Samenvatting
Samenvatting Politieke communicatie artikelen en hoorcolleges
Alle behandelde artikelen en hoorcolleges komen terug
[Meer zien]Voorbeeld 4 van de 41 pagina's
Voorbeeld 4 van de 41 pagina's
In winkelwagengesponsord bericht van onze partner
Voorbeeld van de inhoud
POLCOM & Journalistiek –Samenvatting en aantekeningen B2.
Week 1.
Media systems in the digital age
Het artikel "Media Systems in the Digital Age" onderzoekt hoe mediastelsels zijn geëvolueerd
met de opkomst van informatietechnologieën en digitalisering, met een focus op 30 landen.
De auteurs, waaronder Edda Humprecht, baseren hun werk op Hallin en Mancini's
theoretische framework uit 2004, dat mediastelsels indeelde in drie modellen: het
democratisch-corporatistische, het gepolariseerd-pluralistische en het liberale model. Ze
voeren aan dat digitalisering heeft geleid tot nieuwe media-indicatoren en dat bestaande
modellen, zoals het liberale model, nu minder relevant zijn in hun oorspronkelijke vorm.
Door middel van clusteranalyse identificeert de studie drie groepen: een democratisch-
corporatistische groep (Noord-Europese en Duitstalige landen), een gepolariseerd-
pluralistische groep (Zuid- en Oost-Europese landen), en een nieuw "hybride" cluster dat
landen omvat zoals de VS en enkele Oost-Europese staten. Dit hybride cluster heeft
kenmerken van zowel democratisch-corporatistische als gepolariseerd-pluralistische
modellen en weerspiegelt landen met een mix van journalistieke professionaliteit en minder
politieke parallelheid.
De auteurs introduceren nieuwe dimensies zoals mediavrijheid, digitale bereikbaarheid en
journalistieke reacties op gebruikersfeedback, om mediastelsels beter te definiëren in het
digitale tijdperk. Ze benadrukken dat mediavrijheid een belangrijke rol speelt, vooral omdat
overheden in sommige landen internetcontent censureren en journalisten in gevaar brengen.
Samenvattend laat de studie zien dat de aard van mediastelsels dynamisch is en beïnvloed
wordt door technologische en politieke veranderingen. De bevindingen wijzen op een
toenemende convergentie van mediastelsels en onderstrepen de noodzaak om
mediastelsels wereldwijd opnieuw te evalueren met moderne indicatoren, specifiek in niet-
Westerse landen
Gemeten adhv indicatoren:
1. Ontbreken van scheiding tussen nieuws en commentaar
2. Partijdige invloed en beleidsadvocatie
3. Politieke oriëntatie van journalisten
4. Media-partij parallellisme
5. Politieke vooringenomenheid
6. (on)afhankelijkheid van publieke omroep.
Hoewel digitalisering van mediasystemen heeft geleid tot nieuwe media, blijkt dat deze de
manier waarop politiek parallellisme zich manifesteert niet fundamenteel heeft veranderd.
Journalistieke professionalisme wordt bepaald adhv:
1. Interne en externe autonomie journalisten
2. Aanwezigheid van professionele richtlijnen en coden van ethiek
3. Niveau tot waar nieuwsmedia van geloofwaardigheid houdt
, 4. Journalisten hun oriëntatie tegenover public service.
Rol van de staat: acties die de staat neemt om de mediasector te supporten en reguleren.
Dimensies die hierbij passen zijn:
1. Vergoeden en promotie van publieke omroepen
2. (in)directe subsidie van nieuws media orgnaisaties
3. Regulatie van mediaconcentratie, ownership en competitie.
Mediavrijheid: recht van de pers om onafhankelijk en zonder inmenging info te verzamelen,
publiceren en verspreiden.
Politieke polarisatie: politieke standpunten en partijen komen steeds verder uit elkaar,
waardoor compromissen moeilijker worden en politieke verdeeldheid toeneemt.
Democratisch-corporatistisch model: Noord- en Centraal-Europa;
Gepolariseerd-pluralistisch model: Zuid-Europa;.
Westerse model: Engelstalige landen;
Belangrijke bevindingen:
1. Scandinavische landen (denemarken, findland, noorwegen en Zweden) hebben
stabiele mediasystemen met sterke mediaorganisaties die binnen democratisch-
corporatistisch model vallen.
