(H1) Basisprincipes van het SHR: herstelgericht, presentiegericht en krachtgericht werken
SHR richt zich op de kwaliteit van leven van mensen met psychische en sociale kwetsbaarheid.
Er is een onderscheid tussen persoonlijk en sociaal herstel:
- persoonlijk herstel: betrekking op het verwerken van wat er gebeurd is en het leren omgaan met kwetsbaarheid.
Tevens het opnieuw oriënteren op heden en toekomst.
- sociaal herstel: participatie weer meedoen in de samenleving.
De ontwikkeling van het SHR
In de jaren ’80 van de vorige eeuw ontwikkeld in Nederland (geïnspireerd op rehabilitatiebenaderingen uit UK en VS).
Deze benaderingen waren gericht op het bereiken van belangrijke levensdoelen van cliënten en staan voor een evenwaardige
samenwerking van cliënten, naastbetrokkenen en hulpverleners (triade).
Engeland aandacht voor aangepaste omgevingen van waaruit herstelproces voor cliënt ondersteund wordt.
Amerika aandacht voor de individuele en methodische steun aan cliënten.
Italië een maatschappelijk steun systeem waardoor psychiatrische ziekenhuizen overbodig werden.
Integrale benadering: een brede rehabilitatiebenadering waarbij de cliënt als mens in zijn geheel centraal staat, inclusief zijn
leefomgeving en sociale netwerken. De SHR is hier de methodische uitwerking van.
Aangezien alle levensdomeinen met elkaar in contact staan, wordt er op meerdere gebieden ondersteuning geboden.
Binnen de SHR wordt er met cliënten gewerkt op 3 gebieden:
- het realiseren van wensen en doelen met betrekking tot de kwaliteit van leven
- Omgaan met kwetsbaarheid en het versterken van krachten
- Verkrijgen van toegang tot gewenste omgevingen en het zo groot mogelijk maken van de kwaliteit van leefomgevingen en sociale
netwerken
Het gaat hierbij om plaatsen waar de cliënt woont, werkt, leert of leuke dingen doet (of wil doen) en de sociale netwerken waarvan
de cliënt deel uit maakt (of deel van wil uitmaken).
Binnen de SHR zijn er belangrijke elementen opgenomen van 3 bewegingen, namelijk:
- de herstelbeweging: hierbij is het belangrijk dat hulpverleners weten wat er bij iedere persoon speelt en erbij kunnen aansluiten.
- presentiebenadering: de professional moet ‘er zijn’ voor de cliënt. D.w.z. het aansluiten bij en het afstemmen op de cliënt en zijn
leefwereld. Je leert elkaar kennen en je bouwt een evenwaardige band op.
- krachtgericht werken: de cliënt heeft de regie hulpverlener moet vanuit het perspectief van de cliënt denken.
Tevens staan niet alleen de mogelijkheden van de cliënt, maar ook de mogelijkheden die de samenleving biedt voorop.
Herstelondersteuning vereist een basishouding (er zijn voor de cliënt). Dit is presentie. Vervolgens gaat het om het versterken van
de krachten, mogelijkheden en het zoeken naar kansen; krachtgericht werken.
Domeinen
In het SHR heeft kwaliteit van leven betrekking op persoonlijke domeinen en op levensdomeinen.
Persoonlijke domeinen Levensdomeinen
Zelfzorg Wonen
Gezondheid Werken
Zingeving Leren
Sociale relaties Recreëren
Het SRH is er op gericht om de samenleving ‘socialer’ te maken, zodat mensen in kwetsbare posities mee kunnen doen en
meetellen.
1. Herstelgericht werken
Met herstel wordt hier bedoeld: na traumatische ervaringen het leven weer oppakken en nieuwe zingeving ontdekken.
De ervaringsdeskundige Deegan vat een aantal belangrijke aspecten van herstel als volgt samen:
- het herstelproces speelt zich grotendeels af in het innerlijk van de persoon
,- het is een niet-lineair proces; het herstel proces verloopt met vallen en opstaan
- Centraal staat: acceptatie van wat er niet meer is en niet meer kan zijn
- Acceptatie is een actief gebeuren: je moet er veel voor doen
- Het herstelproces is vooral een proces van leren en volwassen worden
- Anderen kunnen een rol als leraar en partner hebben bij het ontwikkelen van actieve pogingen om de gevolgen van aandoening te
boven te komen.
