Boek Zorgdomotica
Hfd 1 /2.1/ 3/ 4/ 5/ 6/ 7/ 8/ 9/ 12/ 13/ 14/ / / / / / 27 /
/ / / / /
1.1 Demografische trends in de gezondheidszorg
1.1.1 We worden steeds ouder: de oorzaken
Grote uitvindingen hebben de gemiddelde levensverwachting verder sterk doen
toenemen. Het inenten van pasgeborenen tegen kinderziekten zoals polio, difterie,
tetanus en kinkhoest, op recentere datum aangevuld met mazelen, de bof en rodehond,
heeft de sterfte van vooral kinderen aanzienlijk doen dalen.
1.1.2 Gevolgen van het ouder worden
De belangrijkste zijn diabetes, artrose, hart- en vaatziekten en depressie, elk goed voor
ruim 600.000 patiënten. Al deze aandoeningen komen nu vaak voor omdat we ouder
worden, acute aandoeningen beter te behandelen zijn waardoor we er niet aan overlijden
en daardoor meer kans hebben iets anders op te lopen, maar ook door overgewicht
en/of een ongezonde leefstijl, gecombineerd met een ongezonde leefomgeving. Aan
chronisch-obstructieve longziekten (COPD; chronische bronchitis en emfyseem, sterk
samenhangend met roken) lijden ruim 300.000 mensen.
Figuur 1.1
Vergrijzingvergrijzing en toenemende ziektelast 2005-2025. Bron: RIVM
Het ouder worden en de toename van het aantal chronisch zieken dat daar het gevolg
van is (zie figuur 1.1), heeft een aantal belangrijke gevolgen voor de richting die de
gezondheidszorg zal uitgaan. Op de eerste plaats is het van belang meer te investeren
in preventie (aangezien veel chronische gezondheidsproblemen ook samenhangen met
leefstijl), op de tweede plaats zal de zorg als zodanig meer en langduriger ingezet dienen
te worden. Ten derde vraagt de behandeling van chronisch zieken, waarbij vaak sprake
is van multimorbiditeit, een andere benadering.
,1.1.3 De toekomst
De toekomst van de zorg zal daarom naar verwachting een aantal grote veranderingen
ondergaan. Zonder naar volledigheid te willen streven, zullen daarbij de volgende trends
een grote rol spelen:
1. Mondigheid van de patiënt/cliënt: mensen weten steeds meer, ook over ziekten
en gezondheid. De patiënt/cliënt zal steeds meer beschikken over
(technologische) middelen om zijn eigen zorg te sturen, van de juiste informatie
voorzien te worden en (geheel of gedeeltelijk) zelf zijn eigen diagnostiek te doen.
Daarnaast is de zorg steeds transparanter geworden en kan men de kwaliteit van
zorg beter vergelijken. Een en ander leidt tot empowerment van de
zorgconsument en zal naar verwachting niet alleen leiden tot meer zeggenschap
over de eigen behandeling, maar ook over het eigen levenseinde.
2. Sociale innovatie. Door de vergrijzing zal een aantal sociale veranderingen
ontstaan. Een daarvan is de verhoging van de pensioenleeftijd, maar ook de
salarisopbouw zal veranderen.
3. Inzet van technologie. Technologie heeft in hoge mate bijgedragen aan betere
overlevingskansen. De technologie zal ook in de toekomst een steeds
belangrijkere rol vervullen, zowel op het curatieve vlak als binnen de zorg voor
chronisch zieken. Biotechnologie, gentechnologie, moleculaire geneeskunde en
nanotechnologie nemen een hoge vlucht in de gezondheidszorg
,2.1 Aandachtspunten bij implementatie van
zorgdomotica bij ouderen
De studies van Mohammadi en Neven gaan over ouderen. Het SOPRANO 1-project
(waaraan ook Nederlandse partners deelnemen) biedt ondersteuning aan kwetsbare
mensen en mensen met een beperking.
In het overzichtsartikel kwamen de navolgende aspecten naar voren, die betrekking
hebben op eindgebruikers (veelal ouderen), hun naasten en zorgprofessionals. De
belangrijkste bevinding is dat technologie wordt gezien als een mogelijkheid om langer
thuis te wonen. Het wordt daarom veelal geaccepteerd en zelfs omarmd door gebruikers
en hun familieleden.
Veiligheid en alarmering: het blijkt dat oplossingen die de veiligheid vergroten
het meest gewild zijn. Daarbij bleek domotica (passieve alarmering met
sensortechnologie) voordelen te hebben boven de klassieke actieve alarmering
(met drukknop) en vonden de gebruikers af en toe een vals alarm zelfs
geruststellend, omdat het een signaal was dat alles werkte. Zowel de
zorgprofessionals als de mantelzorgers vonden het gebruik van domotica een
goed middel om een oogje in het zeil te kunnen houden.
