Inhoudsopgave
Week 1A – Rechtsvormen, oprichtingsvereisten, ontwikkelingen ......................................................... 2
Week 2A – Crediteurenbescherming bij de NV ..................................................................................... 9
Week 2B – Crediteurenbescherming bij de BV .................................................................................... 19
Week 2 – Extra hoorcollege .................................................................................................................. 28
Week 3A – Bevoegdheden organen en besluitvorming ........................................................................ 31
Week 3B – Besluitvorming, vertegenwoordiging en tegenstrijdig belang ........................................... 41
Week 3 – Extra hoorcollege .................................................................................................................. 48
Week 4A – Aandelen en aandeelhouders ............................................................................................. 51
Week 4B – Aandelen en aandeelhouders .............................................................................................. 56
Week 4 – extra hoorcollege .................................................................................................................. 63
Week 5A – Herstructureringen: intern en grensoverschrijdende .......................................................... 68
Week 5B – Herstructureringen: intern en grensoverschrijdend ............................................................ 77
Week 5 – Extra hoorcollege .................................................................................................................. 83
Week 6A – aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen ...................................................... 86
Week 6B – Aansprakelijkheid van bestuurders en commissarissen ..................................................... 95
Week 6 – Extra hoorcollege (door de personeels-BV heen breken) ................................................... 104
Week 7A – Geschillen in de onderneming: geschillenprocedure & enquêteprocedure ...................... 112
Week 7B – Geschillen in de onderneming: enquêteprocedure ........................................................... 119
Week 7 – Extra hoorcollege ................................................................................................................ 126
1
,Hoorcolleges Ondernemingsrecht I
Week 1A – Rechtsvormen, oprichtingsvereisten, ontwikkelingen
Ondernemingsrecht 1 focust zich op de BV en de NV, dit neemt niet weg dat een onderneming ook in
een personenvennootschap kan worden vormgegeven.
Open boek: arresten bundel + gele boek mag mee, aantekeningen niet.
De arresten met * aangeduid in de leidraad staan niet in de arrestenbundel, dus zelf printen.
Het Nederlandse Ondernemingsrecht is te vergelijken met een legpuzzel. Hele lange tijd werden de
stukjes van de puzzel met name ingevuld door de Europese wetgever. Voorbeelden zijn:
vertegenwoordigings-, jaarrekening- en kapitaalbeschermingsregels. De regels voorzagen met name in
het waarborgen voor aandeelhouders en crediteuren van BV’s en NV’s. Daarnaast heeft de Europese
wetgever faciliterende regels gebracht. Bijvoorbeeld bepaalde Europese rechtsvormen. Ook richtlijnen
op grond van fusie en splitsing. De laatste tijd is de Nederlandse wetgeving echter ook een eigen koers
gaan varen. Nederlandse rechtsvormen moeten aantrekkelijk blijven, anders krijg je dat eigenlijke
Nederlandse ondernemingen voor een buitenlandse rechtsvorm kiezen. Daarom kwam in 2012 de Wet
Flex-BV. Op een aantal punten is toen flexibelere regels voor de BV toegevoegd:
• Verschillende types van aandelen die voorheen niet mogelijk waren werden geïntroduceerd
▪ Winstrechtloze en stemrechtloze aandelen → kunnen niet worden gecreëerd bij de NV
• Moet flexibelere worden omgegaan met de bevoegdheidsverdeling bij de BV.
▪ Moet worden toegestaan dat onder bepaalde voorwaarden niet de AV, maar een
bijzondere groep van aandeelhouders bestuurders of commissarissen gaat benoemen
(week 3)
• Minimumkapitaal voor de BV is afgeschaft.
▪ Een BV kan ook worden opgericht met 1 eurocent. In ieder geval een aandeel met een
bepaalde nominale waarde moet namelijk uitstaan.
▪ Voor de NV geldt nog wel het minimumkapitaal van €45.000,-.
Het recht dat op de NV en BV van toepassing is, is veel meer uit elkaar gelopen. Kijk dan dus ook goed
naar de verschillen tussen NV en BV!
Wet Bestuur en toezicht NV/BV in 2013: voor zowel NV als BV veel veranderd. Met name toen ook
een wettelijke regeling gekregen voor een one tier board. Een one tier board bestaat uit uitvoerende en
niet uitvoerende bestuurders. Dit is een Angelsaksisch concept. In Nederland gingen we namelijk altijd
uit van twee organen: bestuur en RvC. De niet-uitvoerende bestuurders houden toezicht op de
uitvoerende bestuurders.
Wet herziening enquêterecht: wat belangrijk is in het enquêterecht is wie eigenlijk om een enquête mag
verzoeken. Toegevoegd is in 2013 ook dat het bestuur zelf naar de Ondernemingskamer kan gaan en
verzoeken om een enquête (zelf enquêterecht).
