Dit is een samenvatting die ik heb geschreven voor het leren van het tentamen. De samenvatting is gebaseerd op het boek: "Zwaartepunten van het vermogenserecht". Ik heb zo veel mogelijk voorgeschreven stof kort samengevat. Deze samenvatting kan worden gebruikt als een mooi naslagwerk, of gewoon om ...
Vermogen: het geheel van op geld waardeerbare rechten en verplichtingen die iemand
heeft, dus het geheel van zijn activa en passiva.
Actieve posten: eigendomsrechten en vorderingen.
Het tegenovergestelde van een vordering is een verplichting of een schuld.
Passieve posten: alle schulden.
Schulden zijn ook onderdeel van het vermogen.
Het vermogen is geen statisch gegeven het kan dus heel vaak veranderen.
Recht:
- Betekent het geheel aan geldende regels
- Kan een bevoegdheid zijn.
Objectief recht: is het geldende recht; de regels die binnen een bepaald rechtsgebied op een
bepaald tijdstip gelden.
Subjectief recht: een aan iemand toekomende bevoegdheid. Een vermogensrecht betekent
hier een aan een bepaald persoon toekomend recht dat deel uitmaakt van zijn vermogen,
zoals; eigendomsrecht en vorderingsrecht.
Een subjectief recht bestaat slechts bij gratie van een objectief recht.
De subjectieve vermogensrechten zijn te onderscheiden in rechten met betrekking tot
goederen en rechten met betrekking tot personen. Dit zie je terug in het goederenrecht en
het verbintenissenrecht.
Verbintenis:
Er zijn een aantal kenmerken voor een verbintenis
1. Kenmerkend voor een verbintenis is dat een persoon recht heeft op een door een
andere persoon te verrichten prestatie, terwijl die ander tegenover de eerste
verplicht is tot het verrichten van die prestatie.
2. Is vermogensrechtelijk van aard.
Verbintenis: een verbintenis is een vermogensrechtelijke verhouding tussen twee partijen
krachtens welke de één is gerechtigd tot een gedraging die de andere verplicht is ten
opzichte van hem te verrichten.
Een verbintenis kent drie elementen.
1. Er is een vorderingsrecht. Dit vorderingsrecht kun je alleen maar toepassen indien er
sprake is van een schuld.
2. Veroordelingsmogelijkheid. Indien er niet wordt nagekomen, kan er dus voor worden
gekozen om het vorderingsrecht te gebruiken. Dit moet je echter wil kunnen
afdwingen. Dit kun je laten doen via de rechter op grond van art. 3:296, lid 1 BW. Als
dat niet meer mogelijk is, kun je hem ook de schade laten vergoeden op grond van
art. 6:74BW. Hier tegenover staat dat de schuldenaar aansprakelijk is. Hij kan worden
aangesproken en worden veroordeeld als hij niet de juiste prestatie verricht.
, 3. Executiemogelijkheid. Nakoming van een vonnis moet ook te realiseren zijn. Indien
de schuldenaar zich niet vrijwillig aan de afspraak houdt, kan hij worden gedwongen
om dit toch te doen.
De daartegenover staande verplichting om van de schuldenaar deze ingreep in zijn
vermogen van buitenaf te dulden, heet uitwinbaarheid.
Een vorderingsrecht is een relatief recht, omdat je het alleen kunt uitoefenen op de persoon
op wie je een vordering hebt.
Uitwinbaarheid en draagplichtig
Iemand die dus niet vrijwillig wil meewerken aan een vonnis, kan uitwinbaar zijn. In dat geval
moet de schuldenaar toestaan dat de schuldeiser verhaal zoekt in zijn vermogen.
Iemand die uitwinbaar is, is meestal ook draagplichtig. Iemand is draagplichtig indien hij
degene is die rechtens uiteindelijk de gevolgen van de uitwinning in zijn vermogen behoort
te voelen.
Subjectief en objectief recht
Een subjectief recht kan alleen bestaan op grond van een objectief recht.
Verbintenissen
Hoe ontstaat een verbintenis? Een subjectief recht kan alleen maar voortvloeien vanuit een
objectief recht. De bron van een verbintenis is te vinden in art. 6:1BW.
