Een samenvatting van het vak Inleiding Management, welke onderdeel is van de inleiding Beleid en Management in de Publieke sector. Het vak is in collegejaar gevolgd en werd gedoceerd door Nele Cannaerts. Voor het maken van de samenvatting is gebruik gemaakt van de Powerpoints en eigen aantekeninge...
Samenvatting Inleiding
Management
Slides zijn eerste guideline om te leren. 5 e editie van het boek is belangrijk.
Uit 2 artikelen van Hood en Kotter komt minimaal 1 tentamenvraag
Slides is een samenvatting van het boek. Leer deze vooral. De kleine zaken die zij niet behandeld hoef
je niet te leren. Het is beter om het boek te lezen na een college, zodat je er gemakkelijker doorheen
komt.
Er komt een proeftentamen online, welke representatief is voor het echte tentamen.
10 open vragen (2 vragen uit elk college)
Stellingen (mening geven, onderbouwd op een wetenschappelijke manier)
Probeer altijd de (4) hoofdvragen van de eerste slide te leren, dan haal je een voldoende.
Tentamen in NL, begrippen staan in NL en EN mocht dat duidelijker zijn (nodig zijn)
Meer inzicht en toepassen dan opdreunen
1
,College 1 (H1 p 11-15, 2, 3, 4) Concepten en theorieën
Vier hoofdvragen
Hoe kijkt Rainey naar organisaties?
Hoe kunnen we organisaties begrijpen?
Hoe onderscheiden publieke organisaties zich?
Wat is de rol van de externe omgeving voor (publieke)
organisaties?
H1. Hoe kijkt Rainey naar organisaties?
Uitgangspunt = Hoofdstuk 1 (p11-14): The Challenge of Effective Public Organization and
Management.
Om theoretisch inzicht in werking van publieke organisaties en het praktisch managen ervan te
vergroten (= grotere effectiviteit) is combinatie nodig van ‘generieke’ organisatietheorie en van
‘specifieke’ bestuurskundige literatuur.
Generieke literatuur heeft vaak te weinig oog voor het unieke karakter van publieke
organisaties (die voornamelijk in een specifieke juridisch/politieke context opereren)
o Ofwel management is management is management…..
o Ofwel organisaties zijn organisaties zijn organisaties
Veel klassieke bestuurskundige literatuur heeft een te simplistische opvatting over de
werking van organisaties.
Generieke theorieën = algemene theorie voor organisaties. Organisaties zijn allemaal hetzelfde,
maar we hebben het hier wel over publieke organisaties. Daarom voegt Rainey een bestuurlijke saus
toe aan deze generieke theorieën. Je kunt namelijk niet praten over ‘de mensen, de structuur etc.’
Alles is verschillend.
Vertrekkend vanuit deze gedachtegang, kun je de hele organisatie (het hele boek) samenvatten in
een Framework For Organizational Anayisis (H1 – Figuur 1.2, p12)
2
,Hoofdcomponenten
Een organisatie bestaat uit een groep mensen die samen naar een doel werken
Ze behalen middelen vanuit hun omgeving
Ze gebruiken hulpbronnen door taken te behalen, technologieën toe te passen en
prestatiedoelen te behalen
Zij dealen met onzekerheden van het proces, door activiteiten te organiseren en structuren
en processen op te zetten
Organiseren bevat leiderschap en strategie
Structuren zijn relatief gemakkelijk waarneembare opdrachten en niveaus
Hoofdcomponenten
Over het algemeen: is de mens de hoofdcomponent. Je brengt ze samen in een bepaald kader om
een bepaald doel te bereiken. Het doel is heel belangrijk! De mensen en het doel moeten gekaderd
worden. Dit wordt gedaan op basis van hulpbronnen: ruimte, machines, computers. Daarnaast zijn er
structuren nodig: mensen moeten zo’n structuur krijgen, zodat ze taken kunnen uitvoeren.
Daarnaast zijn middelen vaak gevat in technologie. Daarna moeten we het doel daadwerkelijk
bereiken.
3
, Verder gaat het om de verdeling van verantwoordelijkheden, zoals is vormgegeven in de
organisatiestructuur. Die doelen worden verdeelt (componenten) over verschillende groepen die zich
op de deeldoelen concentreren. Vandaar de term organisatie die verwijst naar de set van organen
die het geheel vormen. Waar is iedereen verantwoordelijk voor? Je gaat deze componenten
vormgeven.
Processen zijn niet zo fysiek waarneembaar als structuur
Processen zijn dynamischer (door de mens in de organisatie) en spelen een belangrijke rol in
coördinatie. Processen omvatten zaken als besluitvorming, communicatie en
machtsverhoudingen.
Binnen processen reageren groepen en individuen op prikkels, resulterend in prestatie.
Dit is Rainey zijn kijk op de definitie van organisaties. Nu gaan we deze algemene beschrijving
specifieker maken. We gaan vanuit 4 verschillende generieke principes kijken. Deze kun je op een
tijdlijn plaatsen.
H2. Hoe kunnen we organisaties begrijpen?
Dit hoofdstuk laat zien dat:
Er verschillende perspectieven zijn over organisaties (er is niet één definitie en één
perspectief)
Theorie en (management) praktijk elkaar in de loop der tijd beïnvloeden.
(Dit hoofdstuk is samengevat op pagina 46 – 52)
A. Klassieke organisatietheorieën
Klassieke organisatietheorieën vertrekken vanuit dezelfde principes als die van Rainey. Zegt:
alle organisaties zijn gesloten organisaties, maar als je er iets mee wilt doen is er maar 1
manier om hier naar te kijken. Organisaties zijn organisaties.
Benadrukken ‘one best way’
Zien organisaties als een ‘gesloten’ systeem, dwz onafhankelijk van wat in omgeving
gebeurt
o Taylor en Scientific Management
o Weber en de bureaucratietheorie
o De ‘administratieve management’ school
(In het boek staan er nog 2, maar die hoef je niet te kennen)
Taylor – Scientific Management
Richt je op efficiency. Zie je vooral bij fabrieken nog.
Deelt alle taken op in deeltaken. Gebruikt hiervoor 2 dingen: tijd en beweging. Specialisatie.
Iedereen voert continu dezelfde taak opnieuw uit. We moeten zo efficiënt en effectief
mogelijk zijn. Tijd is hierin belangrijk! De mens telt hierin niet, maar alleen de tijd.
Taylorisme
o ‘Division of labour’ Analytische aanpak
o Time-motion (wat is de snelste manier
om een taak uit te voeren?)
1. Analyse van elke taak en bijhorend proces
2. Vervolgens opdelen in kleine stukjes
Dit om optimale efficiëntie en effectiviteit te bereiken.
Men koppelde er ook een ‘tijd’ aan. ‘Zoveel stuks produceren op zoveel tijd’. (Taylorisme
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper joaslangeler. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.