Ouderen en familie: het betrekken van ouderen en familie bij bijvoorbeeld de
keuze van een ICT-toepassing verhoogt het implementatiesucces. In principe
staan ouderen positief tegenover de aanschaf van zorgdomotica, hoewel zij voor
zichzelf niet altijd de waarde beseffen. Als zij betrokken worden bij het ontwerp-
en implementatieproces, voldoende worden geïnformeerd en de tijd krijgen om de
technologie te gebruiken, dan is hun attitude in principe wel positief. Ook bleek
dat, met name bij dementie, de acceptatie door familieleden van cruciaal belang
is om tot een succesvolle implementatie te komen.
Privacy: een belangrijk aandachtspunt. Vooral camera's in de slaapkamer
worden vaak als ongewenst beschouwd. Indien de betrokkenen echter voldoende
worden geïnformeerd door de zorginstelling en dit punt wordt afgewogen in relatie
tot veiligheid, wordt het draagvlak vergroot.
De rol van professionals: is van invloed op het slagen van de inzet van
technologie. Zorgprofessionals dienen voldoende op de hoogte te zijn van
zorgdomotica en de werking ervan en zij moeten vragen hieromtrent kunnen
beantwoorden. Hiervoor dienen zij adequate instructies te ontvangen.
Installateurs en servicemonteurs krijgen ook een andere rol: zij moeten kiezen
voor passende bejegening tijdens huisbezoeken en daarom grondige kennis
hebben van de doelgroep.
De woning zelf: technologie moet de rest van de inrichting niet verstoren en geen
ongewenst geluid maken of licht afgeven. Zorgdomotica zou gezien moeten
worden als een integraal onderdeel van de woning en het totaalpakket aan
technologie.
Overige aandachtspunten en wensen: het bevorderen van sociale contacten en
fysieke fitheid en de bruikbaarheid voor mensen met een slechte visus. Het
stigmatiserende effect van zorgdomotica verdient aandacht en handleidingen of
interfaces dienen in de eigen taal te worden verstrekt.
, 3.1 Zelfstandig of eigenstandig?
Jongeren met of zonder beperking en zorgvraag willen toch eigenlijk allemaal hetzelfde,
namelijk zo zelfstandig mogelijk leven. Ze willen regie over hun eigen leven en zo
onafhankelijk mogelijk zijn. We hebben het met jeugdigen die vragen om ondersteuning
ook niet over zelfstandigheid (door eigen kracht), maar over eigenstandigheid (op jezelf
met ondersteuning); wat wil de jongere, wat kan hij of zij en wat lukt niet? Hoe kunnen
we hem of haar daarbij ondersteunen, zodat een eigen leven geleid kan worden. Hierin
willen jongeren graag keuzemogelijkheden en dus variatie in antwoorden. Waar
voorheen vooral sprake was van overname van zorg en een groepsgerichte aanpak is nu
sprake van een grotere mate van autonomie/zelfredzaamheid. De inzet van domotica
heeft daarbij een belangrijke rol gespeeld, want daardoor kan de jeugdige met een
beperking op een andere manier begeleid worden. Dat iedereen op zijn eigen manier
kan wonen en leven door het benutten van de eigen mogelijkheden en ondersteund door
domotica waar het even niet zelf lukt, noemen we eigenstandigheid.
De uitdaging waarvoor we staan is om de individuele jongere centraal te stellen, de
natuurlijke omgeving van de jongere zo veel mogelijk te behouden en daarbij de
kunstmatige omgeving te minimaliseren. De begeleiding is dan meer op maat, meer
coachend dan sturend en wordt geleid vanuit de vraag in plaats van het aanbod. Social
media zijn niet afgeschermd, iedereen leest je gegevens en je kunt je vertrouwen geven
aan iemand die zich anders voordoet dan hij in werkelijkheid is.
Meedoen in de maatschappij is voor iedereen van groot belang. De huidige maatschappij
wordt steeds meer een digitale maatschappij. De mens met een beperking hier niet in
betrekken en opvoeden betekent uiteindelijk dat deze persoon geïsoleerd raakt. Met de
komst van internet wordt het ook steeds makkelijker om te participeren in bijvoorbeeld
online communities, social media, et cetera.
3.2 Groei en ontwikkeling
Waarvoor kan domotica ingezet worden bij het trainen ten behoeve van
eigenstandigheid?
Behandeling en expertise
o Een gesprekje met de gedragsdeskundige of begeleider kan middels
beeldschermbellen.
Na school inplannen en organiseren van het huiswerk
o De student is geen extra tijd kwijt met reizen van of naar de begeleider en
heeft alle spullen bij de hand.
Begeleiding
o Aanbieden van structuur voor mensen met autismespectrumstoornis.
Hiervoor wordt een digitaal planbord gebruikt.
Communicatie
o Jeugdige gaat ’s avonds stappen, maar heeft nog begrenzing en controle
nodig in het traject naar zelfstandig bepalen wanneer hij naar huis gaat.
o Als hij thuiskomt, meldt hij middels het audiomeldpunt in zijn huiskamer
aan de centrale dat hij thuis is.
o In zijn persoonlijk plan zijn afspraken vastgelegd wat er door wie moet
gebeuren als hij zich niet op tijd meldt.