Opdrachten met uitgebreide goede antwoorden van het vak Relatievermogensrecht van het keuzeblok Familievermogensrecht van de minor Personen- en Familierecht
,Week 1
Vraag 1
Noem tenminste 4 verschillen tussen het huwelijk/geregistreerd partnerschap en het ongehuwd
samenwonen met een samenlevingsovereenkomst. Herhaling van het vak privaatrecht 2 (REV) en
personen- en familierecht (SJD). Om even weer het geheugen op te frissen. Motiveer je antwoord
met behulp van de wet.
- Ze zijn vrij om te bepalen wat zij willen bij een samenlevingsovereenkomst. Bij een huwelijk/GP
is dat helemaal geregeld in de wetgeving.
- Bij huwelijk/GP is er een van rechtswege geregelde gemeenschap van goederen. Zodra je gaat
huwen dan bouw je samen een gemeenschap van goederen op.
o Beperkte gemeenschap van goederen (vanaf 01-01-2018) – artikel 1: :80b BW.
o Algehele gemeenschap van goederen.
- Door het aangaan van een huwelijk/GP komen er betrekkingen tussen de partners/partijen. Zij
worden bijv. erfgenamen van elkaar (artikel 4:10 BW). Dit gebeurd van rechtswege.
Samenlevers zijn niet van rechtswege erfgenamen van elkaar. Zij moeten een testament
opmaken.
- Ex-geliefden hebben niet van rechtswegen recht op alimentatie bij een
samenlevingsovereenkomst. Dit komt nauwelijks voor. Dit is bij het eindigen van een huwelijk/
GP van rechtswege geregeld artikel 1::80d lid :80e BW.
o 1:157 – alimentatieplicht.
o 1:80d/1:80e lid 1 – geregistreerde partners.
- Samenlevingsovereenkomst heeft geen gevolgen voor het gebruiken van de achternaam. Ieder
houdt zijn eigen achternaam. Huwelijk/GP kunnen beide partners kiezen voor hun eigen
geslachtsnaam of voor 1 voor beide – artikel 1:9 BW.
- Binnen een huwelijk/GP wordt de man automatisch juridisch vader van de tijdens huwelijk/GP
geboren kind – artikel 1:199 sub a BW. Wonen de ouders samen, dan moeten zij eerst het kind
erkennen – artikel 1:199 sub c BW (erkenning / afstamming).
- Binnen een huwelijk/GP hebben ouders automatisch gezag over het geboren kind – artikel
1:251 BW (huwelijk) 1:253aa (GP). Bij samenwonenden moeten zij dit aanvragen – artikel 1:252
BW.
Vraag 2
Wat verstaat men onder de draag- en fourneerplicht en wat is het "nihilbeding". Kan het
nihilbeding onder alle omstandigheden gehandhaafd blijven?
Motiveer je antwoord met behulp van de wet.
Dit gaat over de huishoudelijke kosten. Deze moet je verdelen.
Artikel 1:84 BW
- Fourneren = je stelt je huishoudgeld vooraf ter beschikking, waarbij je die vooraf ter beschikking
stelt. Er is dus geld om mee te gaan shoppen – artikel 1:84 lid 2 BW (fourneerplicht).
- Draagplicht = achteraf die kosten met elkaar intern verrekenen – artikel 1:84 lid 1 BW
(draagplicht).
Kun je hier vanaf wijken? Ja. Dit is namelijk regelend recht.
Dit kan op huwelijkse voorwaarden – lid 3.
Nihilbeding = 1 van beide echtgenoten of GP draagt niet bij met fourneren of de draagplicht. Dit
kan i.v.m. het hebben van een ondernemen of dat 1 heel rijk is en de ander veel schulden heeft. Dit
Studentenhandleiding, studieonderdeel RVR, BLOK 3.4 STUDIEJAAR 2019-2020 Pagina 2
, kan worden opgenomen in de huwelijkse voorwaarden of tijdens het huwelijk/GP worden
veranderd.
Vraag 3
Kan van de regeling van art. 1:85 BW (aansprakelijkheid voor huishoudelijke schulden)
worden afgeweken bij partij-afspraak? Motiveer je antwoord met behulp van de wet.
Nee, dit kan niet. Dit is dwingend recht. “Echtgenoot IS naast de ander….” (staat niet ‘kan’).
Vraag 4
Wat is het verschil tussen huishoudelijke kosten en ‘gewoon’ huishoudelijke kosten? Wat is een
gevolg van de kwalificatie ‘gewoon’ huishoudelijke kosten? Motiveer je antwoord met behulp van
de wet.
In artikel 1:84 BW gaat het over de algemene huishoudelijke kosten alle kosten die dienstbaar
zijn aan het gezin.
- Hierbij hangt het af van de handelende persoon die ervoor aansprakelijk is (niet allebei
hoofdelijk aansprakelijk).
In artikel 1:85 BW gaat het over de (gewone) huishoudelijke kosten die steeds weer terugkeren
wekelijkse boodschappen, gas, water & licht, tuinman, huishoudelijke hulp, etc. Deze zijn nodig voor
de gewone gang van de huishouding.
- Hier ben je alle 2 hoofdelijk aansprakelijk voor het gehele bedrag.
Vraag 5
Op welke wijze kunnen ongehuwd samenwoners de bijdrage aan de kosten van de huishouding
regelen?
