3-1) Waardoor wordt de totale productie (nationaal inkomen) bepaald?
3-2) Hoe wordt het nationaal inkomen verdeeld over de productiefactoren?
3-3) Waardoor wordt de vraag naar goederen en diensten bepaald?
3-4) Wat brengt de vraag en het aanbod aan goederen en diensten in evenwicht?
ECONOMISCHE KRINGLOOP
productie = bestedingen = inkomen
3-1) Waardoor wordt de totale productie (nationaal inkomen) bepaald?
PRODUCTIEFUNCTIE
Totale productie = aanbod aan goederen en diensten =
𝑌 = 𝐹 𝐾v, 𝐿v = 𝑌v
3-2) Hoe wordt het nationaal inkomen verdeeld over de productiefactoren?
,(markets for factors of production)
FACTORPRIJZEN
= vergoeding per eenheid van productiefactor
Huur (𝑅) als vergoeding voor de eigenaars van kapitaal
Loon (𝑊) voor de arbeidskrachten
𝑅 en 𝑊 worden bepaald door vraag en aanbod van de productiefactoren
VRAAG NAAR PRODUCTIEFACTOREN
Een competitieve onderneming:
Neemt P, W, R als gegeven
Heeft als productiefunctie: Y = 𝐹 (𝐾, 𝐿)
Probeert de winst te maximaliseren
winst = opbrengsten – kosten
= P.Y – (W.L + R.K)
= P.F(K,L) – W.L – R.K
--> vind K en L die winst max (Zowel K als L zijn in handen van de gezinnen)
VRAAG NAAR ARBEID
Marginaal product van arbeid (MPL):
= extra productie die een onderneming produceert door het toevoegen van één eenheid
arbeid, gegeven een vaste hoeveelheid kapitaal
MPL= F(K,L+1)-F(K,L)
Van MPL naar arbeidsvraag:
→ Hoeveel arbeidskrachten wil de onderneming aanwerven?
,Extra arbeidskracht?
Hoeveel extra opbrengsten? P . MPL
Hoeveel extra kosten? W
Econoom Paul Douglas: verdeling van nationaal inkomen tussen
arbeid en kapitaal was vrij constant over een lange periode:
𝑀𝑃𝐾. 𝐾 = 𝛼𝑌 en 𝑀𝑃𝐿 . 𝐿 =(1 − 𝛼)𝑌
Wiskundige Charles Cobb: productiefunctie met deze eigenschap
is: F(K,L) = A𝐾𝛼 𝐿1−𝛼
Met A = productiviteit van de beschikbare technologie
Heeft constante schaalopbrengsten (bewijs: zelf)
𝑀𝑃𝐿 = (1 − 𝛼) 𝐴𝐾𝛼𝐿−𝛼 =(1 − 𝛼)𝑌/𝐿
𝑀𝑃𝐾 = 𝛼A𝐾𝛼−1𝐿1−𝛼 = 𝛼𝑌/𝐾
CASE STUDY PP. 59-60
Theorie: reële lonen hangen af van arbeidsproductiviteit
U.S. data:
period productivity growth real wage growth
1960–2010 2.2% 1.9%
1960–1973 2.9% 2.8%
1973–1995 1.4% 1.2%
1995–2010 2.7% 2.2%
3-3) Waardoor wordt de vraag naar goederen en diensten bepaald?
Beschikbaar inkomen is het inkomen dat overblijft na
betalen vanbelastingen: Y – T.
Consumptiefunctie: C = C (Y – T ) Stelt dat (Y – T ) stijgt --> C stijgt
Marginale consumptieneiging (MPC) is de fractie van bijkomend beschikbaar
inkomen dat een gezin besteedt aan consumptiegoederen (en dus niet spaart).
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper stijndamoiseaux. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.