Schizophrenia Spectrum and Other Psychotic Disorders
H13
Belangrijke mensen in ontdekking schizofrenie
Wat is schizofrenie? • Haslam (1764-1844): Schreef het boek Observations on Madness and
Melancholy, waarin hij een beschrijving van de symptomen van
Schizofrenie is een ernstige schizofrenie gaf.
stoornis die gekenmerkt • Pinel (1745-1826): Franse fysicus die casussen van Schizofrenie
wordt door: beschreef.
• Morel (1809-1873): Gebruikte de term démence précoce, wat vroeg
• Cognitieve en emotionele (précoce) verlies van de geest (démence) betekent, om schizofrenie te
disfunctionaliteiten; beschrijven.
• Hallucinaties • Kraepelin (unificeerde de categorieën van schizofrenie (hebefrenie,
• Wanen catatonie en paranoïde) onder de naam dementia praecox. Daarnaast
• Onsamenhangende spraak maakte Kraepelin onderscheid tussen dementia praecox en een bipolaire
en gedrag stoornis.
• Ongepaste emoties • Bleuler (1847-1939): introduceerde de term schizofrenie.
Wat zijn de symptomen en subtypes die horen bij schizofrenie? De drie symptomen van Kraepelin:
Vaak is er bij schizofrenie sprake van psychotisch gedrag. Dit 1. Catatonie: bewegingsstoornis.
wordt gekenmerkt door: Catatonie wordt gekenmerkt door
immobiliteit of een toestand van
1. Hallucinaties opwinding. Hieronder vallen
2. Verlies van contact met de realiteit schreeuwen, bizar gedrag en
lichamelijke onrust.
Er kan onderscheid gemaakt worden tussen: 2. Hebefrenie: ongepaste,
onvolwassen emotionaliteit.
1. Positieve symptomen: symptomen die gaan over een 3. Paranoia: wanen van grandeur of
verstoorde realiteit. achterdocht.
2. Negatieve symptomen: omvatten gebreken in normaal
gedrag op het gebied van spraak, affect en motivatie.
3. Gedesorganiseerde symptomen: omvatten onder andere
onsamenhangende spraak.
POSITIEVE SYMPTOMEN 1
Criteria diagnose: Wanen zijn belangrijk bij schizofrenie. Je
hebt hier vier verschillende soorten van:
• 2 of meer positieve, negatieve en/of gedesorganiseerde
symptomen 1. Wanen van grandeur: het geloof dat
de persoon beroemd of machtig is.
• Minstens een maand
• Minstens wanen/hallucinaties of gedesorganiseerde spraak 2. Achtervolgingswanen: houden in
dat iemand denkt achtervolgd te
worden door tegenstanders, wat
Theorieën over waarom iemand wanen heeft: leidt tot angst.
1. A motivational view of delusions: kijkt naar deze geloven 3. Capgras syndroom: Hierbij gelooft
als een poging tot het omgaan en verminderen van angst iemand dat iemand vervangen is
en stress. door een dubbelganger.
2. A deficit view of delusions: kijkt naar deze geloven als 4. Cotard’s syndroom: Hierbij gelooft
gevolg van breindisfunctie welke deze verwarde cognities iemand dat hij dood is.
of percepties veroorzaakt.
1
,POSITIEVE SYMPTOMEN 2
Hallucinaties: zijn percepties van dingen die er niet zijn.
Auditoire hallucinaties zijn het meest voorkomend bij schizofrene mensen.
• Dingen horen die er niet zijn
• Broca’s gebied vaak actief à normaal actief bij produceren spraak
• Normaal Wernicke –ij horen à bewijs dat mensen hun eigen stemmen horen; herkennen verschil niet en
denken dat ze dingen horen die er niet zijn
Negatieve symptomen Gedesorganiseerde symptomen
Negatieve symptomen van schizofrenie duiden Gedesorganiseerde symptomen zijn een aantal
op de afwezigheid of onbekwaamheid van gedragingen die voor gestoorde spraak, motoriek en
normaal gedrag. Voorbeelden van zulk gedrag emotionele reacties zorgen. Over deze symptomen is
zijn: nog niet veel bekend.
