100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Europees materieel recht €6,49
In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Europees materieel recht

2 beoordelingen
 155 keer bekeken  6 keer verkocht

Samenvatting van het vak Europees materieel recht , het is een samenvatting van de reader inc. de Engelse stukken, jaar 2 blok 8.

Voorbeeld 4 van de 35  pagina's

  • 7 juni 2020
  • 35
  • 2019/2020
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (11)

2  beoordelingen

review-writer-avatar

Door: ayat_alkadimi • 3 jaar geleden

review-writer-avatar

Door: esrakurum • 4 jaar geleden

reply-writer-avatar

Door: lawinhollandr • 4 jaar geleden

Bedankt voor je feedback! Wat zou ik nog kunnen verbeteren? Dan pas ik de samenvatting graag aan! (:

avatar-seller
lawinhollandr
Samenvatting Europees Materieel recht

Herhaling van jaar 1
De beginselen;
 Bevoegdheidsverdeling;
Het Verdrag van Lissabon verduidelijkt de bevoegdheidsverdeling tussen de EU en haar lidstaten.
Naast het subsidiariteits- en het evenredigheidsbeginsel staat het beginsel van
bevoegdheidsverdeling, art. 5 (VEU) – verdrag van de Europese Unie .

Dit beginsel betekent dat de EU alleen kan optreden binnen de grenzen van de bevoegdheden die
haar zijn toegekend door de EU-verdragen. Deze bevoegdheden staan in de artikelen 2 tot en met 6
van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU).
Er zijn 4 soorten bevoegdheden;
 Exclusieve bevoegdheden 3 VWEU, alleen de EU mag optreden op deze gebieden bijv.
douane.
 Gedeelde bevoegdheden, 4 VWEU, EU-landen mogen alleen optreden als de EU er van afziet.
Bijv. cohesiebeleid, energie en milieu. EU-landen mogen de commissie verzoeken een
goedgekeurd wetsvoorstel in te trekken op een van de gedeelde gebieden om het
subsidiariteits- en het evenredigheidsbeginsel beter na te kunnen leven. ( verklaring 18
Verdrag Lissabon )
 Het coördineren van beleid, 5 VWEU, bijv. economisch beleid.
 De EU is bevoegd om het optreden van de EU-landen te ondersteunen, 6 VWEU. Bijv. cultuur
en toerisme.

Het subsidiariteitsbeginsel
Dit beginsel bepaalt of de EU bevoegd is om besluiten te nemen en zorgt ervoor dat de besluiten zo
dicht mogelijk bij de burgers worden genomen. Het beginsel wordt bekrachtigd in artikel 5 van het
Verdrag EU (VEU).

Evenredigheidsbeginsel
Het regelt de uitoefening van de bevoegdheden door de Europese Unie. Het is bedoeld om duidelijke
grenzen af te bakenen voor het optreden van EU-instellingen. De omvang en de vorm van het
optreden moeten in verhouding staan met het nagestreefde doel. Dit beginsel staat ook in artikel 5
van de VEU.

,Week 1
Vrij verkeer van personen, verschillende personen
Categorieën personen in het Europees recht;




EU-Burgers
In 1992 werd met het verdrag van Maastricht het burgerschap van de unie ingevoerd. Op basis van
20 VWEU is de burger van de Unie eenieder die de nationaliteit van een van deze lidstaten bezit. Het
is niet mogelijk om het EU-Burgerschap los van de nationaliteit van een van de lidstaat te verkrijgen.

Doordat het Europees burgerschap gebaseerd is op nationaal burgerschap en lidstaten vrij zijn om
het nationaal burgerschap toe te kennen aan wie zij zelf willen, zij het de lidstaten die bepalen wie er
EU-Burger is. Als de persoon op basis van nationaal recht van een willekeurige EU-lidstaat over een
bepaalde nationaliteit beschikt, dan moeten de overige lidstaten dit ook erkennen, ook al kennen zij
de nationaliteit en de gronden toe.

Het Europees Hof van Justitie heeft geoordeeld dat, de hoedanigheid van de burger van de Unie de
primaire status van de onderdanen van de lidstaten dient te zijn, die degenen onder hen die zich in
dezelfde situatie bevinden, ongeacht hun nationaliteit en onverminderd de uitdrukkelijk vastgestelde
uitzonderingen ter zake, het recht op dezelfde rechtsbehandeling verleent. – Er is dus recht op een
gelijke behandeling.

