H2: Het neurologische consult
Anamnese
De zeven dimensies van de klacht
1. De plaats
Uitval/pijn door een stoornis in de hersenen verloopt volgens een ander patroon
dan uitval bij beschadiging van het ruggenmerg of een perifere zenuw
2. De aard
Doorvragen is zeer belangrijk, woorden van de patiënt goed nagaan
3. De ernst
Last in het dagelijks leven, vraag naar activiteiten, werkanamnese
4. Ontstaan en het beloop in de tijd
Acuut/sluipend ontstaan, chronisch/periodiek probleem (hoe lang en hoe vaak)
5. Omstandigheden bij ontstaan
Wat was de patiënt aan het doen, medicatieverandering, stress of emotie
6. Factoren van invloed
Houding, mate van activiteit, hoesten, niezen, persen, aanraking, warmte
7. Begeleidende verschijnselen
Belangrijk bij bijvoorbeeld migraine (visuele verschijning + misselijkheid)
Heteroanamnese = mensen uit de directe omgeving ondervragen over de patiënt
Familieanamnese = zegt iets over de erfelijkheid
Andere ziekten, intoxicaties = inventarisatie van het medicijngebruik
Sociale anamnese = gegevens over de sociale status van de patiënt + biografische
anamnese
Vragen wat de patiënt zelf denkt en verwachtingen en wensen nagaan = belangrijk
Neurologisch lichamelijk onderzoek
Op indicatie neurologisch lichamelijk onderzoek is vrij omvangrijk en kost veel tijd
Sommige verschijnselen zijn bij ouderen normaal, terwijl op jongere leeftijd dit wel op
een ziekte zou kunnen wijzen, vb. verminderde reuk en smaak, lichte ptosis, fysiologische
tremor
Technisch hulponderzoek
Sensitiviteit = percentage personen met de ziekte bij wie het onderzoek afwijkingen
oplevert
Specificiteit = percentage personen die de ziekte niet hebben en onderzoek levert geen
afwijkingen op
Bepalen de diagnostische waarde van een onderzoek: beiden groter = krachtiger
onderzoek
Likelihood-ratio = sensitiviteit / (100 – specificiteit): >1 = grotere kans op correcte
diagnose
Fout-positieven = afwijkingen bij personen die de ziekte niet hebben
Fout-negatieven = geen afwijkingen bij personen die de ziekte wel hebben
In de neurologie komt regelmatig voor dat een aandoening pas verklaard kan worden in
de loop van de tijd. Follow-up over maanden tot jaren kan daarvoor nodig zijn
Samenvatting klinische neurologie 1
, Klinische neurologie
H3: Zenuwstelsel en spieren
Opbouw van het zenuwstelsel
Sensorische receptoren = gevoelig voor licht, geluid, geur, smaak, pijn, temperatuur,
structuur, positie
3 systemen:
Spieren – vanuit mesoderm
Klieren – vanuit mesoderm, ectoderm en endoderm
Zenuwen – vanuit ectoderm
Zenuwstelsel:
Perifere zenuwstelsel begint in de cellichamen van motorische zenuwen in
ruggenmerg en hersenstam, eindigt in de ganglia
Centraal zenuwstelsel gevormd door medulla spinalis, hersenstam, diencephalon
en cortex
o Ruggenmerg: 8 cervicaal, 12 thoracaal, 5 lumbaal, 5 sacraal, elk segment
heeft een voorwortel (info naar spieren) en achterwortel (sensibele info naar
het ruggenmerg)
o Hersenstam: medulla oblongata (verlengde ruggenmerg), pons (brug
waarover verschillende zenuwbanen geleid worden), mesencephalon
(middenhersenen)
o Cerebellum: bewegingssturing
o Diencephalon: tussenhersenen
o Thalamus: voorschakelstation voor cortex, schakeling info over waarnemen
en bewegen
o Hypothalamus: coördinatiepunt van het autonome zenuwstelsel en
endocriene systeem
o Telencephalon (eindhersenen)
Cortex: bewust waarnemen en handelen
Limbisch systeem: episodisch geheugen en emotie
Basale kernen: procedurele activiteiten (automatische en bewust en
onbewust aangeleerde motoriek)
o In ventrikels wordt liquor cerebrospinalis gevormd komt tussen de
hersenvliezen omheen hersenen en ruggenmerg en wordt afgevoerd naar
het veneuze systeem
o Uitval hogere systemen rem lagere centra valt weg hyperactiviteit (vb.