• Avolitie/apathie: Onvermogen om te • Gedesorganiseerde spraak
beginnen en door te gaan met activiteiten. • Niet in staat normaal te praten
• Alogie: Afwezigheid van spraak. • Zelf niet door
• Kort antwoord op vragen • Hak op de tak praten en onlogische dingen
• Lijkt ongeïnteresseerd Anhedonie: zeggen. (tangentiality/loose association or
Een persoon ervaart geen plezier derailment).
meer • Inappropriate affect: lachen of huilen op ongepaste
• Asocialiteit: Geen interesse meer in sociale momenten.
interacties. • Catatonie: Omvat motordisfuncties welke reiken
• Flat affect: Geen emoties tonen in de van heel erg actief tot immobiliteit.
daarvoor gebruikelijke situaties. • Catatonische immobiliteit: het houden van
• Praten op vlakke manier ongewone vormen, uit angst dat er iets engs of ergs
• Niet beïnvloed door omgeving gebeurt als ze bewegen.
• Resultaat problemen uiten emoties,
niet gebrek emoties.
Andere psychotische stoornissen 1
Sommige psychotische gedragingen passen niet onder de noemer schizofrenie, hoewel ze er wel op lijken.
• Schizofreniforme stoornis:
• kenmerkt door het hebben van schizofrene symptomen voor een paar maanden en een terugkeer
naar normaal gedrag na deze periode.
• Ook gekenmerkt door verwarring en afwezigheid van flat affect en sociale abnormaliteiten.
• Schizoaffectieve stoornis:
• vertonen symptomen van een stemmingsstoornis, zoals depressie en hebben wanen of
hallucinaties.
• Om aan deze diagnose te voldoen moet iemand, naast de aanwezigheid van een
stemmingsstoornis, wanen of hallucinaties ervaren voor ten minste 2 weken in de afwezigheid van
duidelijke stemmingssymptomen.
Ontwikkeling
Kinderen die later schizofrenie ontwikkelen laten vaak vroeg al tekenen zien (prodromale fase), zoals:
• Milde fysieke abnormaliteiten
• Slechte motorische coördinatie
• Milde cognitieve en sociale problemen 2
,ANDERE PSYCHOTISCHE STOORNISSEN 2
Waanstoornis: een constant geloof in dingen die niet overeenkomen met de realiteit, zonder de
aanwezigheid van andere schizofreniesymptomen. Er zijn verschillende subtypes van een waanstoornis te
onderscheiden:
• Erotomanie: het geloof dat iemand verliefd op je is, meestal iemand met een hogere sociale status zoals
een beroemdheid.
• Grootheidswaan: het geloof dat je belangrijker bent dan andere mensen en dat je bijzondere talenten
hebt.
• Jaloersheidswaan: het geloof dat de seksuele partner ontrouw is.
• Paranoïde waan: het geloof dat je constant bedreigd wordt.
• Somatische waan: opvattingen over het lichaam of lichaamsfuncties die niet overeen komen met de
realiteit.
• Het verschil met schizofrenie is dat deze wanen in principe zouden kunnen voorkomen, terwijl wanen van
schizofrenie vaak niet voor kunnen komen.
• Gedeelde psychotische stoornis (folie à deux): Een persoon ontwikkelt wanen door een relatie met een
andere persoon die ook wanen heeft.
Veel andere stoornissen kunnen Daarnaast zijn er nog drie andere stoornissen die aandacht
wanen veroorzaken, zoals het behoeven:
misbruiken van alcohol. De DSM-
5 kent twee categorieën van 1. De korte psychotische stoornis, deze wordt gekenmerkt door
zulke stoornissen: een of meer positieve symptomen of gedesorganiseerde spraak
of gedrag voor ongeveer een maand.
• substance-induced 2. Het attenuated psychosis syndroom: Hierbij hebben personen
psychotische stoornis symptomen van schizofrenie, maar ze zijn zich bewust van de
• psychotische stoornis bizarre natuur van deze symptomen en de moeilijkheden die ze
geassocieerd met andere teweegbrengen.
medische condities 3. Schizotypische persoonlijkheidsstoornis: karakteristieken zijn
vergelijkbaar van mensen met schizofrenie, maar minder ernstig.
