Samenvatting voor de cursus etnografie in de 1e bachelor diergeneeskunde. In deze samenvatting wordt de desbetreffende soort uitgebreid besproken, inclusief de belangrijkste rassen die gekend moeten zijn voor het examen. Ook wordt er aangegeven wat de belangrijke punten zijn voor het examen.
Het varken
3 onder families van de varkens alleen degene van sus scrofa is belangrijk.
Het wilde varken is het sus scrofa ferus everzwijn. Heeft een grotere voorhand dan achterhand. Er
zijn problemen met over populatie. Ze hebben geen natuurlijke vijanden.
Van everzwijn naar huidig klassiek landvarken = enorm doorgefokt. Voorbeeld van hoe selectie en
evolutie in zijn werk gaat.
Varkens laten zich niet voortdrijven in kuddes dus kan je ze alleen beheren als je op een vaste plek
woont. Chinezen en verre Oosten hebben een grote rol gespeeld in de explosie en expansie van
varkensvlees. Varkens eten alles, zelfs zijn eigen jongen als het moet. Nu krijgen ze varkensmeel.
Vanaf het oosten de varkens naar ons krijgen.
In China eet men ook het vet van varkens. Ze smelten dat en verwerken in voeding. Varkensvlees kan
veel goedkoper geproduceerd worden. Heeft te maken met voederconversie. Je hebt geen land
nodig om varkens te produceren, ze worden in stallen gehouden. Je moet wel land hebben om van je
mest af te komen.
Met maakt onderscheid naargelang het varkensvlees na het slachten wordt verwerkt. Je hebt:
- Spekvarkens magere varkens die gebruikt worden voor het bereiden van vleeswaren.
- Magere slagersvarkens de karkassen worden aan de slagerij verkocht en daar verkopen ze
ze in zijn geheel. Dus je kan dan nog wel herkennen dat het varken is.
- Vette varkens komt minder voor. Consumenten willen dat niet.
Varkens hebben een relatief dikke speklaag onderhuids.
In Amerika worden ze geslacht als ze 120 kg zijn. In NL zijn ze 90 kg. Het scheelt veel in vetaanzet. De
laatste 10 kg is dikwijls puur vet. De uitbatingsomstandigheden zijn ook anders in Noord-Amerika. Ze
willen daar niet investeren in huisvesting. Animal welfare is zo goed als niks daar. Ze houden de
varkens op de plaats waar de voeding geproduceerd wordt. Dat scheelt in uitbatingskosten. Ze
produceren daar snelgroeiende, vette, slecht vruchtbare varkens.
Er zijn ongeveer 8 miljoen varkens in België. In 1974 hadden we 50.000 bedrijven en nu nog 5.000.
Het neemt af met 6% per jaar. De bedrijven die overblijven worden alleen maar groter en groter.
Van de 8 miljoen varkens is 90% om ze op te eten en 10% zijn zeugen die biggen produceren.
Een heel klein aantal zijn beren (10.000 in België). De genetica van de beren wordt enorm bewaakt.
Zeugen worden geïnsemineerd.
Wij zijn afhankelijk van import van voer. Dit is zeer belastend voor het milieu en het enige wat het
oplevert is werk.
Parmaham komt gewoon uit België. De ham wordt naar Italië geïmporteerd om daar bewerkt te
worden en dan gaat het weer terug.
Everzwijnen hebben als biggetje een bepaald jeugdhaarkleed of livrei.
Nu zien de varkens er al uit als een worst. Hebben veel sterkere achterhand met veel vet. Long en
hartvolume is drastisch verminderd. Zijn geen atleten meer. De buikholte is veel groter omdat er 14
biggen in moeten kunnen.
Wilde varkens zijn laatrijper dan onze varkens. Bij ons worden ze vanaf 9 maanden ingeschakeld in de
productie. In China is dat zelfs soms 3 maanden. Sterk toegenomen vruchtbaarheid.
Zeugen zijn heel het jaar vruchtbaar.
Blz 4 bovenaan belangrijk!
, Een zeug kan gemiddeld 2,3 worpen per jaar produceren. Worp-index is aantal worpen dat zeug per
jaar produceert. Aantal worpen x aantal biggen per worp = productie getal.
Er zijn aantal biggen die kleiner zijn. Daar heeft de boer niks aan.
Productie getal = het aantal gespeende biggen per jaar. Is het aantal biggen dat de 5 weken behaalt.
Worp index & productie getal moet je kennen
Met deze getallen worden diagnoses gesteld.
We houden varkens alleen voor de vleesproductie en niks anders.
Vlees- of slachtvarkens zijn zeer homogeen. Allemaal zelfde uiterlijk wat het slachten makkelijk
maakt. Ze zetten dezelfde leeftijd bij elkaar als ze na 5 weken bij hun moeder weggaan. Worden in
hokjes van 10-12 varkens bij elkaar gezet en dan vetgemest. Boeren zorgen goed voor varkens want
willen zoveel mogelijk winst maken.
Leeftijdsbepaling mag tussen haakjes.
Bespreking van de lichaamsstreken:
Snuit is beweegbaar, oorschelpen en lippen niet
Afhankelijk van het ras gaan de oren recht staan of niet
Neusspiegel moet recht zijn en symmetrisch, anders heb je kans op ademhalingsproblemen.
Scheve neus zorgt voor ademhalingsproblemen.
Verschrompelde oren is een indicatie van onrust in de stal. Kan ook komen als ze met te veel
zijn in een hok. Gaan dan ook wel aan elkaars staart bijten.
Fokberen worden gehouden voor sperma en krijgen de kans om door te groeien
Zeugen moeten 14 tepels hebben. Is redelijk erfelijk.
Sterk ontwikkelde achterhand voor ham
Bij voorkeur weinig buikvolume want dat is veel vet en daar heb je niks aan.
Lange rug dikke koteletten
Afwijkingen:
Pathologiën hoef je niet te kennen
Let op rug, ingevallen rug wijst op spieratrofie. Is een erfelijke aandoening.
Asymmetrie van de hammen. Problemen als varken zit en wil opstaan. Dan kan de femurkop
uit de kom geschoten zijn.
Ham buik en vetbuik hebben we niks aan
Onder breuken verstaan we navelbreuken, liesbreuken en scrotumbreuken. Dat is een defect
in de afdekking van de buikholte. De liesring kan wel eens niet volledig dicht zijn waardoor er
darmslingeringen in het scrotum belanden. Bij een navelbreuk sluit de navel niet goed, kan
onderhuids een darm lus in zitten. Als de darm draait wordt hij afgekneld. Bij liesbreuk zit er
darm in de liezen.
Specifiek bij de beer moet je kijken of die gecastreerd is. Castreren doen we vanwege de
berengeur.
Ledematen moeten droog staan en goede standen zijn belangrijk. Ze worden gehouden op
roosters dus het pootwerk moet goed zijn.
Beoordeling van de karkassen niet belangrijk. Het wordt alleen in het slachthuis beoordeeld met
ingewikkelde technieken. Wordt high-tech aangepakt om te kunnen weten of er veel of weinig vet in
zit.
SEUROP-classificatie is ook bij varkens.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper laurenkoster. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.