De burgers van de unie hebben ook nog andere rechten, deze staan in 20 tot en met 24 van het
VWEU;
 Recht op vrij verplaatsen op het grondgebied en vrij te verblijven,
 Het actief en passief kiesrecht,
 Het recht op bescherming van de diplomatieke en consulaire instanties van iedere lidstaat op
het grondgebied van derde landen waar de lidstaat niet zelf vertegenwoordigd is.
 Het recht om verzoekschriften tot het Europees Parlement te richten, of zich tot de Europese
ombudsman te wenden.

Economische inactieve EU-Burgers
Hieronder vallen studenten, gepensioneerden, werkelozen en ook wel niet-marktburgers genoemd.
Hun rechten op vrij verkeer vloeien uit 20 VWEU (non-discriminatie beginsel). Binnen de categorie
werkelozen nemen werkzoekende een bijzondere positie in. Zij kunnen de eerste 6 maanden van hun
verblijf in een lidstaat profiteren van 45 VWEU, het vrij verkeer van werknemers.

,Het Europees Hof van Justitie bepaalt dat het vrij verkeer van werknemers inhoudt dat de
onderdanen van de lidstaten het recht hebben om zich binnen het grondgebied van andere lidstaten
gedurende een bepaalde periode vrij mogen verplaatsen en daar verblijven met het doel om werk te
zoeken. Als ze na de 6 maanden nog geen werk hebben, hebben ze nog recht op verblijf als er
aangetoond kan werken dat er nog een reële kans is om werk te vinden.

Derdelanders
Dit zijn personen die niet de nationaliteit van een van de lidstaten van de EU bezitten. Derdelanders
die familieleden zijn van een EU-burger hebben op basis van Richtlijn 2004/38/EG recht op vrij
verkeer. Op basis van deze richtlijn zijn familieleden van EU-burgers, ongeacht hun nationaliteit:

1. De echtgenoot van een Unie-burger;
2. De partner van een Unie-burger met wie de Unie-burger een geregistreerd partnerschap heeft
gesloten (voor zover de wetgeving van het gastland geregistreerd partnerschap gelijk stelt met een
huwelijk en aan de voorwaarden van de wetgeving van het gastland is voldaan);
3. De kinderen van een Unie-burger beneden de leeftijd van 21 jaar, of die ten laste komen van de
Unie-burger;
4. De kinderen van de echtgenoot of geregistreerd partner van een Unie-burger beneden de leeftijd
van 21 jaar, of die ten laste komen van de Unie-burger en zijn echtgenoot of geregistreerd partner;
5. De ouders van een Unie-burger, die ten laste komen van de Unie-burger;
6. De ouders van de echtgenoot of geregistreerd partner van de Unie-burger, die ten
late komen van de Unie-burger en zijn echtgenoot.

Richtlijn 2004/38/EG: het Vrij verkeer van EU-burgers en hun familieleden
Categorieën personen die rechten aan Richtlijn 2004/38/EG kunnen ontlenen zijn:
• Alle EU-burgers (dus zowel economisch actieve, als economisch inactieve EUburgers);
• Familieleden van EU-burgers die niet de nationaliteit van één van de lidstaten bezitten.

Personen die geen rechten aan Richtlijn 2004/38/EG kunnen ontlenen zijn overige derdelanders.
Richtlijn 2004/38/EG bevat grofweg drie typen rechten: reisrechten, verblijfsrechten en het recht op
non-discriminatie.
Blz 14 tabel


Reisrechten
Reisrechten gaan belemmeringen tegen, die personen ondervinden wanneer zij de grens tussen twee
lidstaten willen passeren. Het reisrecht omvat het inreisrecht het uitreisrecht. Dit betekent dat het
reisrecht zowel betrekking heeft op het recht een lidstaat te verlaten, als op het recht erbinnen te
gaan.

