H13
13.1
Maatregelen voor energiebesparing: Beperking gebruikstijd en stand-by-tijd van apparatuur,
apparatuur als afwasmachines en ovens 1 of 2 dagen in de week intensief gebruiken i.p.v. elke dag
kort, beperking invloed warmteontwikkeling op ruimteverwarming en ruimtekoeling, vervanging van
oude apparatuur door nieuwe energie-efficiëntere en veiligere apparatuur, deurdiscipline hanteren
bespaart op koelapparatuur, perslucht is energiegrootgebruiker geef door als lekkages zijn.
13.2
Laboratoria zijn grootgebruikers van chemicaliën, water, papier, disposables en andere
laboratoriummaterialen, zoals glaswerk.
Er zijn verschillende soorten voorbehandeld water (steeds zuiverder): Gedecarboneerd water,
onthard water, demiwater, reverse-osmose(RO)-water, gedestilleerd water, ultrapuur water.
Naarmate het water zuiverder moet zijn, is meer energie nodig voor de productie en ontstaat meer
afvalwater.
Maatregelen voor waterbesparing: gebruik zo min mogelijk water van hoge kwaliteit, bespaar water
bij het reinigen (schoonste water gebruiken voor minst vuile glaswerk, dat afvalwater voor vuiler
glaswerk enz.), gebruik regelsystemen (water wordt alleen gebruikt als apparaat gebruikt wordt),
gebruik geen waterstaalpompen.
Bekijk of er duurzamere varianten zijn van de materialen die je bij je werk gebruikt.
13.3
Lozing via het riool
Prioritaire stoffen (moeten voldoen aan lozingsnormen): (stofgroepen:)
benzeen,tolueen,ethyleen,xyleen (btex), chloorhoudende
verbindingen/chloorkoolwaterstoffen, verschillende bestrijdingsmiddelen, zware metalen,
octylfenolen.
Prioritaire gevaarlijke stoffen (vervanging/nullozing): gebromeerde difenylethers, cadmium &
cadmiumverbindingen, hexachloorbenzeen, kwik & kwikverbindingen, pentachloorbenzeen
enz.
Emissies via zuurkast/ventilatiesysteem
Vaste en gas- of dampvormige stoffen (emissienormen/zo laag mogelijk): (stofgroepen:)
carcinogenen, zware metalen en verbindingen, polycyclische aromatische
koolwaterstoffen, vluchtige organische stoffen zoals benzeen/1,2-dibroomethaan/1,2-
dichloormethaan/ethyleenoxide enz.
Extreem risicovolle stoffen (nulemissie): polybroomdioxines, polychloorbifenylen,
polyhalogeen-dibenzodioxines, hexabroombifenyl enz.
13.4
Maatregelen om de mogelijke milieuschade te beperken: