Explorerend onderzoek – de ontwikkeling van begrippen, hypothesen of theorie staat voorop
Beschrijvend onderzoek – de aard of de kenmerken van de onderzoeksverschijnselen
beschrijven of benoemen (gefundeerd=vanuit richtinggevende onderzoeksvraag / eventueel
enkele theoretische noties of begrippen)
Toetsend onderzoek – testen of een bestaande theorie (theorie) of bestaand idee
(hypothese) klopt (deductie)
Verifiëren – bewering(en) die je onderzoek kan ondersteunen
Falsifiëren – bewering(en) die je onderzoek kan weerleggen
Casestudy-opzet – een persoon, groep locatie of situatie onder alledaagse omstandigheden en in zijn
geheel onderzoekt (= holisme) – complexe situatie
Survey – een beschrijving van opvattingen, betekenissen die mensen toekennen en gedragingen van
personen of groepen onder natuurlijke mogelijke omstandigheden. Verschil met casestudy: het gaat
niet om het totaal, maar om een onderzoek in zijn context.
Enkelvoudige casestudy – wanneer er onder natuurlijke omstandigheden een unieke gebeurtenis
plaatsvindt
Meervoudige casestudy - als de gekozen cases kunnen worden gezien als representanten van
gelijksoortige cases (dwarsdoorsnede) of wanneer de onderzoeksverschijnselen min of meer
hetzelfde zijn, maar dat de context varieert.
Casuïstiek – een verzameling beschrijvingen van in eerste instantie afzonderlijke gevallen
Artefact – gehanteerde/geproduceerde objecten of producten die kenmerkend zijn voor de situatie
Respondent – wanneer iemand geïnterviewd/geobserveerd wordt met als doel informatie over
zichzelf of zijn situatie te verkrijgen, een respondent vertegenwoordigt zichzelf (deel van
onderzoekseenheid)
Informant – zij zeggen iets over de situatie, groep of locatie waar ze zelf deel van uitmaken (vaak
geen deel van onderzoekseenheid)
Saturatie – net zo lang doorgaan tot je het voel hebt dat je het onderzoek afhebt (kwalitatief
onderzoek)
Convergeren- Resultaten uit diverse dataverzamelingsmethodes (triangulatie) die in dezelfde richting
wijzen
Member-checking – de onderzoekconclusies worden ter controle aan de betrokkenen uit het veld
voorgelegd
, Soorten geldigheid:
Interne geldigheid: de mate waarin de gekozen opzet passend is, geldig zijn voor de
onderzoeksgroep
Externe geldigheid: de mate waarin de conclusies ook van toepassing zijn op de gehele
populatie (generaliseerbaarheid, hangt af van de representativiteit van de onderzoeksgroep)
Wijze van dataverzameling: juiste dataverzamelingstechnieken (=triangulatie)
Verschillen betrouwbaarheid en geldigheid:
Betrouwbaarheid slaat op je onderzoekstechniek: Als ik voor hetzelfde onderzoek steeds
dezelfde techniek gebruik, krijg ik dan dezelfde resultaten? Zo ja, dan is je onderzoek
betrouwbaar.
Validiteit gaat over of je techniek adequaat het concept weergeeft dat je onderzoekt. Hoewel
validiteit moeilijk te bewijzen is, moet je het wel onderbouwen. Let op: zijn je gegevens wel
generaliseerbaar? Heb je de juiste dataverzamelingstechnieken gebruikt?
Gerichte steekproef:
Een steekproef gericht op extreme, typerende of kritieke gevallen
Er wordt gericht gezocht naar respondenten die aan een aantal gecombineerde
eigenschappen voldoen
Bijvoorbeeld: Om de voorlichtingscampagne goed vorm te geven gaan we alleen
respondenten benaderen die minderjarig + mannelijk + veel seksueel actief zijn, dit omdat
zij een kwetsbare doelgroep vormen
Selecte niet-gerichte steekproef:
Je selecteert je respondenten zoveel mogelijk toevallig, bijvoorbeeld door willekeurig op
straat jongeren aan te spreken
Soms ga je bewust naar plekken waar je respondenten veel komen, je houdt dan een
vindplaatsgerichte steekproef
Via snowball-sampling kan je in contact komen met respondenten die lastiger te vinden zijn
Bijvoorbeeld: Omdat het erg lastig is om allochtone homoseksuele jongeren te vinden
vanwege taboes vragen we bij elke respondent die we interviewen of hij nog iemand kent die
we kunnen interviewen
Aselecte niet-gerichte steekproef:
Als je iets wilt weten over een omvangrijke populatie van eenheden die in belangrijke mate
gelijke kenmerken heeft
Enkelvoudige aselecte steekproef: uit een lijst van respondenten trek je een steekproef
Systematische steekproef met aselect begin: Eerst kies je de gewenste omvang van de
populatie en hoeveel respondenten je daaruit wilt selecteren. Vervolgens kies je
systematisch bijvoorbeeld elke keer de 10e persoon om te benaderen
Gestratificeerde steekproef: Eerst maak je een gewenste indeling naar bijvoorbeeld
man/vrouw, vervolgens ga je de steekproef trekken.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper VincentvanG. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.