Op basis van art. 4 en 5 van Richtlijn 2004/38/EG heeft iedere burger van de EU het recht om vrij te
reizen tussen de lidstaten van de Europese Unie. De enige voorwaarde die hieraan wordt verbonden,
is dat men in het bezit moet zijn van een geldig paspoort of geldige identiteitskaart. Dit geldt ook
voor familieleden van EU-burgers. Bovendien moeten zij, afhankelijk van hun land van herkomst, een
visum aanvragen. De visumplicht staat uitgewerkt in Verordening 539/2001. In deze verordening
staat een lijst van derde landen opgenomen waarvan de onderdanen bij overschrijding van de
buitengrenzen in het bezit moeten zijn van een visum (zie bijlage I bij Verordening 539/2001) en een
lijst van derde landen waarvan de onderdanen van deze plicht zijn vrijgesteld.

, Verblijfsrechten
Verblijfsrechten zien toe op het opheffen van belemmeringen die personen ondervinden die de grens
tussen twee lidstaten al zijn overgestoken en vervolgens, al dan niet voor langere tijd, in een andere
lidstaat van de EU willen verblijven. Er kunnen in het Europees recht drie categorieën verblijfsrechten
worden onderscheiden:

1. Kortdurend verblijfsrecht (maximaal drie maanden);
Alle EU-burgers, dus zowel economisch actieve als economisch inactieve burgers, en hun
familieleden hebben recht op kortdurend verblijf in een andere lidstaat. Dit blijkt uit art. 6 van
Richtlijn 2004/38/EG.

De enige eis waaraan zij moeten voldoen is dat zij over een geldig paspoort of een geldige
identiteitskaart moeten beschikken. Daarnaast mogen zij geen onredelijke belasting vormen voor het
socialebijstandsstelsel van het gastland. Voor familieleden van EU-burgers geldt bovendien dat zij
geen zelfstandig verblijfsrecht hebben, maar dat zij alleen recht op verblijf hebben als zij een EU-
burger begeleiden


2. Verblijfsrecht (meer dan drie maanden);
Het verblijfsrecht voor meer dan drie maanden moet worden opgedeeld in het verblijfsrecht van
economisch actieve burgers, het verblijfsrecht van economisch inactieve burgers en het verblijfsrecht
van familieleden van EUburgers.

Dit verblijfsrecht wordt geregeld in art. 7 van Richtlijn 2004/38/EG. De eis waaraan economisch
actieve burgers moeten voldoen, is dat zij moeten kunnen aantonen dat zij daadwerkelijk een
economische activiteit uitoefenen. Zij hoeven geen verblijfskaart aan te vragen. Wel kunnen de
autoriteiten in het gastland eisen dat zij zich hier officieel inschrijven. De voorwaarden voor verblijf
voor economisch inactieve burgers zijn:
1. In het bezit zijn van een ziektekostenverzekering die alle risico's in het gastland dekt;
2. Over voldoende bestaansmiddelen beschikken om te voorkomen dat men tijdens het verblijf in het
gastland ten laste komt van het socialebijstandsstelsel.

Bij het vaststellen of iemand over voldoende bestaansmiddelen beschikt, moeten lidstaten rekening
houden met de persoonlijke omstandigheden van de betrokkene. De lidstaten mogen in ieder geval
geen vast bedrag van bestaansmiddelen vaststellen dat zij in het algemeen als toereikend
beschouwen. Dit blijkt uit art. 8 lid 4 van Richtlijn 2004/38/EG. Economisch inactieve burgers hoeven
net als economisch actieve burgers geen verblijfskaart aan te vragen. Wel kan door de autoriteiten in
het gastland van hen worden geëist dat zij zich hier officieel inschrijven.

Voor studenten geldt dat zij officieel ingeschreven moeten zijn aan een particuliere dan wel
openbare instelling die door het gastland overeenkomstig de wetgeving of administratieve praktijk is
erkend of wordt gefinancierd om er als hoofdbezigheid een studie of beroepsopleiding te volgen.
Alleen als aan deze voorwaarde is voldaan hebben zij het recht om voor een periode langer dan drie
maanden in een gastlidstaat te verblijven.

Na zes maanden mag een werkzoekende op basis van art. 45 VWEU nog steeds niet worden uitgezet,
als hij kan aantonen dat hij nog steeds werk zoekt en een reële kans maakt op het vinden van een
baan.

Voor familieleden van EU-burgers afkomstig uit derde landen geldt dat zij over een verblijfskaart
moeten beschikken. Daarnaast hebben zij geen zelfstandig verblijfsrecht, maar kunnen zij alleen

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lawinhollandr. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 57413 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  6x  verkocht
  • (2)
In winkelwagen
Toegevoegd