor overheidscontrole

Door de sluiting van katholieke scholen ontstond er het monsterverbond: de katholieke eiste vrijheid
in het onderwijs en zochten toenadering tot de zuid Nederlandse liberale




Spanning tussen vrij en officieel onderwijs
In 1813 kreeg België een grondwet: de burgerlijke vrijheden werden vastgelegd : onderwijs is vrij

Iedereen kon nu een school oprichten, als gevolg hiervan gaven de publieke overheden het onderwijs
uit handen

Door het gebrek aan staatstoezicht daalde het niveau van het onderwijs, de meeste meesters hadden
geen diploma, er was geen leerplicht, studieduur verschilde van school tot school



1

,1842: nieuwe wet door overeenkomst katholieke en liberalen: elke gemeente moest een lager
gemeenteschool hebben, gecontroleerd door de rijksinspectie, de gemeente moest die school niet
noodzakelijk zelf inrichten mocht ook een bestaande katholieke school subsidiëren, godsdienst was
ook een verplicht vak

1854: conventie van Antwerpen: alle leerboeken mochten niets bevatten wat strijdig kon zijn met
godsdienst en leerkrachten en leerlingen werden verplicht de mis bij te wonen




De eerste schoolstrijd ( 1878-1884) en de verzuiling van de samenleving
Na de wet op het middelbaar onderwijs namen de tegenstellingen tussen katholieke en liberale op
onderwijsgebied toe

Aan de katholieke zijde domineerde de conservatieven, de liberalen: ultramontaanse stroming

De ultramontanen konden zich niet verzoenen met de grondwettelijke vrijheden en streefde naar het
herstel van de katholieke dominantie

De wet van 1842 werd vervangen door de tweede wet op het lager onderwijs ( 1879): Het vak
godsdienst werd geschrapt van het programma van de gemeentelijke scholen, gemeente mocht niet
langer een vrije school subsidiëren  heftige katholieke reactie hierop: er werden honderden
nieuwe katholieke scholen geopend, ongeveer 35% stapte over naar het gemeentelijke naar het vrij
onderwijs ( van de katholieke)

De nieuwe wet (1884): elke gemeente mocht zelf kiezen of godsdienstonderwijs op het verplicht
programma komt, ouders mogen kiezen of hun kind deelneemt aan godsdienst,

In de vierde wet: wet-Schollaert (1895): voor het eerst subsidiëring voor vrije scholen vast gelegd

1914: leerplicht tot 14 jaar, kosteloosheid onderwijs tot dan




De tweede schoolstrijd (1950-1958) en schoolpact
1954: men ging contracten van leerkrachten in katholieke scholen niet verlengen, subsidie voor vrij
onderwijs verminderde drastisch

1957: NSKO (nationaal secretariaat van katholiek onderwijs) werd opgericht

Het tweede schoolconflict ging veel minder over ideologie maar over middelen: hoeveel scholen mag
de staat nog oprichten, hoe uitgebreid ogen de subsidies aan vrij onderwijs zijn?

1958: schoolpact:

- koppelt de noodzaak van een grotere toegankelijkheid van het secundair onderwijs aan de
vraag naar de uitbouw van de onderscheiden netten
- de wet is vandaag nog steeds van toepassing om het onderwijs te organiseren
- het vrij onderwijs kon genieten van zelfde subsidiering als gemeenteonderwijs

2

, - iedereen mocht zelf in de school kiezen of godsdienst of zedeleer te volgen, alle
leerkrachten werden door de staat betaalt
- Alle scholen overheidscontrole
- Voor alle netten golden dezelfde regels: alle leraren zelfde diploma vereisten, hetzelfde
minimum programma,.
- Er was vanaf nu ook een nieuwe vrijheid ( buiten vrijheid om een school op te richten), de
vrijheid van ouders om hun kind naar een school naar keuze te sturen, het financiële is geen
drempel meer want er werd geen inschrijfgeld meer betaalt en overheid voorziet geld voor
het vervoer naar de school als er geen school naar keuze in de buurt was
 Schoolpact heeft voor meer vrede gezorgd tussen kerk en staat
 Negatief: duur (subsidies, leraren loon, schoolbouw,), en grote concurrentie strijd tussen
katholieke en officiële scholen en rijksscholen
 1988: schoolpact voor grootste deel opgenomen in grondwet

Wet-collard: rijksonderwijs mag op alle onderwijsniveaus uitbreiden




Onderwijsnetten en onderwijskoepels in Vlaanderen vandaag


Elk schoolbestuur behoord tot 1 van de 3 onderwijsnetten ( niet voor strikt privé scholen)

Binnen elk onderwijsnet zijn er 1 of meer onderwijskoepels

3 onderwijsnetten: OGO (officieel gesubsidieerd onderwijs) , GO! (onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap) En VGO (vrij gesubsidieerd onderwijs)

OGO en GO! Vormen samen het officieel onderwijs (worden georganiseerd door de overheid), VGO is
het vrij onderwijs (georganiseerd door particulieren)

OGO en VGO vormen het gesubsidieerde onderwijs ( ze krijgen toelagen en subsidies om hun
onderwijs te organiseren), GO! Werkt niet met subsidies maar krijgt een rechtstreekse donatie van
de Vlaamse Gemeenschap




3

, Onderwijskoepel: Go neemt ook de taken van onderwijskoepel op zich

Go is verplicht tot neutraliteit, OGO niet, dit leidde ertoe dat sommige gemeentescholen feitelijk
katholiek waren, wel is OGO verplicht de ouders te laten kiezen of hun kinderen godsdienst of
zedeleer volgen

Bij OGO: gemeentelijk onderwijs georganiseerd door gemeentebesturen of provinciaal onderwijs
georganiseerd door provinciebesturen, deze hebben de beslissingsmacht, het overkoepelend orgaan:
de gemeentescholen werken samen met OVSG, de scholen van de provinciën met POV

Bij VGO: de koepelorganisatie heeft niet de hoogste beslissingsmacht maar oefent wel veel invloed
uit op het besturen van de scholen, de beslissingsmacht blijft bij de lokale schoolbesturen, tot het vrij
gesubsidieerd onderwijs behoren ook confessionele en niet-confessionele scholen vb. israëlitische
scholen,..

Privé onderwijs (beschouwd als huisonderwijs) wordt niet gesubsidieerd door de overheid, vrij
onderwijs zoals VGO wel het zijn particulieren die scholen oprichten zonder winstoogmerk

Een scholengroep bevat minstens een basis, secundair, centrum voor volwassen onderwijs en
meestal ook leerlingenbegeleiding




2. De structuur van het Vlaams onderwijs
Secundair onderwijs: middelbare school was 3 jarige opleiding was bedoelt voor degene die niet tot
hun 14 de op school bleven vooral voor administratie, handel en nijverheid, het humaniora was een 7
jarige opleiding ( nadien 6 jaar) waarbij een opdeling was in het klassieke humaniora en de moderne
humaniora



4

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Tinneb. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €10,99. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 75057 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€10,99  47x  verkocht
  • (4)
  Kopen