Week 1
College 1: Introductie
Vakbeschrijving:Vakbeschrijving:
Public Management concentrates on the organizational and managerial complexities of
creating public value in our late-modern, highly complex societies. Basically, the course is
organized around two ‘storylines’:
1. The macro approach is used to explain where we come from and where we are going
in the field of public sector institutions. What do we mean by public interest and
public value? Why has the classic, bureaucratic approach to public organizing been
replaced by ‘new public management’ principles? Which public management models
can be distinguished? What do we know about the performance of these models,
and how must we evaluate their outcomes from the perspective of public value?
2. The meso/micro approach will be applied, focusing on concrete examples of new
public management, such as public-private collaborations, performance management
and quasi-markets. How does it work, which complexities are at stake, how do actors
deal with them and what can we learn about the weaknesses and strengths of the
various approaches?
Aim The course Public Management provides knowledge on and insight into:
1. the way in which the public sector is organized and managed;
2. the reasons for introducing business-like principles in public sector institutions (‘new
public management’);
3. the ways in which these new public management systems function or not function;
4. the (unintended) outcomes of these systems in terms of ‘public value’ and societal
problem-solving.
Vakbeschrijving:Hoorcollege:
Public management betreft de collectieve, publieke
dimensie.
Een kind leren schaken volgens MacIntyre:
1. Traditie/schoonheid bijbrengen -> respect voor het
spel -> intrinsieke waarde -> er zit iets waardevols
in het spel.
2. Belonen/straffen -> de prijs betalen voor als je iets
wilt krijgen -> extrinsieke waarde -> marktwerking.
Pagina 1 van 9
, De stelling is nu dat wij in dat publiek management (de manier waarop wij publieke zaken
organiseren/het speelveld dat wij hebben gecreëerd) steeds meer op die extrinsieke
waarden zijn gaan zitten -> dat kan ertoe gaan leiden dat het kind, die op die manier het spel
leert, gaat frauderen.
Dat is een van de effecten geweest waardoor er New Public Management (NPM) is ontstaan
-> extrinsieke waarden krijgen altijd voorrang (doelmatigheid/effectiviteit) -> er ontstaat een
soort tendens om prestaties op te poetsen (mooier voor te doen dan dat ze zijn).
Sturen volgens extrinsieke waarden is problematisch!
Noordegraaf bespreekt drie logica’s in zijn boek:
1. Performance (doelmatigheid/effectiviteit).
2. Professionalism (kwaliteit/betrouwbaarheid).
3. Politics (rechtvaardigheid/legitimiteit) -> neoliberalisme en populisme.
In dat publiek management wordt er altijd gezocht naar een soort evenwicht tussen
performance (aantoonbare prestaties van de publieke sector) en professionalism
(beroepsethiek) -> botsende logica’s (spanningen/tegenstellingen) -> politieke logica is een
aparte logica.
Noordegraaf laat zien hoe een publieke manager moet goochelen met deze drie logica’s ->
hij denkt dat deze op één lijn te brengen zijn -> NPM brengt problemen met zich mee (zoals
neoliberalisme of Marx: burgers beschouwen als consumenten en marktwerking z’n gang
laten gaan).
De focus in deze cursus ligt op het Nieuw Publiek Management -> opkomst in de jaren 80 ->
nog steeds invloedrijk -> is er een wereld na het PM, en hoe ziet deze er dan uit?
Er wordt gekeken naar principes, filosofisch- mensbeeld en wereldbeeld van het NPM, en
naar praktijken, trends van het NPM en de uitvoering daarvan.
Leidende vraag: In welke staat bevindt het NPM zich, en hoe zou een betere en/of andere
stroming eruit kunnen zien?
Stelling: Kunnen we NPM als een nieuwe, coherente organisatietheorie zien, of zijn er zoveel
problemen van het NPM dat deze gedachte niet houdbaar is?
Volgens docent: potpourri van allerlei verschillende elementen, te veel ellende om een
coherent geheel te kunnen vormen. Volgens Noordegraaf: er zijn drie duidelijke logica’s en
PM is het vermogen om die logica’s met elkaar in harmonie te brengen.
De overkoepelende gedachte is dat de bureaucratie faalt, maar NPM wordt niet als een
nieuw organisatiemodel erkend, wat een verklaring vormt voor de onduidelijkheid zorgt in
de NPM-wereld. Er wordt een diagnose gegeven van het NPM: Kunnen publieke organisaties
op een bedrijfsmatige manier georganiseerd worden?
Er is een collectief model gecreëerd over hoe informatie wordt aangestuurd. Het
maakbaarheids- concept = het idee dat je de werkelijkheid
Pagina 2 van 9