Omzetbelasting
Hoorcollege 1
Omzetbelasting is een indirecte belasting.
De spendingpower van iemand.
Je kan op zowel inkomen als uitgaven belastingdruk ervaren. Mensen ervaren het meest dat
ze belasting betalen op hun loonstrookje.
Directe vs indirecte belastingen
Belasting op inkomen zijn indirecte belastingen en op uitgaven directe belastingen. Dit is
puur toeval.
Een directe belasting kenmerkt zich doordat die zich direct wordt geheven van de
belastingplichtige. De belastingplichtige die wordt aangewezen door de wet is ook degene
die de belasting moet betalen.
Bij omzetbelasting vallen belastingplichtige en belastingdrager uit elkaar. De
belastingplichtige is de ondernemer en de belastingdrager is de consument. Bij de
boodschappen doen bij de AH is de AH de belastingplichtige en jij die boodschappen doet
betaald de belasting. Uiteindelijk zorgt de AH dat de btw bij de overheid terecht komt.
Loonheffing is een voorheffing op inkomstenbelasting. Hierbij is de werkgever de
inhoudingsplichtige, maar de belastingplichtige is de werknemer. Hij moet ook zelf de
portomonee trekken, dus het is een directe belasting.
Je kunt belasting ook anders indelen: belasting op winst/ arbeid/ inkomsten en vermogen en
andere kostprijsverhogende belastingen.
Het rechtskarakter van de btw
0 wat wordt bedoeld met de term ‘rechtskarakter’?
- Wat wordt er beoogd met belasten?
- Wie de belastingdruk moet dragen?
Hetgeen wat we willen belasten is het collectieve gebruik en wie we willen belasten zijn de
individuele consumenten.
0 Wat is het rechtskarakter van de btw?
- Consumptief verbruik
, INE DE LEGE
JAAR 3
OMZETBELASTING
- Particulieren consumenten
Het rechtskarakter en de indirecte vorm van de btw
….
Het grootste doel is om het consumptieve verbruik te belasten. Minuut 10.20. Het
consumptieve gebruik willen we uiteindelijk graag belasten. Bestedingen zijn een veel
makkelijker aangrijpingspunt dan consumptie. Bij bestedingen heb je geld en zit je dichter bij
de mogelijkheid om dat uit te rekenen. Dat je besteed betekend niet per se dat je het
consumeert (over de datum melk in je koelkast).
Art. 1 omzetbelasting.
Leveringen en diensten van een ondernemer aan de consument zijn ondervonden aan BTW
en daar willen we dus btw over heffen.
Als het niet door een ondernemer wordt verplicht, is de levering niet belastbaar. Je hebt een
moestuin en verkoopt iets af en toe, maar niet echt regelmatig en je bent dus geen
ondernemer, dan is btw niet verplicht. Ben je wel ondernemer dan wel.
Essentiele kenmerken van de btw
Art. 1, lid 2 btw-richtlijn
Wat zijn de essentiële kenmerken van de btw?
1. Algemeen, objectieve belasting (gericht op een handeling/ transactie): alle goederen
en diensten wil belasting
2. Strikt evenredig aan de prijs: de belastingdruk die uiteindelijk ontstaat is evenredig
aan de prijs die jij betaald. Stel jij koopt iets voor 100 eu met 21% btw, dan wordt er
uiteindelijk 21 eu btw betaald, ongeacht wat er op de tussenroute gebeurd.
3. Alle fasen van de productie- en distributieketen: (toelichten aan de hand van een
voorbeeld komt later dit college).
4. Belastingplichten kunnen btw in aftrek brengen
Zie bijv. HvJ Dans Denkavit, Gil Insurance, Banca popolare di Cremona, KÖGÁZ, K1, Profaktor
Enige andere kenmerken van de btw (considerans btw-richtlijn)
1. Neutraliteitsbeginsel; We willen niet teveel ingrijpen, want we willen niet te veel
sturend zijn
, INE DE LEGE
JAAR 3
OMZETBELASTING
2. Eenvoudsbeginsel; We willen het zo eenvoudig mogelijk houden, want het moet door
veel ondernemers toegepast worden
3. Rechtszekerheid; Zoveel mogelijk zekerheid bieden aan iedereen die er mee te
maken heeft
4. Economische realiteit; ?
5. Verbod op misbruik van recht: je mag niet met allemaal gekunstelde structuren
proberen de btw omlaag te brengen.
