Hoofdstuk 1
Definities
Broddelen wordt omschreven als een stoornis in de vloeiendheid van het spreken waarbij de spreker
niet in staat is zijn tempo aan te passen aan de linguïstische (grammaticale encodering) of motorische
(fonologische encodering) eisen van het moment. Vaak zie je als bijkomend verschijnsel een stoornis
in taalplanning op linguïstisch of pragmatisch niveau.
Bij stotteren is er sprake van veel onvrijwillige interrupties in de vloeiendheid van de spraak en ze
hebben vaak een gevoel van controleverlies. Interrupties bestaan uit:
- Herhalingen van klanken, syllaben of eenlettergrepige woorden
- Verlenging van klanken
- Blokkades van de ademstroom of de stemgeving in spraak
Normale niet vloeiendheden
De niet vloeiendheden die elke spreker ervaart in de lopende spraak.
- Revisies (ik ga, ik ging naar huis)
- Interjecties (stopwoordjes, uh, extra pauzes)
- Woordherhalingen (maar, maar)
- Zinsdeelherhalingen (ik wil, ik wil gaan)
Symptomen
- Een hoog en/of onregelmatig articulatietempo
- Een hogere frequentie van diverse niet-vloeiendheden die niet op stotteren lijken.
- Een verminderde spraakverstaanbaarheid door een hoger niveau van coarticulatie
(overarticulatie) en/of door oppervlakkige articulatie.
Overarticulatie bestaat uit: deletie van syllaben of klanken in multi syllabische woorden
Taalautomatisering
Bij broddelen lokt het hoge articulatietempo de taalfouten uit. Bij broddelende sprekers zijn
taalformuleringsprocessen onvoldoende geautomatiseerd en daardoor kunnen de processen niet
binnen de beschikbare tijd adequaat worden voltooid. Daardoor kan of de planning binnen de
beschikbare tijd niet optimaal gebeuren (hij praat voordat hij heeft nagedacht) of er is onvoldoende tijd
gepland voor de spraakproductie (hij praat zijn tong voorbij). Een kenmerk van broddelen is dat de
problemen direct verdwijnen wanneer het tempo van productie omlaag gaat.
Taalprobleem
Broddelen is een taalprobleem en geen taalstoornis. We spreken van een taalprobleem als een
persoon binnen dezelfde linguïstisch complexiteit op het ene moment foutloze zinnen kan produceren
en op een ander oment syntactisch of fonologische fouten maakt. Een broddelaar heeft de
linguïstische structuren wel verworven maar kan deze onder tijdsdruk niet accuraat produceren.
Model van Levelt
1. De preverbale boodschap
Dit is het idee of de boodschap. Hier hoort ook monitoren bij; is dit het juiste moment om de
boodschap of het idee te uiten.
2. Samenstellen van woorden en zinnen
Correcte zinnen worden gebouwd door woorden, verkregen uit het lexicon, in de juiste
betekenisvolle volgorde te plaatsen. Woorden zijn opgebouwd uit een reeks syllaben die in de
juiste volgorde moeten worden geproduceerd.
3. Het uiten van de boodschap
Hoogfrequentie woorden en zinsstructuren zijn in het linguïstisch geheugen opgeslagen,
waardoor ze voor de spreker gemakkelijk en snel beschikbaar zijn. Laagfrequentie structuren
moeten door de spreker nieuw worden opgebouwd en zijn dus minder snel beschikbaar. De
spreker moet voor beide structuren zijn spreektempo aanpassen, maar om verschillende
redenen:
- Bij hoog frequente zinnen om te voorkomen dat de productie in een motorische slip raakt
(telescoping)
- Bij laag frequente zinnen om voldoende tijd te hebben voor planning en productie.
Ongeremdheid van de spreker (inhibitieprobleem) kan ertoe leiden dat de spreker al
begonnen is met uiten voordat de boodschap voldoende gereed is.
,Factoren die het tempo beïnvloeden
1. Taalautomatisering
Bestaat uit; niet vloeiendheden en fouten
Zinnen zijn correct als:
Ze goed zijn opgebouwd (grammaticale encodering)
Accurate woorden zijn gebruikt
De woorden zijn gepland (fonologische encodering)
Ze zijn geproduceerd zoals men dat wenst
Zie normale niet vloeiendheden hierboven
Fouten in de woordstructuur
Komen bij broddelen tot uiting in coalescentie (fietneem i.p.v. vier-atheneum) of telescopie
(dietuin i.p.v. dierentuin). Ze maken het spreken van de persoon minder verstaanbaar. Aan
woordstructuurfouten ligt vaak een detectieprobleem ten grondslag: in het snelle spreektempo
worden fouten niet tijdig gedetecteerd. Broddelende sprekers zijn wel in staat hun eigen
spreekfouten te detecteren (vanuit opname) maar in lopende spraak zijn ze zich onbewust van
deze fouten.
2. Aandachtscapaciteit
Het is voor de broddelende spreker moeilijk om zinnen te formuleren en woorden correct te
produceren in spontane spraak, waardoor vervolgens ook controle van de spraakproductie
soms onmogelijk is.
3. Spreektempo
Kenmerkend voor broddelen is een te hoog en/of regelmatig spreektempo. Als de productie
makkelijk is en het tempo laag, dan zal de spreker in staat zijn vloeiend en verstaanbaar te
spreken. Als de eisen aan de productie hoger zijn, moet het spreektempo worden aangepast
aan de complexiteit om accurate productie mogelijk te maken.
