People & organisation
Lesweek 1
Les 1
Organisatiekunde =
Het gedrag van een organisatie.
Is een tak van de wetenschap die zich bezighoudt met het bestuderen van het gedrag
van organisaties, de factoren die dit gedrag veroorzaken en hoe deze organisaties het
meest doeltreffend bestuurd kunnen worden.
DOR-model =
Met deze cirkels kan je een linkje maken met het
strategische niveau, tactische niveau en
operationele niveau.
Mensen maken of breken de organisatie. En niet
elke manier van organiseren is even effectief.
Een organisatie bestaat uit:
• Raad van toezicht controleert het college
van bestuur.
• De verticale lijn in het organogram is de hierarcie
• De horizontale lijn in het organogram zijn de ondersteunende processen
Elke organisatie heeft een missie en een visie (toekomstbeeld en kernwaarde) die leidt
tot een strategie.
MFO (Management Facilitaire Organisatie (Volgens Thuis & Stuive))=
Is het vakgebied dat zich bezighoudt met het op de juiste wijze organiseren, in elkaar
zetten en regelen van bedrijven.
→ Het aandachtsgebied in dit vak betreft bedrijven en bedrijfsvoering.
Marketing Philip Kotler =
Is een strategische bedrijfsfunctie die zich richt op het identificeren, creëren en leveren
van waarde aan klanten. Het omvat het proces van het begrijpen van de behoeften en
wensen van klanten, het ontwikkelen en promoten van producten en diensten die aan
die behoeften voldoen, en het opbouwen van duurzame relaties met klanten om de
verkoop en winstgevendheid te vergroten
1
,Marketing (getting the market (Philip Kotler)) omvat =
• Activiteiten en processen die waarde hebben voor de klant of gast
• Creëren, communiceren, leveren, uitwisselen van producten of diensten.
• Opbouwen en onderhouden van relaties.
• Vinden- behouden en blijven voldoen aan de wensen van de klant.
Volgens Kotler zijn 2 dingen belangrijk
• Stel de klant centraal
• Gegevens verzamelen, dus doet onderzoek.
Er zijn verschillende niveaus van
marketing
• Strategische niveau =
Wordt vanuit de ondernemingsvisie
het marketingbeleid opgesteld.
Wanneer marketing geborgd zit in de
gehele organisatie, ligt dit dicht- of is
dit onderdeel van het
organisatiebeleid.
• Functioneel niveau =
In hoeverre is marketing benoemd
als functie (marketingmanager,
medewerkers marketing) of
onderdeel van een functie, dit zegt
ook wat over de status van
marketing binnen een organisatie.
Het plaatje geeft een strategische marketingplanning aan. Tot en met marketingstrategie
zit het op strategisch niveau, daaronder mee op tactisch/ uitvoerend niveau; dus tactiek-
en uitvoering.
Marketing kan op verschillende niveaus worden onderverdeeld, afhankelijk van de focus
en de reikwijdte van de activiteiten. Hier is een veelvoorkomende indeling van
marketingniveaus.
Strategische niveau =
Dit niveau omvat het ontwikkelen van de marketingstrategie en het bepalen van de
algehele richting van de marketingactiviteiten van een organisatie. Het omvat het
identificeren van doelmarkten, positionering, concurrentieanalyse, merkstrategie en het
bepalen van lange termijndoelstellingen. Op dit niveau wordt de koers uitgestippeld voor
de marketinginspanningen van de organisatie.
Tactisch niveau =
Op dit niveau worden de strategische doelstellingen vertaald naar concrete acties en
campagnes. Het omvat het plannen en uitvoeren van specifieke marketingprogramma’s
en -initiatieven, zoals reclamecampagnes, promoties, PR-activiteiten, evenementen en
digitale marketingcampagnes. Het tactische niveau richt zich op het realiseren van
specifieke doelstellingen op korte en middellange termijn.
2
,→ Operationeel en functioneel niveau =
Dit niveau richt zich op de dagelijkse uitvoering van marketingactiviteiten. Het omvat
taken zoals marktonderzoek, prijsstelling, distributie, productontwikkeling,
klantenservice en marketingcommunicatie.
→ Op operationeel niveau worden de verschillende elementen van de marketingmix
beheerd en geoptimaliseerd om de marketingdoelstellingen op korte en middellange
termijn.
Op functioneel niveau is het doel van marketing om deze activiteiten op een coherente
en effectieve manier uit te voeren, rekening houdend met de strategische richting van
het bedrijf en de specifieke behoeften en kenmerken van de doelmarkt. Het omvat het
plannen, uitvoeren, evalueren en bijsturen van marketinginitiatieven om de
doelstellingen van het bedrijf te bereiken.
Human Resource Management=
Een vorm van resource management dat focust op verschillende
- Culturele procedures
- Structurele procedures
- Personele procedures
Met als doel om een hoge betrokkenheid van medewerkers te bereiken en
daardoor betere operationele resultaten te halen.
→ Juiste poppetje op de juiste plek
→ Het beheer van menselijk productiemiddel (kapitaal). Voorzien in beleid en middelen
(tools) inzetten.
Bedrijf/organisatie =
Een menselijke samenwerking die doelgericht en blijvend is.
Kenmerken organisatie =
• Menselijke factor (HR)
• Samenwerkingsvorm (LG/verantwoordelijkheden, delegeren, presteren)
• Doelgericht (M-F-O)
• Continuïteit (marketing)
Het brengt nogal wat denkwerk, vooruitkijken, risico’s aangaan en organiseren met zich
mee. Dus is plannen en bedenken wat je wanneer en hoe je het gaat inzetten of doen,
heel belangrijk.
3
, Les 2
Waarom strategisch management?
→ Manieren bedenken en toepassen om organisatiedoelen te bereiken
Strategie =
Gericht op lange termijn
→ Belangrijk te weten wat de toekomstige situatie is (bestaande situatie wordt
vergeleken met gewenste situatie)
Alternatieven zijn strategieën,
uiteindelijk kies je altijd 1 strategie
(niet meer). Hierna vergelijken met je
sterke en zwakke punten en
gebruiken.
Organisatieomgeving =
Alles wat buiten de organisatie ligt,
maar wel invloed heeft op diezelfde
organisatie…
Voorbeelden:
→ Aandeelhouders die een door de directie en RvC voorgesteld overnamebod
afslaan, omdat ze de prijs te laag vinden of heen vertrouwen hebben in de overnemende
partij.
→ De invoering van het rookverbod waardoor vele facilitaire afdelingen in organisaties
nieuwe voorzieningen moesten creëren voor de rokers binnen de organisatie.
→Toenemen van elektrische auto’s waardoor bedrijven faciliteiten moeten regelen
voor het opladen van deze auto’s.
De omgeving van de organisatie kan worden gedefinieerd als alle externe factoren die de
organisatie kunnen beïnvloeden.
Transactionele omgeving=
Partijen, zoals alle organisaties die betrokken zijn bij bijv. een FC Groningen wedstrijd
Externe omgeving =
Buiten de omgeving
We onderscheiden 2 verschillende omgevingen:
Bedrijfsomgeving =
• ‘What business are we in’
• Transactionele context (partijen)
Contextuele omgeving (situaties) =
• Organisatorische context
• Macro context
4