Stigmatisering
1. Primaire stigmatisering de samenleving stigmatiseert mensen die ‘anders’ zijn
2. Secundaire/professionele stigmatisering hulpverleners leggen de nadruk op de negatieve aspecten
3. Tertiaire/zelf stigmatisering de cliënt neemt dit over
Een belangrijk punt voor herstel is om de deskundigheid van de hulpverlener slechts als één bron te zien. Het is niet de bedoeling
dat de hulpverlener gezien wordt als diegene die toch alles beter weet. Bij het SHR is het de bedoeling dat de cliënt en de
hulpverlener een evenwaardige relatie krijgen. Tevens blijkt de ontwikkeling van eigen ‘ervaringsdeskundigheid’ van cliënten
belangrijk. Het verwerken en aanwenden van eigen ervaringen is belangrijk voor een herstelproces.
Ook is een belangrijk deel van het herstelproces het verwerken van traumatische ervaringen en verlies.
Er wordt een onderscheid gemaakt tussen symptomatisch herstel en sociaal herstel.
Bij symptomatisch herstel zijn de symptomen van de ziekte geheel verdwenen (genezing), en bij sociaal herstel zijn de symptomen
er nog wel maar is er weer min of meer sprake van volledig sociaal functioneren.
De Amerikaanse hoogleraar psychiatrie John Strauss heeft onderzoek gedaan naar het verloop van herstelprocessen bij mensen met
ernstige en langdurige psychiatrische ziektes. Hij ontdekte twee even simpel als belangrijke principes:
1. Het beloop van de aandoening wordt sterk beïnvloed door omgang tussen het individu en zijn omgeving.
Het beloop van een ziekte is dus mede te beïnvloeden door omgevingsfactoren.
2. Ook mensen met een aandoening kunnen leren om steeds bezig met zichzelf en hun aandoening en met hun omgeving om te
gaan.
Fase in een herstelproces
Stabilisatie Heroriëntatie Re-integratie
Verkrijgen van controle en Verwerken, onderzoeken, keuzes maken,
Verkrijgen van gewenste situatie
balans doelen stellen op gebied van wonen, werken,
leren en recreëren
Het werken in fase is alleen bedoeld om hulpverleners te helpen om zo goed mogelijk aan te sluiten bij het herstelproces. De
indeling moet dus niet te precies worden opgevat: soms is een cliënt tegelijk bezig met stabilisatie op een vlak en heroriëntatie op
een ander vlak. Soms duurt een fase best lang. Er kan sprake zijn van een periode waarin niets lijkt te gebeuren. Dit wordt de
‘mortuariumperiode genoemd’. In deze periode vindt wel verwerking plaats, maar het gaat hier om verborgen veranderingen.
In de heroriëntatieperiode hebben cliënten veel aan steun van anderen. Veel cliënten willen ook graag psychotherapie zodat zij
geholpen worden bij het verwerking—en oriëntatieproces.
Het ondersteunen van herstel—en ontwikkelingsprocessen
Kenmerken van ondersteunende zorg, de hulpverlener:
- is aandachtig aanwezig
- gebruikt zijn professionele referentiekader op een bescheiden en terughoudende wijze
- maakt ruimte voor het verhaal van de cliënt, ondersteunt het maken van het verhaal en sluit aan bij het eigen verhaal van de cliënt
- herkent en stimuleert het benutten van eigen krachten van de cliënt (empowerment), zowel individueel als collectief
- erkent, benut en stimuleert de ervaringsdeskundigheid van de cliënt
-erkent, benut en stimuleert de ondersteuning van de cliënt door belangrijke anderen
,- is gericht op het verlichten van lijden en het vergroten van eigen regie/zelfstandigheid van de cliënt
Soms lijken herstel en ontwikkeling niet mogelijk, bijv. bij cliënten met psycho-organische aandoeningen zoals dementie en niet
aangeboren hersenletsel. Ook zijn er cliënten met beperkingen die er al vanaf de geboorte zijn (autisme, verstandelijke beperking).
Voor deze cliënten is herstel voornamelijk sociaal herstel het leiden van een zo volledig en betekenis mogelijk vol leven met de
beperking.
Persoonlijk steunsysteem
Ieder mens heeft naast innerlijke krachten ook andere mensen en materiële hulpbronnen nodig als steun:
- steun van mensen met wie je verwantschap hebt doordat je in vergelijkbare omstandigheden zit of hetzelfde hebt meegemaakt
- steun van bijv. vrienden, familie, buren, collega’s
- hulpbronnen die in de leefomgeving of maatschappij aanwezig zijn, zoals bijv. financiële bronnen, werkgelegenheid, scholen,
winkels, sportclubs etc.
