Anatomie
Ontwikkeling is de verandering van vorm en complexiteit van een cel, weefsel, orgaan of
orangisme van het ontstaan tot de volwassen toestand. Dit komt door celdeling,
morfogenese en differentiatie.
Planten kunnen door blijven groeien, maar dieren stoppen uiteindelijk.
Celdeling = deling en strekking door vb. mitose, meiose en het opnemen van water.
Morfogenese = het tot stand komen van vorm en organisatie (zonder beweging van cellen
of weefsel)
Differentiatie = specialisatie van cellen (afhankelijk van regulatie van genexpressie)
Deze processen gaan het hele leven van een plant door, want een plant heeft meristemen
met initialen of stamcellen (‘stem cells’)
Cytoskelet van de cel is een systeem van kleine buisjes die snel uit elkaar vallen en ook weer
snel terug vormen in een andere richting, deze bestaan uit actine.
Interfase (synthesefase): corticale zone van microtubuli (tubuline) en microfilamenten
(actine)
Interfase (G2): preprofaseband van microtubuli en microfilamenten rondom fragmosoom
Karyokinese of kerndeling met kernspoelmicrotubuli.
Begin cytokinese of cytoplasmadeling met fragmoplast (o.a. veel microtubuli, maar ook
microfilamenten) die celplaat vormt in vlak van fragmosoom.
Vervolg cytokinese of cytoplasmadeling; fragmoplast vormt celplaat in vlak van fragmosoom
Interfase (G1): celplaat is voltooid; vorming corticale zone, vervolg vorming celwand; groei
celwand.
Immunofluorescentie van microtubuli tijdens de celcyclus
v.l.n.r.: interfase (G1), interfase (G2); karyokinese, cytokinese
Preprofaseband: “voorspelt” het toekomstig vlak van celdeling
Fluorescentiemicroscopie: immunofluorescentie van microtubuli
Ongelijke (inaequale of asymmetrische) celdeling van een protodermcel (levert een
wortelhaar en een epidermiscel).
Preprofaseband belangrijk omdat ze voorspellen waar de toekomstige wand gevormd mot
worden. (voorspelt het toekomstige vlak van celdeling)
- fluorescentiemicroscoop: immunofluorescentie van microtubuli
- zorgen ook voor ongelijke deling (tentamenvraag over ongelijke deling voorbeelden!!).
Wortelhaartjes vormen.
De zone waar de kern (en delingswand) komt te liggen heeft bijzondere eigenschappen en
wordt het fragmosoom genoemd.
, Coleochaete: zelfde soort celdeling als bij landplanten
- groene wier die het dichtst bij de landplanten staat (aan basis van)
- Chara = heel erg verwand met coleochaete
Celplaat
Is de eerste “celwandscheiding” tussen twee dochterkernen gevormd door de fragmoplast
tijdens de cytokinese.
De celplaat bestaat uit gefuseerde Golgi blaasjes.
De membranen van de blaasjes worden de beide plasmamembranen, de inhoud van de
blaasjes (in het begin voornamelijk pectinen) de middenlamel. Celplaatvorming begint in het
centrum van de fragmoplast.
Wanneer de celplaat contact maakt met de oudercelwanden is de cytoplasmadeling
voltooid. Tijdens celplaatvorming worden primaire plasmodesmata gevormd.
Primair stippelveld is een oppervlakte op een wand waar allemaal gaatjes zitten. Dit zijn
plasmodesma poriën. De plasmodesma zorgen voor stevigheid van de cel, het zijn draden
van cellulose.
Een wand met stippels is een celwand waar een kleine opening zit (stippel), deze zorgen voor
het uitwisselen van gassen tussen de cel en de omgeving.
Als het volgroeid is wordt de oudere wand een stippelmembraan gevormd. Een
stippelmembraan bestaat uit een stippel en een stippelveld, de stippel ligt in het stippelveld.
De hofstippel is een stippel die een uitgroeiende wand heeft, waardoor er een stippelkamer
ontstaat. Deze heeft dan een stippelmembraan met poriën, een stippelapertuur en een
secundaire wand. Tussen deze stippels in de houtvaten zit water, zodat de transport van
stoffen optimaal is.
Als er lucht in de membranen komt verstopt deze en staat het transport stil = emboly.
Torus is een verdikking in het stippelmembraan, deze zorgt ervoor dat de stippel wordt
afgesloten als er lucht in het membraan zit. Door deze torus kan het lucht niet verder het
celmembraan doordringen en kan de transport verder op in de plant gewoon verder.
Een angiosperm heeft een dikker stippelmembraan.
Een gymnosperm heeft een heel dun stippelmembraan, alleen hier is een torus.
Bij een plant zitten alle celwanden aan elkaar vast, bij de ontwikkeling kunnen cellen en
weefsels niet ten opzichte van elkaar bewegen.
De richting waarin een delingswand gevormd wordt en de groeirichting van celwanden
daarna, bepalen de morfogenese van plantenorganen.
Langer worden van stengel of wortel, dikker worden van stengel of wortel, vorming van een
bladschijf enz., worden bepaald door de richting van delingswanden en de groeirichting van
celwanden daarna.
Het cytoskelet (microtubuli en microfilamenten) speelt bij morfogenese ook een belangrijke
rol.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper IrisZweers. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.