Werkgroep 5, Consumentenrecht 2019-2020
Werkgroep 5 De reizende consument
Inleiding
Een van de eerste richtlijnen op het gebied van het consumentenrecht is de richtlijn pakketreizen. Dit
was het begin van de bemoeienis van de Europese Unie met de reizende consument. Deze richtlijn is
inmiddels gewijzigd en aangepast aan deze tijd. Daarnaast heeft de reiziger rechten verkregen in het
geval een vlucht is geannuleerd of vertraagd op grond van Verordening 261/2004 inzake compensatie
en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering, annulering of langdurige vertraging.1 Deze week zullen
we ingaan op de omstandigheden waaronder een luchtvaartmaatschappij compensatie aan de
consument moet betalen. Daarnaast staat de reisovereenkomst centraal en de wijze waarop de richtlijn
pakketreizen doorwerkt in het Nederlandse recht.
Leerdoelen
- De student heeft kennis van de regels en de jurisprudentie met betrekking tot de
pakketreisovereenkomst en kan deze toepassen op een casus.
-De student heeft kennis van Verordening 261/2004 inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers
bij instapweigering, annulering of langdurige vertraging, de daarbij behorende jurisprudentie.
- De student kan de regels voortvloeiend uit Verordening 261/2004 inzake compensatie en bijstand aan
luchtreizigers bij instapweigering, annulering of langdurige vertraging vinden en de daarbij behorende
jurisprudentie toepassen op een casus.
- De student heeft inzicht in de problemen die de toepassing van Verordening 261/2004 inzake
compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering, annulering of langdurige vertraging met
zich brengen.
- De student kan de juridische problemen in een casus betreffende de pakketreisovereenkomst
aanwijzen en een oplossing daarvoor aandragen.
- De student kan de Nederlandse regels met betrekking tot de pakketreisovereenkomst richtlijn conform
uitleggen.
- De student kan de implementatie van de Richtlijn pakketreizen in de Nederlandse rechtsorde
analyseren.
Literatuur
* T.F.E. Tjong Tjin Tai, Mr. C. Assers Handleiding tot de beoefening van het Nederlands Burgerlijk Recht,
7, Bijzondere overeenkomsten, Deel IV, Opdracht, incl. de geneeskundige behandelingsovereenkomst en
de reisovereenkomst, Deventer: Wolters Kluwer 2018. (Asser 7-IV) nrs. 472, 473, 475, 481, 483, 484,
485, 487 en 553. Daarnaast de volgende paragrafen: § 7.3, § 7.4, § 7.5.1, § 7.6, § 7.7.
* M.B.M. Loos, Consumentenrecht in de lucht: ontwikkelingen in het Europees
passagiersluchtvervoerrecht, NtER 2013, nr. 1/2, p. 58-67 (niet de paragrafen verjaringstermijnen en
verloren bagage).
Jurisprudentie
* HvJ EU 4 oktober 2012, zk C‑22/11, ECLI:EU:C:2012:604 (Finnair Oyj/Timy Lassooy).
* HvJ EU 23 oktober 2012, gevoegde zaken C‑581/10 en C‑629/10, ECLI:EU:C:2012:657 de nummers 1-
40, 70-84 (E. Nelson, B. C. Nelson, B.C. Nelson/Deutsche Lufthansa AG, The Queen, op verzoek van: TUI
Travel plc, British Airways plc, easyJet Airline Company Ltd, International Air Transport Association/Civil
Aviation Authority).
1
Zie voor het treinvervoer: Verordening 1371/2007 van 23 oktober 2007 betreffende de rechten en verplichtingen
van reizigers in het treinverkeer, Pb EU 2007 L 315/14.
1
, Werkgroep 5, Consumentenrecht 2019-2020
* HvJ EU, 26 februari 2013, zk C-11/11, ECLI:EU:C:2013:106 (Air France SA/H.-G. Folkerts, L.-T. Folkerts).
* HvJ EU, 17 september 2015, zk C-257/14, ECLI:EU:C:2015:618 (Van der Lans/KLM).
Regelgeving
* Verordening 261/2004 inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering,
annulering of langdurige vertraging, Pb EU 2004 L
Opdrachten
Opdracht 1
Eitan en Janneke boeken via reisorganisator BeachTrip een vakantie in Turkije. Deze vakantie bestaat uit
een vliegreis en een verblijf van twee weken in een hotel. Aangezien Janneke in een rolstoel zit, hebben
zij gekozen voor verblijf in een 5-sterrenhotel dat in de brochure van BeachTrip wordt aangeprijsd als
‘rolstoelvriendelijk’. Bij aankomst blijkt het hotel echter niet geschikt voor rolstoelgebruikers. Janneke
kan moeilijk douchen en van het toilet gebruikmaken, er zijn in het gehele hotel hoge drempels en het
balkon is niet toegankelijk. Janneke en Eitan verzoeken Beachtrip om een geschikte kamer, wat
Beachtrip niet kan bieden. Janneke en Eitan besluiten daarom zelf een alternatief te zoeken. Na twee
dagen vinden ze een geschikt hotel met de naam Aurora waar ze de resterende dagen van hun vakantie
doorbrengen.
Vraag 1
Bespreek twee leerstukken op grond waarvan Eitan en Janneke onder de reisovereenkomst met
Beachtrip uit kunnen.
Oneerlijke handelspraktijk -> vernietiging
• Art. 6:193a lid 1 sub d jo. 6:193c lid 1 sub b jo. art. 6:193a lid 2 jo. Art. 6:193b lid 3 jo. 6:193j lid 3
Ontbinding wegens tekortkoming (art. 6:265 BW) Titel 7A Boek 7 (pakketereisovereenkomst)
• Pakketreisovereenkomst (art. 7:500 sub c jo. sub b jo. sub a onder i) en ii)
• Non-conformiteit (art. 7:500 sub m jo. Art. 7:510 BW)
• Beëindiging? (art. 7:510 lid 8)
Informatieverplichting 7:502 BW en bewijslast 7:505 BW
- Via de oneerlijke handelspraktijk. Het is een misleidende handelspraktijk, 6:193c BW informatie
die kan misleiden, 6:193c lid 1 sub b. Een dienst valt er ook onder, zie 6:193a BW. Wordt nou de
gemiddelde consument daardoor misleid? 6:193a lid 2 BW. Gemiddelde lid waarop handelaar
zich richt. Op welke groep richt de handelaar zich? Ze richten zich in principe op iedereen. Je zou
hier ook kunnen zeggen dat ze zich op mensen in een rolstoel richten, de gemiddelde persoon in
een rolstoel gaat deze ovk niet aan. We kijken naar de groep van rolstoelgebruikers, ze zijn
vatbaarder voor die tekst.
- Bij reclame hoef je oneerlijke handelspraktijk niet uit te werken, is duidelijk bij reclame. Dus er is
sprake van een handelspraktijk in de zin van 6:193a sub d BW.
- Dan naar 6:193b lid 3 sub a BW.
- Vernietigen via art. 6:193j lid 3 BW.
Vangnet-bepaling. Professionele toewijding, komt bijna nooit voor.
2