De werking van het btw-systeem
We gaan ervan uit in het plaatje dat ieder 100 eu winst wil maken. De ondernemers
berekenen aan elkaar btw en die moet wel naar de belastingdienst uiteindelijk, want anders
blijven zij met een btw druk zitten.
De consument is de belastingdrager, het gaat via een aantal schakels naar de
belastingdienst.
De 7 stappen van de btw
1. Wie is ondernemer? Is degene die handelt, is dat een ondernemer voor btw? Je moet
in een zekere regelmaat handelen in het economisch verkeer om ondernemer te zijn.
2. Wat is precies belastbaar? De belangrijkste categorieën zijn leveringen of diensten.
, INE DE LEGE
JAAR 3
OMZETBELASTING
3. Waar vinden de transacties plaats? Het kan over de grens zijn geproduceerd, dan
moet je weten waar de transactie plaats vindt. Het kan zijn dat in B2B plaatsvindt,
maar kan ook bij B2C.
4. Hoeveel moet er in rekening worden gebracht? Maatstaf van heffing. Uitgangspunt is
het normale factuurbedrag meestal. De maatstaf kan ingewikkelder worden door
korting etc.
5. Vrijstelling. Er hoeft dan door de ondernemer helemaal geen btw te worden
gerekend. De ondernemer wordt dan een beetje gelijkgesteld met een particulier.
Bijv. dat de uni ons geen btw berekend.
6. Aftrek. Is gekoppeld aan de ondernemer, tenzij de ondernemer is vrijgesteld dan is
het niet van toepassing.
7. Verschuldigdheid. Soms kan dat ook de afnemende ondernemer zijn.
Wie? De ondernemer (belastingplichtige)
Korte definitie, dus de HR geeft vaak extra oordelen. Jurisprudentie is hierbij dus van belang.
1. Artikel 7, lid 1; algemene definitie (bedrijf – economische activiteit) Je moet
regelmatig handelingen verrichten in het economisch verkeer tegen een vergoeding.
Je moet duurzaam streven naar opbrengst. Let op: je hoeft niet naar winst te streven.
Dit kan dus ook een non-profit organisatie zijn.
2. Artikel 7, lid 2; zelfstandig beroep en de exploitant. Minuut 34
3. Artikel 7, lid 3; de overheid. Goed opletten dat de overheid niet altijd als overheid
optreed maar soms wel.
4. Artikel 7, lid 4; de fiscale eenheid. Je moet weten wanneer ze een fiscale eenheid
vormen. Die fiscale eenheid wordt dan de ondernemer die de consument dan
vervolgens in staat stelt om te besteden.
5. Artikel 7, lid 5; organisaties
6. Artikel 7, lid 6; nieuw vervoersmiddel
7. Artikel 7, lid 7; plaats van dienst
Wat? Levering of dienst
- Belastbare handelingen in de omzetbelasting
- Bezwarende titel: alleen de dingen die tegen een vergoeding worden verricht
- Levering van goederen
- Diensten
- Combinaties van prestaties
- Geen levering van goederen/ diensten
- Intracomonditaire verwerving: dit vindt plaats binnen de EU tussen ondernemers
- Invoer: dit komt uit een land buiten de EU
Waar. De plaats van de prestatie
Welk land mag heffen.
- Hoofdregel bij de plaatsbepaling van leveringen
o Onderscheid bij waar een beweging in zit
o en bewegingen die stil staan (deze vinden plaats op het moment waar het
goed zich bevind op het moment van levering. Stel je verkoopt als
groothandelaar schoenen aan een winkel, maar blijven in de opslag liggen,
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper inedelege. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €4,99. Je zit daarna nergens aan vast.