2. Presentiegericht werken
In de presentie staat de mens voorop. Deze houding is gebaseerd op de volgende mensvisie:
- Ieder mens heeft recht op een normaal leven
- Ieder mens dient te worden bijgestaan in zijn zoektocht naar een normaal leven
- Ieder mens is waardevol (ook de lastige, ingewikkelde, beschadigde, gehandicapte of criminele mens)
- Ieder mens is veelal in staat de voor hem of haar goede keuzes te maken
Presentie gaat ten eerste over de betrekkingen tussen de cliënt en de hulpverlener.De hulpverlener probeert vreemd gedrag te
begrijpen. Daarnaast kan de hulpverlener begrijpen wat er voor de cliënt in die situatie gedaan zou kunnen worden en wie hij
daarbij voor de cliënt kan zijn. De hulpverlener toont aandacht, medeleven en erkenning naar de cliënt. De hulpverlener gaat zo veel
mogelijk naar de cliënt toe; hij sluit zich aan bij de cliënt.
5 dimensies van aansluiting:
- de hulpverlener is zich bewust van de gevaren als hij uitsluiting en vernedering blijft doorzetten
- de hulpverlener is zich er van bewust dat het behouden van eer belangrijk is
- de hulpverlener is gevoelig voor keerpuntervaringen positieve wending in het leven van de cliënt
- de hulpverlener stelt zich op als sociale hulpbron voor de cliënt
- in het aansluiten wordt gezocht naar een alternatieve levensstijl
3. Krachtgericht werken
Cliënten worden gezien als mensen met mogelijkheden en beperkingen in plaats van als mensen met problemen en een defect
brein empowerment.
De focus bij empowerment ligt op gezondheid, welzijn, krachten en omgevingsinvloeden (NIET op problemen, risicofactoren en
individualisering van problemen).
Wat zijn krachten?
Aspiraties en wensen, kernkwaliteiten, talenten en vaardigheden, datgene wat we weten en leren over onszelf, culturele, religieuze
en spirituele bronnen, trots en krachten in de omgeving.
, (H2) De methodiek op hoofdlijnen
Het SRH bestaat uit de volgende onderdelen
- Visie en basisprincipes
- Basismethode van werken
- Hulpmiddelen die daarbij gebruikt kunnen worden
- Uitwerkingen voor specifieke doelgroepen en situaties
het SRH als gids voor de professional bestaat uit de volgende zes activiteiten
- opbouwen en onderhouden van een ‘werkzame’ relatie
- verzamelen van informatie en met de cliënt een Persoonlijk Profiel maken
- cliënt helpen wensen te formuleren, keuzes te maken en doelen op te stellen
- cliënt helpen een Persoonlijk Plan te maken
- het plan helpen uitvoeren
- proces volgen; leren, evalueren en bijstellen
Persoonlijk profiel
Het persoonlijk profiel is een hulpmiddel van en voor de cliënt, om hem te helpen een overzicht te krijgen van zijn ervaringen,
wensen en ambities.
Persoonlijk profiel Naam:
Huidige mogelijkheden en ervaringen Wensen en ambities Vroegere mogelijkheden en ervaringen
Wonen
Werken
Leren – opleiding
Recreëren - vrije tijd
Gezondheid
Persoonlijke (zelf)zorg (incl. financiën)
Relaties (incl. intimiteit/seksualiteit)
Zingeving (incl. spiritualiteit/religie
Welke wensen zijn voor mij het
belangrijkst?
In de eerste kolom wordt de huidige situatie in beeld gebracht
- hoe ziet mijn leven er nu uit? - wat vind ik belangrijk in mijn leven?
- waar kan ik gebruik van maken? - Wat zijn mijn kernkwaliteiten, talenten en interesses?
- Wat zijn de mogelijkheden in mijn omgeving? Waar kan ik hulp en steun krijgen?
In de laatste kolom worden de ervaringen opgeschreven die tot nu toe zijn opgedaan.
- Wat was de situatie hiervoor? - Wat vond ik belangrijk in mijn leven?
- waar beleefde ik plezier aan? - Welke kennis en vaardigheden heb ik verworven?
- waar heb ik gebruik van gemaakt? - Hoe hield ik mezelf overeind?
- Wat waren mensen en andere bronnen in mijn omgeving die mij steun gaven?
Het persoonlijk profiel is een hulpmiddel om wensen, mogelijkheden en ervaringen in beeld te brengen.
Er zijn 5 categorieën van herstelfactoren, ook wel de 5 pijlers:
1. Motivatie
2. Identiteit
3. Kennis en vaardigheden
4. Status en betekenisgeving
5. Sociale en materiële steun