Boek 1 Titel 6 is niet van toepassing op samenwoners (dus artikel 1:84 BW ook niet).
Dit kan toch worden geregeld door de vrije regelgeving in Boek 3, 5 en 6.
- Variatie in de Samenlevingsovereenkomst op BB – artikel 2. Dit is een variant op artikel 1:84
BW.
Vraag 6 TENTAMENVRAAG
Giovanni (35 jaar) en Valerie (37 jaar) zijn gehuwd op huwelijkse voorwaarden die inhouden dat er
tussen hen geen enkele gemeenschap van goederen zal bestaan (koude uitsluiting). Zij zijn allebei
niet onder curatele gesteld. Er is in de huwelijkse voorwaarden geen specifieke bepaling over de
huishoudelijke kosten opgenomen. Giovanni runt zijn bedrijf, genaamd “Giovanni
Voetbalsupplies“. Hij sluit een overeenkomst van geldlening met de Fortisbank om de komende
zomervakantie te financieren. Op verzoek van de bank wordt er een bezitloos pandrecht op de
dure stoelen die in de woonkamer staan gevestigd tot zekerheid van de terugbetaling. Deze stoelen
behoren in eigendom toe aan Giovanni. Valerie verneemt hier na enige tijd van en is daar bepaald
niet blij mee.
a. Is de geldovereenkomst die Giovanni is aangegaan rechtsgeldig, dat wil zeggen
onaantastbaar? Motiveer je antwoord met behulp van de wet.
Artikel 1:84 BW geldt hier, omdat er verder niets geregeld is over de huishoudelijke kosten.
De geldovereenkomst is wel geldig, dit is een obligatoire overeenkomst. Zij zijn niet onder
curatele gesteld, maar elk ieder bevoegd – artikel 3:32 BW. Ze zijn dus gewoon
handelingsbevoegd.
Studentenhandleiding, studieonderdeel RVR, BLOK 3.4 STUDIEJAAR 2019-2020 Pagina 3
, Beschermende maatregelen obligatoire maatregelen – artikel 1:88 BW, maar deze is niet van
toepassing omdat er sprake is van een geldleningsovereenkomst.
Giovanni is gewoon bevoegd een geldleningsovereenkomst aan te gaan.
b. Er is door Giovanni naast de overeenkomst van geldlening een overeenkomst tot verpanding
van de stoelen gesloten. Kan Valerie deze overeenkomst tot verpanding van de schilderijen
aantasten? Motiveer je antwoord met behulp van de wet.
Verpanding is een vorm van bezwaring. Artikel 3:5 BW regelt dat stoelen bij de inboedel horen.
Hierbij is wel artikel 1:88 sub a BW van toepassing, omdat het gaat om verpanding van de
inboedel. Hiervoor is toestemming nodig van Valerie. Zij kan dus op grond van verpanding de
overeenkomst vernietigen – artikel 1:89 BW.
c. Stel: Valerie kan de overeenkomst aantasten en doet dit ook. Wat is het verweer dat de bank
kan aanvoeren? En zal dat slagen? Motiveer je antwoord met behulp van de wet.
Artikel 1:89 BW de bank kan zeggen dat zij ter goeder trouw was (artikel 1:89 lid 2 BW).
Gaat deze ter goeder trouw ook gegenereerd worden?
De goeder trouw, voorwaarden:
- Rechtshandeling onder baat.
- De goeder trouw moet aanwezig zijn.
De bank heeft een onderzoeksplicht, en mogen niet zomaar afgaan op wat de klanten
zeggen. Dus de goede trouw wordt niet aanwezig geacht en de verpanding kan gewoon
plaatsvinden.
d. Hoe is je antwoord op de vragen onder 1a en 1b voor het geval Giovanni en Valerie in
gemeenschap van goederen gehuwd zouden zijn?
Identiek, precies hetzelfde.
Artikel 1:88 BW staat in Titel 6 rechten en plichten voor echtgenoten.
Vraag 7
Iris is getrouwd met Udo op huwelijkse voorwaarden met koude uitsluiting. Iris heeft een
makelaarskantoor op haar naam. Zij verricht een aantal handelingen buiten medeweten van haar
man Udo:
a. Iris komt op een veiling, alleen toegankelijk voor makelaars. Volgens de veilingvoorwaarden
dient de biedende makelaar persoonlijk borg te staan voor zijn/haar opdrachtgever. Iris stelt
zich privé borg door middel van een overeenkomst tot borgstelling.
b. De dochter van Iris, Milou, wil een huis kopen maar de bank wil dit alleen doen als de ouders
borg staan. Iris staat middels een overeenkomst tot borgstelling borg voor de hypothecaire
lening van haar dochter.
Voor welke overeenkomst van borgstelling is de toestemming nodig van Udo? Motiveer je
antwoord met behulp van de wet.
Artikel 1:88 sub c BW
Die toestemming van Udo heeft zij niet nodig, maar dit heeft zij wel nodig voor haar
borgstelling voor Milou.
Voor haar borgstelling als makelaar heeft zij de toestemming van Udo niet nodig.
Studentenhandleiding, studieonderdeel RVR, BLOK 3.4 STUDIEJAAR 2019-2020 Pagina 4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Klasien. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.