Vrijwel geheel mee getypte hoorcollege aantekeningen van alle colleges (1 t/m 12) met uitzondering van het responsie- en gastcollege. Jurisprudentie wordt besproken en is overzichtelijk weergegeven.
HC 1
- Onderhands (dwang)akkoord
- De WHOA
- Surseance van betaling
Onderhands akkoord
Minnelijk traject kan belopen worden door (ex-)ondernemer die er samen met zijn
schuldeisers zonder rechter uit wil komen. Dit traject is veel minder ingrijpend dan
een wettelijk traject. Er is wel een bemiddelaar nodig. Er kan een afbetalingsregeling
tot stand komen, maar dan moeten er wel middelen zijn om af te betalen.
Ondernemers namelijk zitten dan vaak in een problematische schuldsituatie. Soms
kom je er niet met een afbetalingsregeling, want het duurt dan te lang (langer dan 3
tot 5 jaar) om de schulden af te betalen.
Minnelijk traject is verplicht voor particulieren die in aanmerking willen komen voor
de schuldsanering (Wsnp). Er moet een verklaring zijn waarin staat dat hij niet in
staat is gebleken om eruit te komen met de schuldeisers. Minnelijk traject is dus
mislukt.
Onderhands akkoord = meerpartijenovereenkomst beheerst door boek 3 BW en boek
6 BW. Belangrijke bepaling is dat je schuldeisers gelijk moet behandelen. Als je een
aanbod doet in een minnelijk traject moet je deze bepaling in acht nemen. Er zijn
uitzonderingen, dan is er een rechtvaardigingsgrond (bijvoorbeeld sprake van een
dwangcrediteur). Preferente schuldeisers bied je altijd dubbele percentage aan
vergeleken met concurrente schuldeisers.
Inhoud onderhands akkoord
- Bepaald percentage van de schuld
- Zijn er alleen aandelen, dan kunnen deze aangeboden worden (= liquidatie
aanbod)
Vormvoorschrift
- Wordt doorgaans schriftelijk aangeboden
- Geldt alleen tegenover wie het is aangeboden en wie kennis heeft kunnen
nemen van het akkoord
Dient een akkoord aangeboden te worden aan alle schuldeisers?
Het wordt doorgaans gedaan aan alle schuldeisers. Bemiddelaar moet zich namelijk
houden aan de wet, ook aan de regel van gelijke behandeling van schuldeisers. Er kan
dus wel een rechtvaardigingsgrond zijn waarom je een schuldeiser buiten de regeling
wilt houden. Een hypotheekhouder (bank) kan buiten de regeling worden gehouden,
omdat het wel betrekking in het akkoord kan leiden tot extra schulden voor de
ondernemer. Dan kan de bank zeggen dat zij wel uit het akkoord blijft.
Beding dat standaard in elk akkoord zit = ontbindende voorwaarde (6:22 BW)
Iedere schuldeisers zal moeten instemmen met wat aangeboden wordt. Gebeurt dit
niet dan komt er geen akkoord tot stand.
,Payroll zaak schuldhulpverlener ging uit van ‘geen bericht is goed bericht’, maar
dit geldt niet. Er moet duidelijk toegestemd worden.
Beding van finale kwijting (6:160 lid 2 BW) staat ook in elk akkoord
Probleem = er moet Haviltex gebruikt worden om te kijken waar mee is ingestemd en
met welke rechten wordt ingestemd. Het is geen vastomlijnde bepaling.
Welke rechten kunnen worden prijsgegeven?
1. Het vorderingsrecht (= recht op prestatie)
2. Ius agendi (= de rechtsvordering dus bevoegdheid om je te beroepen op je
vorderingsrecht)
3. Rechtsvordering (= recht op processuele actie)
Het is een onderhandelingsspel. Je kan ook zeggen dat je alleen instemt als je de
rechtsvordering prijsgeeft. Dan ontstaat er een natuurlijke verbintenis voor de
schuldenaar. Recht op de prestatie bestaat nog steeds. Hij heeft nog steeds een
vordering. Als ooit de schuldenaar nog betaalt, dan is er geen sprake van
onverschuldigde betaling. Per saldo maakt het voor de schuldenaar niet uit. Er
kunnen geen beslagen worden gelegd. Het maakt wel uit voor de schuldeiser, want
die kan zich verhalen bij de borg (?).