Voordelen van de Nederlandse NV en BV:
• Ruime mogelijkheden tot herstructurering:
▪ Je kan naar een andere rechtsvorm toe → omzetting rechtspersonen (art. 2:18 BW)
▪ Fusie van rechtspersonen: art. 2:308 e.v. BW.
▪ Omgekeerd kan ook: splitsing van rechtspersonen: art. 2:308, 334a e.v. BW.
Bovenstaande ziet op Nederlandse rechtsvormen. Grensoverschrijdend: bijv. Nederlandse BV
wil fuseren met Duitse Gmbh. Kan:
▪ Door regeling van grensoverschrijdende fusie: art. 2:333b e.v. BW
2
, ▪ Nog geen regeling voor grensoverschrijdende splitsing en nog niet een voor
grensoverschrijdende omzetting.
▪ Grensoverschrijdende omzetting: Nederlandse BV wil zich omzetten tot een Italiaanse
‘’BV’’. Kan dit, zonder ontbinding? Want ontbinding kan natuurlijk altijd. Daar is
geen regeling voor. Het Europese Hof van Justitie heeft echter rechtspraak gegeven.
Met name Cartesio van belang: een lidstaat mag een naar zijn recht opgerichte
vennootschap niet beletten zich om te zetten naar een vennootschap waarop het recht
van een andere lidstaat van toepassing is. Vale: als een lidstaat een regeling kent voor
de binnenlandse omzetting van rechtspersonen (kent Nederland; art. 2:18 BW), dan
mag niet worden verhinderd dat een vennootschap van een andere lidstaat wil
emigreren naar de lidstaat.
▪ Dus zowel inbound als outbound omzetting moeten worden toegestaan.
▪ Ondertussen is er echter nog geen regeling voor. Op 31 januari 2014 is er een
voorontwerp voor een regeling in consulatie is gebracht. Ondertussen ligt er
ook een concept EU-richtlijn voorstel tot grensoverschrijdende omzetting,
fusie en splitsing (zie hieronder). Nederlandse wetgever wacht dan ook
waarschijnlijk daarop. Het voorstel ziet dus ook op grensoverschrijdende
splitsing. Inmiddels is de richtlijn aangenomen en zal dus de Nederlandse
wetgever deze regeling moeten implementeren (zie hieronder).
• Beperkte aansprakelijkheid aandeelhouders: art. 2:64/175 BW: aandeelhouder kan niet meer
verliezen dan het bedrag dat hij op zijn aandelen moet storten, maar er zijn uitzonderingen!
Aansprakelijkheid is beperkt tot het bedrag dat op de aandelen moet worden gestort.
• Overdraagbaarheid eigenaarsbelang: BV en NV zijn rechtspersonen. Het vermogen dat de NV
en BV vergaren is dan ook van de rechtspersoon. Als een aandeelhouder zijn positie wil
opgeven, verkoopt hij zijn aandelen. Levering moet dan via notariële akte, maar dat is het dan.
Met goederen hoeft niks te worden gedaan, want blijven eigendom van BV/NV. Hoeft dus niet
aan alle leveringsvoorschriften per goed afzonderlijk te worden voldaan.
• Vastomlijnde juridische organisatie: de rechtspersoon heeft organen en in de wet is duidelijk
aangegeven wat die organen mogen en kunnen doen, biedt dus bepaalde zekerheid.
• Fiscale motieven: BV en NV worden betrokken in de vennootschapsbelasting. Bij een
personenvennootschap is het zo dat zij fiscaal transparant is. De natuurlijke personen worden
dan in de inkomstenbelasting betrokken. Het kan soms zijn dat het
vennootschapsbelastingstelsel voordeliger is dan dat van de inkomstenbelasting, maar moet per
situatie worden bekeken.
• Het Nederlandse ondernemingsrecht zal in nabije toekomst wijzigingen ondergaan als gevolg
van (actualisatie):
• Voorontwerp modernisering NV-recht en evenwichtiger verhoudingen aantal mannen en
vrouwen in de top van grote bedrijven.
• Op 15 april 2020 is dit Voorontwerp ter consultatie gepubliceerd
(https://www.internetconsultatie.nl/nvenmv). Het Voorontwerp bevat enkele
voorstellen om – in navolging van de wijziging van het BV-recht in 2012 – het NV-recht
eenvoudiger en flexibeler te maken. Genoemd kunnen worden onder meer het schrappen van
de verplichting in de statuten een maatschappelijk kapitaal op te nemen, het bieden van een
alternatieve wijze van vaststelling van de jaarrekening en een gewijzigde regeling voor
besluitvorming door de AV buiten vergadering. Daarnaast bevat het Voorontwerp bepalingen
die beogen de verhouding van het aantal mannen en vrouwen in de top van grote bedrijven
evenwichtiger te maken.