De bron van een verbintenis zelf ligt onder andere in art. 6:213BW. In dit artikel ontstaat er
een verbintenisscheppende/obligatoire overeenkomst. Een obligatoire overeenkomst roept
verbintenissen in het leven.
Een rechtsfeit is een feit met een beoogd rechtsgevolg. Een overeenkomst is een rechtsfeit.
Art. 6:213BW bewerkstelligt pas een concreet rechtsgevolg, indien een concrete gebeurtenis
hem activeert. Doordat iemand een overeenkomst sluit met een ander in de naam van art.
6:213BW, is de overeenkomst een rechtsfeit geworden. Een rechtsfeit is een feit waaraan
het objectieve recht een rechtsgevolg koppelt.
Je moet het dus zo zien: een verbintenis op grond van art. 6:213BW, ontstaat door art.
6:1BW en vorm door een concrete toepassing een rechtsfeit.
Rechtsregel – rechtsfeit – rechtsgevolg.
Verhouding rechtsregel, rechtsfeit en rechtsgevolg
Rechtshandelingen vormen een belangrijke subgroep van de categorie rechtsfeiten.
, 1. De menselijke handeling is gericht op het tot stand brengen van een rechtsgevolg.
2. Het rechtsgevolg moet door het objectieve recht zijn toegestaan. Indien dit niet
het geval is, zal de overeenkomst in beide gevallen het beoogde rechtsgevolg
missen.
3. Voldaan aan eventuele door het objectieve recht aan de betreffende
rechtshandeling gestelde eisen.
Een rechtshandeling is een bijzonder soort handeling, namelijk één die beoogt een
rechtsgevolg in het leven te roepen. Hij het type rechtshandeling “verbintenisscheppende
overeenkomst”, bestaat het rechtsgevolg uit het ontstaan van 1 of meerdere verbintenissen.
Een rechtshandeling is echter niet beperkt tot het in het leven roepen van verbintenissen.
Om deze reden vinden we een algemene regeling van de rechtshandeling niet bij het
verbintenissenrecht, boek 6, maar in boek 3.
Gelaagde structuur vind je bij rechtshandelingen in boek 3, maar zijn ook van toepassing in
boek 6. Daarbij vind je voor het begrip verbintenis geen definitie, maar het woord
rechtshandeling. Deze wordt nader uitgewerkt in 3:33BW.
Het verschil tussen een rechtshandeling en een gewoon rechtsfeit, is dat een
rechtshandeling een beoogd rechtsgevolg heeft.
Meerzijdige en eenzijdige rechtshandelingen
Rechtshandelingen zijn te onderscheiden tussen eenzijdige en meerzijdige
rechtshandelingen.
Een meerzijdige rechtshandeling: vereist de samenwerking van meerdere personen. Er is
sprake van een m.r. wanneer voor de totstandkoming van de rechtshandeling ten minste
twee personen moeten samenwerken. Dit is onder andere nodig bij een overeenkomst op
grond van art. 6:213BW.
Deze kan nooit ongericht zijn, omdat er twee mensen nodig zijn voor de totstandkoming.
Het sluiten van een overeenkomst is steeds gericht op het ontstaan, wijzigen of teniet doen
gaan van een onderlinge rechtsverhouding.
Een eenzijdige rechtshandeling: wordt door 1 persoon tot stand gebracht. Hieronder valt
bijvoorbeeld de erkenning van een kind en het opmaken van een testament.
Gerichte tegenover ongerichte eenzijdige rechtshandelingen
Eenzijdige rechtshandelingen zijn te onderscheiden in gerichte en ongerichte
rechtshandelingen.
- Een ongerichte eenzijdige rechtshandeling is een eenzijdige rechtshandeling die niet
is gericht tot een bepaalde persoon (of tot meerdere bepaalde personen). Omdat ze
tot niemand is gericht, hoeft ze ook niet tot kennis zijn gebracht aan anderen voor
haar geldigheid.
- Een gerichte eenzijdige rechtshandeling is juist wel tot een of meerdere personen
gericht. Zij moet die personen hebben bereikt om rechtsgeldig te kunnen zijn.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper juliette1933. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,49. Je zit daarna nergens aan vast.