Voordelen onderhands akkoord voor de schuldenaar/ondernemer/rechtspersoon
Doorstart (behoud van werkgelegenheid)
Relatief ‘stille’ sanering: geen publicatie in handelsregister, Centraal
Insolventieregister en Staatscourant
Contracten lopen door
Behoud van waarde van de lopende onderneming (going concern-waarde)
In geval van finale kwijting van alle rechten: geen restant schulden meer (dus
er resteren ook geen natuurlijke verbintenissen)
Onderhands dwangakkoord
Is een dwangakkoord mogelijk indien er dwarsliggende schuldeisers zijn?
Kleine kans van slagen, want schuldeisers geven ‘rechten’ op als ze voor een minnelijk
traject kiezen. Ze missen waarborgen etcetera.
Groenemeijer/Payroll
Dwarsliggende schuldeiser (Paryoll BV) had een hele kleine vordering van €971.
Schuldenaar Groenemeijer had een schuld van €574.000. Payroll had een schuld van
0,2% en heeft faillissement aangevraagd. Uiteindelijk werd Payroll beticht van
misbruik van faillissementsrecht. Groenemeijer wilde een onderhands akkoord
waarbij 7% van de schuld zou worden voldaan. Iedereen stemde in, behalve Payroll.
Groenemeijer wilde het in rechte betrekken. HR in 3.5.2.:
Het staat schuldeiser in beginsel vrij om aanbod te weigeren.
Tenzij dit misbruik van zijn bevoegdheid 3:13 oplevert.
Het belang van de schuldeiser om betaald te worden is groter dan het belang
van de schuldenaar om failliet te gaan.
Toewijzing van het onderhands (dwang)akkoord moet terughoudend getoetst
worden. Deze uitspraak is in het belang van de schuldeiser geschreven.
Gedwongen schuldregeling (art 287a Fw)
,Aan de faillissementsrechter vragen of aan een schuldeiser een regeling kan worden
opgelegd tegen zijn zin in. Kan alleen worden ingediend door een natuurlijk persoon,
bijvoorbeeld een (ex-)werknemer. Dit artikel voorziet in een behoefte. Ongeveer 2500
verzoeken per jaar waarvan ongeveer 35% wordt toegewezen. Vaak zijn er geen
zakelijke motieven om dwars te liggen. Ze gunnen het de schuldeiser gewoon niet om
weg te komen met een minnelijke regeling. Vaak wordt het verzoek een dag voor de
zitting nog ingetrokken, omdat de schuldeiser dan toch nog instemt.
Vergelijking minnelijk traject & gerechtelijk akkoord
- Zwakke plek minnelijk traject = schuldhulpverlener kan schulden soms
klakkeloos overnemen zonder verificatie. Er bestaat geen verificatieplicht. Er is
geen toezicht van de RC of goedkeuring van de rechtbank. Heeft betrekking op
preferente en concurrente schuldeisers. Er blijft niet altijd een natuurlijke
verbintenis over.
- Gerechtelijk akkoord ziet slechts op concurrente schuldeisers. Er gelden hier
lagere drempels. Er kan ook niet sprake zijn van een dwangakkoord. Kenmerk
is dat natuurlijke verbintenissen resteren.
Probleemstelling
De ondernemer besluit niet snel om te stoppen met zijn onderneming, hij is namelijk
bezig met iets opbouwen. Als de ondernemer dan eindelijk heeft besloten om te
stoppen (met als gevolg faillissement), dan staat de ondernemer er zo slecht voor dat
de schuldeisers met lege handen blijven staan.
- Preferente schuldeisers moeten geheel worden gedaan
- Er is geen ‘budget’ meer om concurrente schuldeisers een goed aanbod te doen
Hoe kan er voor worden gezorgd dat de ondernemer zo snel mogelijk de beslissing
neemt om te stoppen? Dus om de belangen van schuldeisers meer te waarborgen.
Wetgevingsprogramma Herijking Faillissementsrecht: 3 pijlers
Modernisering van de faillissementswet
Versterking van het reorganiserend vermogen van de faillissementswet
(doorstart onderneming)
Fraudebestrijding
Wetgever wil een doorstart vanuit een faillissement vergemakkelijken. Dit moet er
voor zorgen dat tijdig hulp wordt gezocht.
