Samenvatting tentamen recht volwassenen
Les 1: inleiding recht
Recht en rechtvaardigheid is niet hetzelfde
Publiekrecht = staatrecht, bestuursrecht & strafrecht (overheid is van de partij)
Privaatrecht = tussen burgers/rechtspersonen onderling (BW) personen &
familierecht, arbeidsrecht & vermogensrecht
Europees / internationaal recht = publiekrecht of privaatrecht (bijv.
koopovereenkomst met partij uit Duitsland)
Trias politica = betekent dat je in die staat een wetgevende, uitvoerende en een
rechterlijke macht hebt. Het wordt daarom ook wel de scheiding der machten
genoemd
Grondrechten staan in: grondwet & Europees Verdrag voor de Rechten van de
Mens (EVRM)
Klassieke grondrechten = de burgerlijke en politieke rechten. Kiesrecht, vrijheid
van meningsuiting, recht op privacy, godsdienstvrijheid of discriminatieverbod.
Dus vrijheidsrechten, politieke rechten en gelijkheidsrechten. BESCHERMING
VOOR OVERHEID
Sociale grondrechten = overheid moet inspannen (zorgplicht), de economische,
sociale en culturele rechten. Dit zijn onder andere het recht op huisvesting,
sociale zekerheid, gezondheidszorg en onderwijs. BESCHERMING VAN OVERHEID
Dwingend recht & aanvullend recht = dwingend is verplicht en aanvullend is
alleen van toepassing als er geen afspraken zijn gemaakt door de partijen
onderling. Als ze dat wel hebben gemaakt, gaat deze voor het aanvullend recht
Materieel recht: bijv. wetboek van strafrecht, hoeveel jaar en welke straf?
Spelregels van het maatschappelijk gedrag
Formeel recht: bijv. wetboek van strafvordering, hoe verloopt het proces?
Spelregels van het procederen
Rechtsbronnen: wetboek, jurisprudentie, verdragen, de gewoonte of doctrine
(boeken)
Internationaal of Europees recht komt boven nationaal recht
Algemene plaatselijke verordening (gemeente niveau) komt na de wet
Ons recht kent de scheiding der machten. Het OM heeft onder meer als taak het
vervolgen van verdachten in strafzaken. De OvJ is een van de
vertegenwoordigers van het OM en stelt een bestuurder die een verkeersdelict
heeft gepleegd een transactie voor van €500,- mag dat? Ja, dat mag
,De gemeente vaardigt een regel uit dat voortaan alle protestbijeenkomsten
verboden worden. Mag dat? Nee, want grondrecht om te demonstreren. Wat wel
kan is: De gemeente zet in de APV dat betogingen op zondag van 9 tot 12 uur
niet vergund worden
In Nederland geldt als algemene regel contractvrijheid: in het contract dat je
met de wederpartij sluit spreek je af dat je 1 kilo drugs zult leveren tegen de
afgesproken prijs van 10.000 euro. Mag dat? Nee, want is in strijd met de wet
Objectief recht = in art. bla bla staat dat loon op tijd betaald moet worden,
rechtsregel (gaat over de regels)
Subjectief recht = juridische bevoegdheid om afspraken te maken op het
objectieve recht, als je werkgever je niet heeft betaald kan je 50% boven
krijgen. Gaat over de individu
Feitelijk handelen = niet gericht op rechtsgevolg maar kan wel rechtgevolgen
krijgen, bijv. per ongeluk een auto ongeluk veroorzaken. Je wilde niet een
rechtsgevolg in leven brengen
Onrechtmatige daad = onbewust, bal per ongeluk tegen raam van buren.
Schade moet vergoed worden. Voorbeeld hierboven is dat ook
Rechtmatige daad = jij laat een nieuwe ruit zetten bij het raam van je buren
omdat zij op vakantie zijn. Die kosten mag je bij de buren declareren
Rechtshandelingen = wel gericht op rechtsgevolg, kan eenzijdig (testament) of
meerzijdig (overeenkomst)
Bloot rechtsfeit = je wordt 18, baby wordt geboren
Rechtsfeit = feiten die van belang zijn voor het wet
Nietig = in strijd met de wet/goede zeden/openbare orde, mocht er nooit zijn en
is dus nooit tot stand gekomen
Vernietigbaar = handeling is onder verkeerde omstandigheden tot stand
gekomen (terugwerkende kracht) bijv. handelingsonbekwaamheid, geestelijke
stoornis of wilsgebrek
Rechtbank sectoren: kanton, bestuur, strafkamer, kinderrechter & politierechter
(eerste aanleg)
Eerst gerechtshof (hoger beroep) en dan Hoge Raad (cassatie) ≥ Raad van State
Taken OM = opsporing, vervolging, strafbare feiten bij de rechter aanklagen,
ondertoezichtstellingen, ontbinden verenigingen, controle over taakstraffen en
een rol bij gedwongen opnamen
Opportuniteitsbeginsel = OM is bevoegd om te beslissen of een zaak wel of niet
bij de strafrechter wordt voorgelegd (prioriteitenlijst), hij mag dus seponeren
Neventaak OM = OTS minderjarigen bijv.
, Rechtsstaat heeft 4 kenmerken:
Legaliteitsbeginsel (elke overheidshandelen moet op een wettelijke
grondslag berusten en persoon mag alleen bestraft worden voor wat er
op dat moment in de wet stond)
Machtenscheiding (wetgevende macht, uitvoerende macht &
rechterlijke macht)
Bestaan van grondrechten (staatsrechtelijke rechtsregels)
Onafhankelijke rechtspraak (rechter is onafhankelijk)
Parlementaire democratie:
Burgers kiezen wie regeert
Rechtstreekse invloed van burgers (bijv. petitierecht)
Openbaarheid van besluitvorming en besluiten
Vertegenwoordigende colleges (Staten-Generaal etc. hebben invloed)
Parlementair stelsel (uitvoerende macht is verantwoordelijkheid
verschuldigd aan het parlement)
Vrije en onafhankelijke media
Verticale werking = relatie tussen burgers en overheid te regelen
Horizontale werking = burgers kunnen tegenover elkaar aanspraak maken op
grondrechten (bijv. discriminatie of vrijheid van meningsuiting onderling)
Algemene verordening gegevensbescherming = AVG, waarborging van de
bescherming van natuurlijke personen. Meer privacy rechten
Handelingsbekwaam = in staat om zelf rechtshandelingen in stand te brengen.
Minderjarigen en onder curatele gestelden zijn handelingsonbekwaam. Zij
hebben een wettelijke vertegenwoordiger nodig
Handelingsbevoegd = als je bekwaam bent ben je vaak ook bevoegd. Maar niet
altijd bijv. echtgenoten kunnen alleen samen hun woning verkopen
Wilsverklaring = op een rechtgevolg gerichte wil die zich door een verklaring
heeft geopenbaard. Je moet bijv. wel begrijpen dat als iemand een nieuwe
iPhone voor 80 euro wil verkopen dat hij 800 euro bedoelde
Wilsgebrek = overeenkomst geaccepteerd door bijv. bedreiging of bedrog
Contractsvrijheid = partijen zijn geheel vrij om inhoud van overeenkomsten te
bepalen, wel binnen de grenzen van de wet
Nederlandse rechtspraak:
Openbaar
Hoor en wederhoor
Onafhankelijke rechters
Rechters hebben motiveringsplicht
Twee instanties, eerste aanleg en hoger beroep
Rechtsprekende instanties: rechtbank (11) gerechtshof (4) Hoge Raad (1)