2. De Duitstalige landen (Duitsland, Oostenrijk en Zwitserland) vertonen meer
overeenkomsten met de Noordse landen, terwijl het Verenigd Koninkrijk dichter bij
landen als de VS en Ierland staat, binnen het Westerse model.
3. Zuid-Europese landen variëren sterk op het gebied van politieke parallelisme en
staatssteun voor media, waarbij Italië bijvoorbeeld een hybride cluster vormt door
lage journalistieke professionalisering en hoge politieke paralleliteit.
4. Oost-Europese mediasystemen zijn verdeeld tussen de gepolariseerd-pluralistische
en hybride clusters. Zuidoost-Europese landen lijken meer op Zuidwest-Europese
landen, terwijl Noordoost-Europese landen als Estland meer lijken op de VS en het
VK.
Hybride cluster zijn landen die kenmerken delen van zowel westesr als gepolariseerd-
pluralistisch model (VS, België en Frankrijk). Combineren lager niveau van journalistieke
professionalisering met minder inclusieve mediamarkt en geringe staatssteun.
Shifting the South American media diversity debate from the stick to the carrot
Het artikel "Shifting the South African media diversity debate from the stick to the carrot:
lessons from Scandinavia, Latin America, and West Africa" door Julia Plessing onderzoekt
de uitdagingen van mediapluralisme en diversiteit in het Zuid-Afrikaanse medialandschap.
Ondanks dat Zuid-Afrika sinds de democratisering stappen heeft ondernomen om een vrij en
pluralistisch medialandschap te bevorderen, blijft er een aanzienlijke ongelijkheid bestaan in
de weergave van diverse perspectieven. Plessing wijst erop dat de huidige media
voornamelijk gericht zijn op de middenklasse en dat de stemmen van arme en
gemarginaliseerde gemeenschappen vaak worden genegeerd. Het ANC benadrukt
voornamelijk media-accountability (de “stick”-benadering), met voorstellen zoals een media-
,tribunaal om de journalistieke ethiek te handhaven. Echter, deze aanpak belemmert een
meer constructieve discussie over hoe mediadiversiteit werkelijk kan worden gestimuleerd.
Om de discussie te verschuiven naar meer ondersteuning voor mediapluralisme (de “carrot”-
benadering), vergelijkt Plessing de Zuid-Afrikaanse situatie met mediaondersteuning in
Scandinavië, West-Afrika en Latijns-Amerika. Scandinavië toont aan dat staatssteun aan de
pers mogelijk is zonder censuur; hier zorgen directe en indirecte subsidies ervoor dat
verschillende media blijven bestaan en diversiteit in informatie toegankelijk is. West-Afrika
biedt voorbeelden van staatssteun die, ondanks beperkte middelen, mediapluralisme
bevorderen zonder afhankelijkheid van de overheid. In Latijns-Amerika blijkt de
verwevenheid van media en overheid echter vaak tot censuur en een gebrek aan vrijheid te
leiden.
Plessing stelt voor dat Zuid-Afrika lessen trekt uit deze internationale voorbeelden, waarbij
lange termijn ondersteuning noodzakelijk is voor een diverse en representatieve
mediaomgeving. Ze suggereert dat hervormingen in het MDDA (Media Development and
Diversity Agency) van groot belang zijn om lokale en onafhankelijke media te ondersteunen.
Daarnaast benadrukt ze dat mediaondersteuning niet moet leiden tot staatscontrole, en pleit
ze voor een beleid waarin steun gericht is op ondervertegenwoordigde regio’s en
gemeenschappen, met aandacht voor het bevorderen van lokale inhoud en samenwerking
tussen nationale en regionale media. Concluderend biedt het artikel een raamwerk voor hoe
de Zuid-Afrikaanse overheid, door inspiratie te halen uit andere landen, een actievere rol kan
spelen in het stimuleren van mediatransformatie.
Bringing propaganda back into news media studies
Onbedoelde propaganda: onbewuste verspreiding van bepaalde ideeën door journalisten,
vaak door misperceptie of zelfbedrog.
Institutionele propaganda: journalisten staan onder druk van staats- of bedrijfsstructuren en
produceren verhalen die deze instellingen ondersteunen, vaak zonder zich daarvan bewust
te zijn.
