Strafprocesrecht
College 1 (04-02)
Inhoud van het vak: strafprocesrecht (regels die bij toepassing van materieel Sr in acht
moeten worden genomen)
Aard van het vak: het gaat om grote menselijke belangen (met name van verdachten en van
slachtoffers)
1. Het grote belang van een goede organisatie van de strafvordering: niet te weinig
gevoegdheden en niet te veel (kernpunt: we mogen geen verkeerde beslissingen nemen –
vgl. Schiedamse Parkmoord)
Als de overheid te weinig bevoegdheden krijgt, gaat de politie haar eigen gang. De
politie gaat in een niet wettelijk geregeld regiem haar gang, buiten de regels om toch
zorgen dat ze achter de waarheid komen, daarna gaan ze het recht gebruiken om als
het ware de verkrijging van het bewijs wit te wassen en te doen alsof ze het
rechtmatig hebben verkregen
Als de overheid te veel bevoegdheden krijgt, komen we in een soort van totalitaire,
big brother staat. In een situatie waarin de overheid teveel bevoegdheid heeft ontstaat
het risico van willekeur: iedere opsporingsambtenaar kan tegen iedereen optreden.
Ze gaan optreden tegen de mensen waarvan opsporingsambtenaren op grond van
hun eigen intuïtie denken dat het weleens een crimineel zou kunnen zijn.
2. Hoe moet het strafprocesrecht worden besturdeerd?
- Kennis van de techniek (bijv. BOB-bevoegdheden in art. 126g Sv e.v.)
- Inzicht in achtergrond van geldend recht (bijv. anti-terrorismewetgeving)
Ontwikkeling strafprocesrecht
Strafvordering legitimeert inbreuken op burgerlijke rechten: het schept en beperkt
macht
Inhoud van strafprocesrecht is afhankelijk van politieke overwegingen ( niemand
kan aanspraak maken op handhaving van de status quo)
Strafprocesrecht is dynamisch
Voorbeelden:
In 1993 200 artikelen van WvSv veranderd: daarna is tempo verder opgeschroefd
Onderzoeksproject Strafvordering 2001
Wetgevingsproject Strafvordering 2011
2014-heden: Project Modernisering WvSv
Stand van zaken anno 2020
Boeken 1 en 2 (tweede tranche, na Contourennota): consultatieronde afgesloten.
Eerste helft van 2018: gewijzigde wetsvoorstellen
Boeken 3 t/m 6 (derde tranche): consultatieronde afgesloten
Vanwege onderlinge samenhang worden tweede en derde tranche gezamenlijk naar
de RvS en daarna naar het parlement gestuurd. Naar verwachting begin 2020, resp.
eind 2020
Boeken 7 en 8 reeds in Staatsblad
Waardering van ontwikkelingen?
Gezichtspunten:
1. Waarheidsvinding (materiële waarheid, wat is er echt gebeurd) (hier tegenover staat
formele waarheid, wat er volgens partijen gebeurd is, maar dat is niet de waarheidsvinding
waar het hier om gaat)
2. Toelaatbare middelen
Bekende voorbeelden: penthotal; Zaanse verhoormethode
, Penthotal is een middel wat met een injectie wordt ingebracht en waarmee iemand de
waarheid gaat spreken
Recent voorbeeld: mr. Big-methode
Mr. Big-methode: er wordt systematisch informatie ingewonnen (art. 126j Sv),
opsporingsambtenaren geven zich uit voor eigenaren van half legaal
beveiligingsbedrijf. Verdachte wordt benaderd met de mededeling dat ze wel een
baan hebben voor verdachte. Dan moeten ze elkaar wel kunnen vertrouwen.
Verdachte moet eerlijk zeggen of hij het gedaan heeft, anders krijgt hij de baan niet
Spanning tussen beide gezichtspunten vormt de motor van de rechtsontwikkeling
HR over Mr. Big-methode
Undercoveroperatie (i.c. fictief beveiligingsbedrijf)
Opsporingsambtenaren winnen vertrouwen en stellen voordelen in vooruitzicht als hij
bekend (in dit geval de baan)
Gevaar is dat verdachte feitelijk in een verhoorsituatie terechtkomt waarbij de
normale waarborgen ontbreken (bijv. de cautie, pressieverbod)
Geen algemeen eenduidig antwoord omtrent toelaatbaarheid
HR: Beoordeling van specifiek optreden, er kan geen eenduidig oordeel worden geveld,
moet per zaak worden bekeken. Primaire maatstaf is of de verklaringsvrijheid van verdachte
geschonden is (=mede met het oog op betrouwbaarheid)
Weegfactoren:
1. Verloop van opsporingstraject
2. Proceshouding verdachte
3. Mate van (psychische) druk
4. Wijze van toegepaste misleiding
5. Bemoeienis politie met inhoud verklring
6. Duur en intensiteit van het traject
7. Strekking en frequentie van contacten
8. In vooruitzicht gestelde consequenties
Plus: nauwkeurige verslaglegging, auditieve of videoregistratie, proportionalteit en
subsidiariteit alles in motivering
In deze casus was het bijv. zo dat de moord in 2010 gepleegd was, in 2013 was men nog
geen stap verder, de rechtszaak volgde in 2019. Er is dus sprake van een lang traject
(weegfactor 1). Daarnaast woog bijv. mee dat verdachte ook mee naar Spanje genomen
was.