Wet Homologatie Onderhands Akkoord (treedt in per 1 jan 2021)
Nieuwe titel IV in Fw “Buiten faillissement en surseance van betaling” bevat een
tweede afdeling “Homologatie van een onderhands akkoord” (art 364-387 Fw)
WHOA is bestemd voor levensvatbare ondernemingen met een problematische
schuldenlast; onderneming kan nog aan haar lopende verplichtingen voldoen maar
faillissement dreigt = financiële herstructurering. Dus het tijdig ingrijpen bij een
onderneming die in zwaar weer verkeert.
Een aantal kenmerken:
Open of besloten procedure ter vermijding insolventie
o Besloten = er wordt niet openbaar gemaakt dat wordt gewerkt aan een
akkoord
, o Open = wel openbaarmaking op dezelfde wijze als een faillissement
wordt geopenbaard
Debtor in possession de schuldenaar blijft zelf aan het roer staan, hij houdt
zelf de controle over zijn vermogen
Verklaring (alleen bij een open procedure) deponeren bij de rechtbank waaruit
blijkt dat de schuldenaar is gestart met de voorbereiding van het akkoord. Dit
is een voorwaarde voor bijvoorbeeld toegang tot de rechter.
Bemoeienis van de rechter komt pas later in de procedure (in tegenstelling tot
de surseance etc)
Toestand en aanbod schuldenaar bestuur van de vennootschap zal een
aanbod doen. Redelijkerwijs aannemelijk maken dat de schuldenaar niet zal
kunnen voldoen in het nakomen van haar schulden ten tijde van het aanbieden
van het akkoord.
Vennootschap kan een herstructureringsdeskundige benoemen. Waarom zou
dat gedaan worden? Kans van slagen kan groter zijn. Bestuurder kunnen
loyaal zijn aan aandeelhouders die ergens afstand van moeten doen.
Aandeelhouders hebben geen prikkel in het aanbieden van een akkoord. Dit
kan het tot stand komen van een akkoord bemoeilijken. Een deskundige kan
ervoor zorgen dat er in dat geval wel een akkoord tot stand komt.
Herstructureringsdeskundige kan een akkoord voorbereiden en aanbieden +
verzoeken om een afkoelingsperiode
Aan wie kan een akkoord worden aangeboden?
o Schuldeisers (m.u.v. werknemers)
o Aan (een aantal) aandeelhouders
Hoeft onder de WHOA dus niet aan alle schuldeisers worden aangeboden!
Akkoordwaarde zal doorgaans hoger zijn dan liquidatiewaarde, dit moet
aangetoond worden door middel van rapporten. Aantonen dat het
faillissement dat eventueel volgt zou dus minder opleveren.
Omzetting van schulden in aandelen/certificaten (debt for equity swap)
aanbod kan inhouden dan de schuldeiser hun schuld kan inruilen voor
aandelen. Dit zorgt voor nadeel voor de zittende aandeelhouders, hun belang
verwatert.
Observator heeft oog voor belangen van de gezamenlijke schuldeisers
(minder ruime taak dan deskundige)
Afkoelingsperiode (als verklaring is gedeponeerd en akkoord is aangeboden of
hij is van plan om dit binnen twee maanden te doen) ondernemer kan de
rechtbank verzoeken tot een afkoelingsperiode van 4 maanden (kan verlengd
worden tot 8 maanden) = rechtbank kan hierbij een observator aanstellen
o Kan ook verzocht worden door deskundige
o Welke rechten worden afgekoeld?
Geen faillissement/surseance verzoek
Bank kan geen gebruik maken van parate executie
Eigendomsvoorbehoud leverancier kan niet opeisen
Geen beslagen
Mits de belangen van de betrokkenen voldoende zijn gewaarborgd
Stemmen in klassen = schuldeisers die iets zouden ontvangen en
aandeelhouders worden ingedeeld in bepaalde klassen naar rang die ze in het
faillissement hebben gehad. In die klassen gaan ze stemmen. Twee derde van
de vorderingen vertegenwoordigd door voor-stemmers akkoord
aangenomen door klassen.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper acberg. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €7,99. Je zit daarna nergens aan vast.