Risicofactoren om daadwerkelijk de stoornis te ontwikkelen na Statistieken
milde symptomen:
• Soms snelle soms langzame
• De duur van de symptomen voor het zoeken van hulp symptoomontwikkeling
• Basisfunctioneren • Vaak chronisch
• De aanwezigheid van negatieve en gedesorganiseerde • Moeilijkheid met functioneren in
symptomen maatschappij ® vaak geen
kinderen of trouwen
Terugval • 0.2% tot 1.5% levensprevalentie in
maatschappij
• Na behandeling: meestal beter! • Iets minder levensverwachting dan
• Grote kans op terugval normaal
• 22% van de mensen met schizofrenie heeft één episode en • Vrouwen krijgen meestal pas later
geen blijvende beperkingen. schizofrenie
• Uitkomst voor vrouwen > mannen
3
, Culturele factoren Genetische factoren
• Schizofrenie is een complexe stoornis Genen maken sommige mensen kwetsbaar voor
• schizofrenie slechts een afwijking is van schizofrenie. Dit is onderzocht in een aantal familiestudies:
de culturele normen en waarden.
• Ernstige stoornis, die zowel het leven van • Hoe erger de symptomen van een persoon met
de persoon zelf als het leven van de schizofrenie waren, hoe groter de kans was dat de
mensen in zijn omgeving moeilijk maakt. kinderen ook schizofrenie zouden ontwikkelen
• Komt wereldwijd voor. • Hoe erger de symptomen: hoe groter de kans op andere
• Minderheidsgroepen eerder de diagnose psychotische stoornissen
schizofrenie, maar dit kan ook het gevolg • Gebleken is ook dat personen aanleg hebben voor
zijn van vooroordelen. schizofrenie in het algemeen
Neurobiologische invloeden Tweelingstudies:
• Uit tweelingstudies is gebleken dat genen inderdaad een
Veel onderzoek naar schizofrenie richt zich belangrijke rol spelen, en dat de omgeving geen
op het (dis)functioneren van de hersenen. bepalende factor hoeft te zijn
Er wordt hierbij vooral gekeken naar de • De kans is bijna 50% voor identieke tweelingen
neurotransmitter dopamine, en andere
neurotransmitters: Adoptiestudies:
• Agonisten vergroten het effect van • Geadopteerde kinderen met een biologische moeder
neurotransmitters met schizofrenie hebben een grotere kans hebben
• Antagonisten verminderen het effect schizofrenie dan een gemiddeld persoon
van neurotransmitters
Broer- en zusstudies:
Tegenargumenten voor de dopamine
theorie: • Kinderen met ouders die geen schizofrenie hebben
kunnen toch schizofrenie ontwikkelen.
• Soms werken dopamineantagonisten • Grotere kans als een van de ouders de helft van tweeling
niet. heeft, en andere helft schizofrenie heeft
• Relevante symptomen verminderen • Mogelijk om een ´drager´ van schizofrenie te zijn, zonder
m.b.v. antipsychotica pas na dagen/ het zelf te krijgen.
weken.
• Antipsychotica verminderen negatieve In het onderzoek naar genen die schizofrenie veroorzaken,
symptomen van schizofrenie maar deels. wordt niet gezocht naar één gen dat voor schizofrenie
• Dopaminesysteem niet alleen de oorzaak zorgt. In plaats daarvan wordt gekeken welke genen
van schizofrenie. dopamine D2 verantwoordelijk zijn voor de problemen die optreden bij
receptoren in het stratium, deel van de schizofrenie. Deze strategie wordt endofenotypering
basale ganglia, sterk gestimuleerd genoemd.
worden.
• Dopamine D1 receptoren in PFC worden
te weinig gestimuleerd, leidt tot andere Argumenten voor overactiviteit dopamine bij schizofrenie:
symptomen
• Glutamaat in PFC à tekort à • Antipsychotica (medicijnen die worden voorgeschreven
psychotische symptomen bij schizofrenie) zijn dopamineantagonisten, deze
blokkeren gedeeltelijk het dopaminegebruik in de
hersenen.
• Deze medicijnen kunnen dezelfde bijwerkingen hebben
als bij de ziekte van Parkinson. Parkinson staat bekend
om een tekort aan dopamine.
• L-dopa is een dopamineagonist en wordt als medicijn
gebruikt bij het behandelen van mensen met Parkinson.
L-dopa kan soms schizofreniesymptomen veroorzaken.
• Amfetamines vergroten de activiteit van dopamine en
4
kunnen de symptomen van schizofrenie erger maken.