bre27-10-2020
Maartje.bulkens@wur.nl
Hilje en Chizu opnames van vorig jaar.
Tentamen : 8/9 openvragen
Geef een goed voorbeeld van een bepaald begrip -> leer de blogpost ahv de begrippen.
- Breeching experiment
- Mensen houden zich aan regels doordat ze overtuigingen, waarden belangen en
intenties hebben.
Wat we als vanzelfsprekend beschouwen wordt in standgehouden door allerhande
sociale normen, structuren etc.
- Sociologie: menselijke gedrag, in de dagelijkste sociale omgeving.
- Samenleving niet een wirwar van los van elkaar levende individuen, samenleving
komt met elkaar tot stand, ofwel binnen de sociale omgeving
o Centraal staan ook:
Grote groepen (collectiviteit)
Kleinere groepen of individuen
De relatie tussen deze
- Verwondering over wat in de samenleving gebeurt, waarom dat gebeurt, en wat dat
betekent voor heb die de samenleving vormt.
- je dient theorieën/ concepten te kennen -> begrijpen, toe kunnen passen,
verbanden kunnen zien, en gebruiken om kritisch te denken
- sociaal geconstrueerd: werkelijkheid komt tot stand binnen sociale processen die
verschillen door de tijd en binnen verschillende (sociale) contexten.
- A sociological imagination -> to shed light on the social origins and context of
personal problems and issues.
Het linkt terug aan de relatie tussen het individu en de samenleving -> persoonlijke
ervaring gelinkt aan institutionele krachten zoals economie cultuur en educatie.
Een sociologische blik laat zien hoe de samenleving georganiseerd is volgens
bepaalde patronen.
Structure & agency = thinking, framing
Structure – agency
- Social structure: enduring patterns in the organisation of social life, including things,
like capitalism. Social structures are fixed, although it is important to remember that
they are constructed by and related to human actions.
- Agency: refers to the extent to which individuals are seen as having the capacity to
think and make decisions with relative independence from larger structural forces.
(heeft te maken met macht hebben en controle hebben over eigen beslissingen)
- Civil society: the sphere of independent citizen organising.
- Social location: an individual’s position within various overlapping social groups,
such as gender, age, race, class, sexuality, religion, and language.
, Material – cultural
- Material: the physical and economic aspects of social life
- Cultural: systems and patterns of symbols meanings and values that are shared by
members of a group.
Micro – macro
- Micro: niveau van het creëren van betekenissen en sociale interacties – kleinere
groepen en individuen
- Macro: niveau van grotere groepen (collectiviteit) of volledige systemen of
structuren.
Capitalism: life in a market industry
- Kenmerken:
o Betaald werken en de dominantie van de markt
o Winst en groei
- Grondleggers van sociologie:
o Karl Marx
Exploitatie arbeiders
Economie drijvende kracht
Ongelijkheid werkende klasse en heersende klasse
o Durkheim
Wegvallen tradities onder industrialisering (skeptisch)
o Weber
Complexiteit en bureaucratie
Vroeg zich af wat efficientie invloed had op samenleving
- Klasse: refers to people who share similar levels of income, wealth, education,
occupational prestige, lifestyle and/ or access to material goods and services within
systems of social stratification
- Social stratification:
- Conspicuous consumption:
Globalisering: a series of social, political, economic, cultural and environmental processes
by which people, places and economies are increasingly interconnected (and people have
become increasingly aware of this interconnectedness).
- Glocalisation: describes a product or service that is developed and distributed
globally, but also fashioned to accommodate to user or consumer in a local market.
Het is een reactie op globalisering
,Opdracht blogpost
Direct typen in brightspace, niet als worddoc.
Minimaal 200 woorden, max 250 woorden, excl. referenties.
Inleveren vrijdag 13:30 uur
Uitleg van concept/ theorie
De manier waarop je theorie koppelt aan voorbeeld uit dagelijks leven
Originaliteit en creativiteit
Schrijfstijl, refereren en citeren.
Per groep best 2 blogposts opsturen
Vrijdag 13:30 feedback kunnen krijgen
, College 29-10-2020 Hst 2
- Leerdoelen:
o Vanuit verschillende theoretische perspectieven kunnen kijken naar
voedselpraktijken en voedselsystemen
o Empirische en normatieve benaderingen kunnen onderscheiden
o de belangrijkste begrippen rondom cultuur begrijpen en kunnen koppelen
aan een voorbeeld rondom voedsel
- Food practices
o Eten
o Bereiden
o Verwerven
o Weggooien
o Verkopen
o Produceren
o …
- Theoritical perspectives offer different ways of approaching the same empirical
issue. Model om de samenleving en haar onderdelen te begrijpen.
o 1. Marxist theoretical perspectives focus on conflict that occurs in capitalist
societies.
Macro: strijd tussen mensen met bezit (industriele mensen die
arbeiders uitbuiten) en mensen zonder bezit (arbeiders)
conflict
Arbeidsomstandigheden: hoe wordt voedsel geproduceerd
Commodity fetishism (warenfetisjisme): understanding our
relationship to food. It obscures the true social relationships involved
in making a product.
Het is verbonden aan kapitalisme, maar versterkt door specialisering
in de samenleving en globalisering
Ongelijkheid
o 2. Functionalistisch perspectives
Macro
Sociale samenhang
Voedsel heeft functie
Groepsidentiteit: dit is echt ons gerecht
Totem is een voorwerp dat symbool staat voor een groep en
groep bij elkaar houd
Embleem voor groepsidentiteit (land, streek, familie)
o 3. Feministisch perspectives
Conflict: mannen en vrouwen hebben andere belangen, dit moeten
we verbeteren
wie doet het huishouden?
Als er voedselschaarste is, wie krijgt het eten? Jongen of meisjes?