Kernkarakteristieken
- Hoog articulatietempo
- Hoge frequentie normale niet vloeiendheden
- Onjuiste woord of zinsstructuren
- Onjuist gebruik van pauzes
Het articulatietempo = de hoeveelheid fonemen in een uiting die per seconde worden geuit, met
uitsluiting van pauzes.
Bij berekening wordt altijd de juiste woordvorm gebruikt, dus niet de coalescentie.
Bijvoorbeeld: industrialisatie (7 lettergrepen) i.p.v. instralsatie (4 lettergrepen). Hier wordt dus bij
berekening 7 lettergrepen gedeeld op de gebruikte tijd in seconden.
Coalescentie is het woord vervormd ineenschuiven en bij telescopie gewoon ineenschuiven.
Soorten broddelen
1. Fonologisch broddelen
De hoogte van het spreektempo wordt onvoldoende aangepast aan de
fonologische/motorische capaciteit. Dit resulteert zich in telescopie, coalescentie en
verminderde spraakverstaanbaarheid.
2. Syntactisch broddelen
Bij een hoog spreektempo is er onvoldoende aanpassing aan de linguïstische complexiteit. Dit
resulteert in zinsrevisies, zinsdeelherhalingen en semantische parafrases.
Prevalentie
Puur broddelen heeft een prevalentie die waarschijnlijk vergelijkbaar is met de prevalentie van puur
stotteren. De prevalentie van broddel-stotteren in een niet vloeiende populatie ligt rond de 30%.
Oorzaken
Er wordt vaak gedacht aan een organische basis als oorzaak. Waarschijnlijk onvoldoende rijping van
het zenuwstelsel.
Een andere oorzaak is dat broddelen ontstaat door een verhoogde activiteit in de premotorische
cortex, samengaand met een remmingstekort.
Broddelen komt bij mannen vier keer meer voor dan bij vrouwen; dit wijst ook in de richting van
genetische oorzaak.
, Signalen van broddelen
- Een hoog articulatietempo
- Telescopie of coalescentie bij meerlettergrepige woorden
- Overslaan van kleine woordjes bij hardop lezen, schrijven of auditieve geheugentaken
- Semantische of syntactische fouten bij snel spreken of schrijven
- Vastlopen in de leesontwikkeling door radend lezen, omissies van kleine woordjes of door
veel fouten te maken bij het lezen in een hoog tempo.
- Meer fouten bij begrijpend lezen dan op basis van de intelligentie van het kind verwacht mag
worden.
Natuurlijke ontwikkeling van de spraaksnelheid
Tijdens de basisschooljaren en de puberteit is er een sterke groei in het spreektempo waar te nemen.
De gemiddelde articulatiesnelheid tussen 3 en 6 jaar is 3,3 lettergrepen per seconde. Een kind tussen
de 6;3 en 11;7 van 4,4 SPS en tussen de 11;8 en 18 jaar is deze 5,6 SPS. De gemiddelde
articulatiesnelheid daalt weer naar 4,8 bij de leeftijd boven de 50 jaar.
Een belangrijke factor in de ontwikkeling van de spreeksnelheid is de groeiende vorm van zelfreflectie
tijdens de puberteit.
Broddelen is moeilijk vast te stellen bij jonge kinderen onder de 10 jaar omdat:
- Het spreektempo is te laag om een grote invloed te hebben op de verstaanbaarheid van het
spreken
- Fouten in verhaal- en zinsstructuren als gevolg van broddelen zijn moeilijk te onderscheiden
van de fouten als gevolg van een taalontwikkelingsstoornis
- Tijdens de adolescentie vindt een reorganisatie van het brein plaatst.
- Broddelen manifesteert wanneer de taalontwikkeling al in een vergevorderd stadium is en de
persoon een grote drang tot spreken heeft.
Tijdens de puberteit is er vaak verergering van de symptomen. Adolescenten (vanaf 22 jaar) ervaren
minder klachten door de natuurlijke vertraging van de articulatiesnelheid.
Vloeiendheid in lager spreektempo
De vloeiendheid van het spreken wordt beïnvloed door de articulatiesnelheid. Als het spreektempo
wordt verlaagd, wordt de niet vloeiendheid gereduceerd.
- De spreker moet structuren oproepen die samengevoegd een woord of zin vormen. Bij een
lager spreektempo is er meer tijd om de structuren op te roepen.
Het vier componentenmodel van Stournaras
1. verbaal-motorisch component
Dit bevat alle karakteristieken van het spreekgedrag. Bij
fonologisch broddelen is vooral de motorische
component (planning, volgorde) aangedaan. Bij
syntactisch broddelen is dat met name de verbale
component (zinsstructuur, verhaalopbouw)
2. Interpersoonlijke/ sociale component
Dit zijn de effecten van het spreken op de luisteraar. De
boodschap van de broddelaar wordt nogal eens verkeerd
of helemaal niet begrepen.
3. Emotionele component
Het effect van het spreken op de persoon zelf. Betrekking
op de ervaring die de broddelaar heeft opgedaan. Er kan
communicatieangst optreden.
4. Cognitieve component
Over het algemeen is het zelfbeeld positief. Dit verandert
zodra hij het verband onderkent tussen de reacties van
de luisteraar en zijn spraak.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper lool100. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.