• Richtlijn (EU) 2019/2121 betreffende grensoverschrijdende omzetting, fusie en splitsing
Op 27 november 2019 is Richtlijn (EU) 2019/2121 betreffende grensoverschrijdende
omzetting, fusie en splitsing tot wijziging van Richtlijn (EU) 2017/1132 vastgesteld (PbEU L
3
, 321/1). Hiermee is voor het eerst een Europees rechtskader voor grensoverschrijdende
omzettingen van kapitaalvennootschappen voorhanden. De richtlijn trad op 1 januari 2020 in
werking; de omzettingstermijn loopt af op 31 januari 2023. De Nederlandse wetgever is
gehouden uiterlijk per genoemde datum een regeling voor grensoverschrijdende omzetting van
kapitaalvennootschappen in Boek 2 BW op te nemen. Mogelijk kan de gelegenheid worden
aangegrepen de regeling voor de interne omzetting te stroomlijnen. De in Boek 2 BW verspreid
opgenomen artikelen over interne omzetting van rechtspersonen en in het bijzonder van de NV
en de BV (art. 2:18, 2:71, 2:72, 2:181, 2:182 en 2:183 BW) zouden dan samen met de nieuwe
bepalingen over grensoverschrijdende omzetting opgenomen kunnen worden in een
afzonderlijke titel, zoals eerder in het op 31 januari 2014 ter consultatie gepubliceerde
Voorontwerp grensoverschrijdende omzetting van kapitaalvennootschappen is voorgesteld.
• Voorts worden met deze richtlijn de sinds 2005 in de EU bestaande regels inzake
grensoverschrijdende fusie verbeterd en worden regels voor grensoverschrijdende splitsing van
kapitaalvennootschappen geïntroduceerd. De omzetting van de richtlijnbepalingen zal leiden
tot aanpassing en uitbreiding van titel 7 van Boek 2 BW.
• Richtlijn (EU) 2019/1151 betreffende digitale oprichting van BV’s
• Op 20 juni 2019 is Richtlijn (EU) 2019/1151 met betrekking tot het gebruik van digitale
instrumenten en processen in het kader van het vennootschapsrecht tot wijziging van Richtlijn
(EU) 2017/1132 vastgesteld (PbEU L186/80). Deze richtlijn trad op 31 juli 2019 in werking;
de omzettingstermijn loopt af op 1 augustus 2021. Op grond van deze digitaliseringsrichtlijn
moeten de EU-lidstaten het mogelijk maken dat in ieder geval BV’s langs digitale weg kunnen
worden opgericht. Daartoe wordt in Nederland de mogelijkheid de digitale oprichting van BV’s
te laten plaatsvinden via een digitale notariële akte nader uitgewerkt. Hiertoe behoort ook de
ontwikkeling van een betrouwbare digitale identificatie en digitale ondertekening.
Formaliteiten oprichting BV/NV
• (Enige) constitutief vereiste: notariële oprichtingsakte
▪ Sanctie: art. 2:4 lid jo. lid 4 BW.
▪ Vroeger was nog verplicht om van de minister verklaring van geen bezwaar te krijgen
(werden eerste bestuurders gecontroleerd), maar dat hoeft nu niet meer.
▪ Notariële akte moet worden getekend door de oprichter én door iedereen die aandelen
neemt bij de oprichting en notaris zelf natuurlijk.
▪ Als een door de notaris ondertekende akte ontbreekt, ontstaat de BV/NV niet. Er kan
echter al wel gehandeld zijn namens de pseudo NV/BV. Hoe daarmee om te gaan staat
in art. 2:4 lid 4 BW. Als er vermogen is gevormd, wordt dat vermogen behandeld alsof
er sprake is als een ontbonden vennootschap (is sprake van een fictie). Als er echter
onvoldoende is om de schulden te betalen, is bepaald dat degene die als bestuurder
hebben opgetreden (pseudo bestuurders) hoofdelijk verbonden voor de schulden die
opeisbaar zijn geworden voor het tijdvak dat zij als pseudo bestuurders fungeerden. De
wederpartij wordt dus beschermd en heeft altijd iemand om aan te spreken:
vermogen/pseudobestuurders. Stel dat is ook niet voldoende: dan zijn degenen die
handelden namens de NV/BV. Drie mogelijkheden dus!
• Geen constitutief vereiste is de inschrijving van de NV/BV in het handelsregister
▪ Sanctie: bestuurdersaansprakelijkheid van art. 2:69 lid 2, sub a en art. 2:180 lid 2 BW.
▪ Bij de Europese rechtsvormen (bijv. Europese NV) heeft de Europese wetgever gezegd
dat het wél constitutief is om de vennootschap in te schrijven. Die ontstaat dus pas als
is ingeschreven in het handelsregister.
▪ Art. 2:69 lid 2 onder a/180 lid 2: inschrijvingsaansprakelijkheid bestuurders van
NV/BV:
▪ Hoofdelijke aansprakelijkheid bestuurders
4