Propaganda werd gebruikt om mensen te regeren door het managen van perceptie en
gedrag. Om goedkeuring te krijgen wordt propaganda gebruikt.
Propaganda werd na WOI veel meer gebruikt om burgers te beïnvloeden en naast bedrijven
gingen overheid(sinstellingen) dit ook doen.
Propaganda model: massamedia worden beïnvloed door economische en politieke krachten,
waardoor nieuws en info gefilterd worden om belangen van elite en dominante instituties te
ondersteunen. Benadrukt rol van instellingen zoals overheden en grote bedrijven in
vormgeven van mediaberichten.
Negatieve punten en implicaties PM:
Weinig aandacht in sociale wetenschappen wat acceptatie en toepassing beperkt
Onvoldoende engagement: academische werken neigen ernaar PM uit te sluiten
zonder grondige betrokkenheid of analyse, wat leidt tot oppervlakkige beoordeling
van het model.
Terminologie van propaganda: conclusie dat nieuwsmedia een propagandasysteem
vormen lijkt reden te zijn voor verwaarlozing ervan.
, Gebrek aan bewijs: wetenschappers die pm gebruiken hebben nog noiet aangetoond
of mediacontent die door pm wordt geïdentificeerd, daadwerkelijk als propaganda kan
worden beschouwd
Kritiek op journalisten: niet-intentionele aard van journalisme en feitelijke, diverse
output van nieuwsmedia maken propaganda overbodig.
Ontbreken van mechanismen: niet voldoende identificatie van mechanismen van
propaganda, wat toepasbaarheid in twijfel trekt.
Intentionele distributie van propaganda door individu/groep is een vd types propaganda, ipv
hoe de algemene definitie dit stelt.
Propaganda wordt als een intentionele manipulatie gezien van publieke opinie. Dit kan niet
aan nieuws gekoppeld worden, omdat journalisten dit niet intentioneel doen.
Geïntegreerde propaganda: onopvallende verweven propaganda in nieuwsmedia en sociale
structuren, zonder dat dor bewust door specifieke actoren wordt verspreid.
Uitgebreide definitie propaganda: vormen van teksten en meningen ter ondersteuning van
specifieke belangen, via zowel media als niet-media kanalen, met de intentie om publieke
steun en/of relevante acties te bewerkstelligen.
Media-gemedieerde kanalen: symbolische communicatie
Niet-media gemedieerde kanalen: fysieke interventies.
3 categorieën empiritsch onderzoek naar propaganda:
1. Productie en disctributie: processen butien media (lobbyen, censuur, intimidatie)
waarmee groepen bewust anderen beïnvloeden en bepaald beeld van werkelijkheid
creëren.
2. Content: media-uitingen zoals nieuws, PR of ads die specifieke belangen
ondersteunen.
3. Ontvangersgericht: effect van propaganda in media, zoals veranderingen in publieke
opinies en acties.
implicaties voor nieuwsmedia
1. Propaganda manifesteert zich in nieuwsmedia als inhoudspatronen die specifieke
belangen ondersteunen
2. Journalistiek beïnvloed door organisatorische praktijk en druk, wat journalisten vaak
volgen
3. Normatieve waarden van journalistiek zijn vaak in strijd met propaganda
4. Geen eenduidig ethisch oordeel over propaganda; kan zowel schadelijk (nefarious)
als goedaardige (benign) elementen bevatten.
5. In OPC-model wordt propaganda gezien als niet-consensuele, misleidende
communicatie
6. Misleiding omvat technieken als liegen, verdraaien, weglaten en misleiding wat
geïnformeerde toestemming publiek belemmert.
7. Nieuwsmedia die eleites ondersteunen gebruiken vaak bedriegllijke discoursen
ondanks grote hoeveelheid info en feiten
8. In liberale democratieën wordt kracht van mediapropaganda versterkt door
onbewuste ideologische integratie en schijnbare feitelijkheid.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lmvdp. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,46. Je zit daarna nergens aan vast.
Is Stuvia te vertrouwen?
4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)
Afgelopen 30 dagen zijn er 64450 samenvattingen verkocht
Opgericht in 2010, al 15 jaar dé plek om samenvattingen te kopen