Bronnen van strafprocesrecht
Wetboek van Strafvordering
Van belang in praktisch opzicht: in het wetboek staan heel veel oplossingen
voor de problemen die voorgelegd worden
Van belang in principieel opzicht:
Andere wetten in formele zin
Producten van lagere wetgevers
Internationaal recht
Ongeschreven recht (inclusief beleidsrecht)
Jurisprudentie
Integriteit en betrouwbaarheid zijn belangrijke waarden om dingen goed te regelen
Integriteit bijv. bij infiltratie: het is verleidelijk om in het criminele milieu terecht te komen
Betrouwbaarheid bijv. bij Oslo confrontatie, als iemand een lange verdachte omschrijft kan je
niet een line-up maken met 1 lange man en verder alleen kleine mannen
,Andere wetten in formele zin
Wet Wapens en munitie
WED
Opiumwet
Grote reeks andere
Bijzonderheid: ook WvSr (bijv. art. 14h Sr)
Als iets in een bijzondere wet geregeld is maar ook in het WvSv, is dat omdat in het WvSv
lichtere eisen zijn gesteld dan in de bijzondere wet
Inbeslagneming is bijv. geregeld in talloze verschillende wetten
Lagere wetgevers
Codificatie opdracht van art. 107 Gw is uitgerwerkt in art. 1 Sv. Dit maakt delegatie aan
lagere wetgevers mogelijk
1. Aanwijzen opsporingsbevoegdheden (art. 142 Sv)
2. Creëren bewijsvermoedens
3. (Vervolgings-)richtlijnen/Aanwijzingen
Internationaal recht
Minumum normen voor Sv in: EVRM en IVBPR
Ook voor Nederland van belang:
o Bijvoorbeeld: Brogan, Kostovski, Borgers, Funke/Saunders/O’Halloran/J.B.,
Kamansinski, Salduz/Panovits, Van de Kolk
Ook van toepassing op quasi-strafvordering (bijv. Oztürk)
Bilaterale & multilaterale verdragen (bijv. Schengen)
EU-strafrecht
o Voorheen: kaderbesluiten
o Nu: Verdrag van Lissabon richtlijnen
, Werkcollege 1 (05-02)
Vragen
a. Wat houdt strafvordering in?
Formeel strafrecht zorgt ervoor dat materieel strafrecht verwezenlijkt kan worden. Formeel
strafrecht staat in het Wetboek van Strafvordering. Strafvordering omvat de gehele
procedure in strafzaken. Dit omvat: opsporing, vervolging, berechting, rechtsmiddelen,
tenuitvoerlegging.
b. Wat zijn dwangmiddelen?
Aan te wenden bevoegdheden waardoor daadwerkelijk (dus eventueel met geweld indien
tegenstand wordt geboden), anders dan door tenuitvoerlegging van een straf of maatregel,
inbreuk wordt gemaakt op de rechten en vrijheden van personen (m.u.v. gevallen waarin
sprake is van toestemming)
c. Wat is opsporing en welke varianten zijn daarin denkbaar? Motiveer uw antwoord.
In de opsporingsfase kun je bepaalde dwangmiddelen gebruiken.
Opsporing: art. 132a Sv
1. Het onderzoek (impliceert actie)
2. In verband met strafbare feiten
3. Onder gezag van de officier van justitie (zie ook art. 148 lid 2 jo. 141 en 142 Sv)
4. Met als doel het nemen van strafvorderlijke beslissingen
Binnen het strafprocesrecht kennen we drie varianten/domeinen van opsporing:
Het klassieke domein
Redelijk vermoeden van gepleegd strafbaar feit: voltooid strafbaar feit,
strafbare poging of strafbare voorbereiding
Er moet sprake zijn van een verdenking: hoeft niet altijd een verdachte te zijn,
soms wel verdachte in de zin van art. 27 Sv
Verdenking is vereist, verdachte niet!
Doel: opheldering gepleegde feiten en sanctieoplegging
Inzet van alle dwangmiddelen toegestaan (mits aan voorwaarden voor inzet is
voldaan) (art. 52 e.v. en 126g Sv)
Georganiseerde criminaliteit
Vroegsporing, niet altijd sprake van een strafbaar feit
Redelijk vermoeden dat (art. 67 lid 1 jo. 126o Sv):
1. In georganiseerd verband
2 Misdrijven als bedoeld in art. 67 lid 1 Sv
3. Worden beraamd of gepleegd
4. Die gezien hun aard of samenhang met andere misdrijven een ernstige
inbreuk op de rechtsorde opleveren
Doel: mede oplossen van toekomstige feiten, dus met name zicht krijgen op
criminele organisatie
Inzet BOB-bevoegdheden toegestaan, art. 126o e.v. Sv (mits aan
voorwaarden voor inzet is voldaan)
Je kunt niet alles wanneer je in dit domein zit, alleen de bevoegdheden van
art. 126o e.v. Sv , aanhouden of staande houden kan bijv. (nog) niet
Terrorisme
Vroegsporing, niet altijd sprake van een strafbaar feit
Aanwijzingen van terroristisch misdrijf (dus geen redelijk vermoeden van
schuld, het gaat hier echt om een lage rang die snel bereikt wordt)
Doel: voorkomen van terroristische misdrijven
Wat kan worden onderzocht, mag worden onderzocht. Lage drempel.
Beperkte inzet bevoegdheden: zie art. 126zd e.v. Sv
Omdat er sprake is van zo’n lage drempel mogen er maar weinig
bevoegdheden worden ingezet
Kennen allemaal een aparte titel in de wettenbundel