spasticiteit)
o Onderlinge verbinding door: ascenderende en descenderende tractus
Computertomografie (CT)
Bot = wit
Liquor = zwart
Hersenweefsel = grijstinten
Verse bloeding = wit (hyperdens)
Aangekleurde structuren na toediening intraveneus contrast = wit (hyperdens)
Extra vocht (oedeem bijvoorbeeld rond een tumor) = donkerder (hypodens, lagere
dichtheid)
Samenvatting klinische neurologie 2
, Klinische neurologie
Indicaties acute diagnostiek van hersentrauma’s en beroertes, beenderenstelsel
rondom het zenuwweefsel onderzoeken (meer info met MRI)
Goede spatiële maar slechte temporele resolutie
Magnetische resonantie imaging (MRI)
T1-gewogen anatomie van de hersenen en kleine afwijkingen (vb. tumoren) goed
zichtbaar, ook bloed is goed te zien, bij verstoringen van de BHB kleuren de hersenen
aan na contrastvloeistof
Vet = wit, liquor = zwart, hersenweefsel = donkergrijs
T2-gewogen afwijkingen in weefselsamenstelling (vb. bij MS) kleine cerebrale
infarcten
Liquor = wit, hersenweefsel = lichtgrijs
FLAIR-techniek liquorsignaal onderdrukken: afwijkingen in hersenparenchym
duidelijker
Voordelen: sagittale richting, ontbreken van storende invloeden van het schedelbot,
goede spatiële resolutie
Nadelen: geen ferrometalen (vb. pacemakers), claustrofobie, lang stilliggen, slechte
temporele resolutie
Isotopenonderzoek
Positronemissietomografie (PET) en Single Photon Emission Computed Tomography
(SPECT)
Vanuit isotopen opgewekte radioactieve gammastraling
Vnl in basale kernen en flink doorbloede gebieden
Indruk krijgen in regionale hersenfunctie bij bepaalde handelingen/denkprocessen
Indicatie: betekenis bij reseatch, diagnostiek van dementie epilepsie en
hersentumoren
Liganden toedienen binding aan die receptoren zichtbaar maken kijken of een
ziekte komt door tekort aan receptoren of tekort aan neurotransmitters (belang bij
diagnostiek en behandeling van bewegingsstoornissen of psychiatrische
aandoeningen)
Spatiële resolutie is minder goed dan bij CT of MRI, temporele resolutie is beter
Functionele MRI: MRI-meting van de regionale doorstromen mbv natuurlijk aanwezige
contrastmiddelen in de vorm van bloedproducten tijdens cognitieve taken toename van
corticale activiteit detecteren (verhouding zuurstofarm en –rijk hemoglobine wordt
gemeten)
Voordelen: ruimtelijk oplossend vermogen is beter, geen radioactieve stoffen
Echografie
Indicaties:
Bij pasgeborenen om bloedingen in het hersenparenchym en blokkade van
liquorafvoer (hydrocefalie) aan te tonen (schedel is nog dun en fontanel nog open)
Onderzoek substantia nigra diagnose Parkinson
Onderzoek van de bloedvaten
Onderzoek van zenuw en spier
Samenvatting klinische neurologie 3
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper SamenvattingenGeneeskunde. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €9,99. Je zit daarna nergens aan vast.