Systemische Pathologie
HC 1: Introductie en anamnese
Deelonderwerpen:
- Anamnese en lichamelijk onderzoek
- Stolling en antistolling
- Farmacotherapie
- Allergie
- Longziekten
- (Maxillofaciale) oncologie
- Aangezichtsverlamming
Anamnese: het aspect onderzoek en diagnose van tandheelkundige problemen en het op
basis daarvan opstellen van een behandelplan is zodanig ingericht dat de tandarts in staat is
tot: het afnemen van een anamnese, omvattende tandheelkundige, medische, persoonlijke
en sociaal-culturele achtergronden van de patiënt en het herkennen van afwijkingen van het
normale beeld.
Medische anamnese is een essentieel onderdeel bij de tandarts om te komen tot optimale
zorg!
- Informatie over huidige en vroegere gezondheidsstatus
- Van belang bij diagnostische en therapeutische beslissingen
- Draagt bij aan goede relatie tussen (tand)arts en patiënt
Vertrouwen winnen en blijven behouden. Vertrouwenspositie en plicht tot geheimhouding.
De anamnese vereist:
- Medische kennis en kunde van ziekte en gezondheid
- Communicatievaardigheden/gesprekstechnieken
Het diagnostisch proces:
,Gespreksstructuur:
- Introductie
- Stel open vraag naar klacht(en)
- Vraagverheldering: exploderen van de SCEGS
- Speciële anamnese (vaak gesloten vragen)
- Algemene anamnese
- Afsluiting/samenvatting
8 eigenschappen van een (pijn)klacht:
- Lokalisatie, uitstraling
- Karakter
- Ernst (1-1-)
- Tijdsrelatie
- Beloop
- Begeleidende verschijnselen
- Verergerende factoren
- Verzachtende factoren
- (Gevolgen op psychisch en sociaal gebied)
Algemene principes anamnese:
- Communicatiekanalen (non)verbaal)
- Reactiemogelijkheden (volgen, sturen, toetsen)
- Gespreksstructuur (open vragen, SCEGS, speciele/algemene)
- Specifieke situaties
- Informatieplicht
De arts moet de patiënt duidelijk inlichten over de volgende onderwerpen (informatieplicht
WGBO):
- Aard en doel van het onderzoek of de behandeling
- Te verwachten gevolgen en eventuele risico’s daarvan voor de gezondheid van de
patiënt
- Andere methoden van onderzoek en behandeling die in aanmerking komen (evt.
alternatieven)
- De vooruitzichten met betrekking tot de gezondheid van de patiënt.
Bij niet behandelen, bij voorgestelde behandeling, bij de alternatieve mogelijkheden
Communicatiekanalen:
Verschillende soorten informatie tijdens de anamnese:
- Verbale informatie
- Non-verbale informatie (lichaamstaal)
- Para-verbale informatie (taalkundige kenmerken, dialect, juiste of gebrekkige
grammatica) (je maakt een inschatting over bv opleidingsniveau van de patiënt).
,Reactiemogelijkheden:
Verbale reactie op gespreksinhoud.
Bewust langs (non)-verbale en para verbale weg reageren op patiënt:
- Volgen (houding, luisteren, mimiek, open vragen)
- Sturen (aanbrengen van ordening)
- Toetsen (verificatie van klachten, veronderstellingen, hypothesen)
Hoe lang duurt het gemiddeld voor een arts de patiënt onderbreekt nadat hij gevraagd heet
naar de hoofdklacht? → <30 seconden (18-23 seconden).
De medische anamnese is onmisbaar voor het vaststellen van potentiele medische-
tandheelkundige interacties.
HC 3: Lichamelijk onderzoek
Lichamelijk onderzoek start al als je de patiënt uit wachtkamer haalt:
- Looppatroon, gelaatsuitdrukking, abnormale ademhaling, geur, gedrag, huidskleur,
etc.
Niet vergeten tijdens je lichamelijk onderzoek:
- Naakt is kwetsbaar
- Voldoende comfort?
- Communiceer met de patiënt
- Verontrust de patiënt niet
- Beside manners (niet op bed zitten van patiënt, is zijn terratorium)
Verschillende onderzoeksmethoden:
1. Inspectie: Wat zie je aan de patiënt?
2. Percussie: bekloppen van lichaamsoppervlak, om een klank te produceren die info
geeft over de dichtheid van het onderliggende weefsel.
3. Auscultatie: met stethoscoop
4. Palpatie
Palpatie: van een zwelling, waar let je op?
- Afgrensbaarheid
- Grootte in cm
- Vorm
- Aard van oppervlak (glad of hobbelig
- Consistentie
- Beweeglijkheid
- Drukpijnlijkheid
- Fluctuatie
- Pulsaties
, Struma, gezwollen hals, dus patiënt doorverwijzen naar de huisarts (in ieder geval
attenderen). Rekening houden met het plat leggen van de patiënt in de stoel. Hangt
af van de hoeveelheid klachten die ze daarmee hebben. Als ze liggen, drukt de
schildklier op de luchtpijp, wat vervelend is voor de patiënt. Hypo-/hyperthyreoïdie.
3 vragen bij casussen:
1. Wat is hier aan de hand / wat is de differentiaal diagnose?
2. Heeft het consequenties voor uw tandheelkundig handelen?
3. Wat is uw eventuele vervolgactie?
Casus : vrouw 36, komt voor reguliere controle bij de tandarts
→ schildklier (struma) : heel egaal, dus waarschijnlijk niet meerdere klieren bij betrokken.
Waarschijnlijk heeft zij een hyperthyroïd, want ze is vrij schaars gekleed voor december. Het is heel
egaal, circumscript nu.
▪ Geen significante ingrepen doen tot je zeker weet dat hyperthyroïdie
adequaat behandeld wordt. Te snelle schildklier is belasting voor het
hart, anesthesie werkt minder goed. Trage schildklier: mensen
moeilijker uit narcose, anesthesie blijft langer werken, etc.
▪ Reguliere controle kan wel, adviseer patiënt om naar de huisarts te
gaan
Struma (vergrote schildklier)
Struma betekent schildkliervergroting, in de volksmond ook bekend onder de term ‘krop’. De
schildklier kan helemaal gelijkmatig (diffuus) vergroot zijn of onregelmatig opgebouwd uit allemaal
kleine knobbeltjes (multinodulair). Struma komt vaak in de familie voor. Meestal is er geen duidelijke
oorzaak aan te wijzen. Jodiumgebrek is een bekende oorzaak van struma, maar dat komt in
Nederland vrijwel niet meer voor. In principe zegt het struma niets over de functie van de schildklier
welke kan zijn toegenomen (hyperthyreoidie), afgenomen (hypothyreoidie) en normaal zijn
(euthyreoidie).