100% tevredenheidsgarantie Direct beschikbaar na betaling Zowel online als in PDF Je zit nergens aan vast
logo-home
Samenvatting Externalising Disorders: taken, colleges & voorbeeld toetsvragen 2019/2020 €6,49   In winkelwagen

Samenvatting

Samenvatting Externalising Disorders: taken, colleges & voorbeeld toetsvragen 2019/2020

 67 keer bekeken  11 keer verkocht

Raak je ook zo verdwaald in alle literatuur: 3.0? Deze samenvatting bevat alle (relevante) literatuur beknopt samengevat vertaald in het Nederlands, collegejaar . De bronnen staan boven ieder artikel. Deze keer zijn niet alle colleges uitgewerkt aangezien ik niet bij ieder college aanwezig ben gew...

[Meer zien]

Voorbeeld 4 van de 57  pagina's

  • 5 januari 2021
  • 57
  • 2019/2020
  • Samenvatting
Alle documenten voor dit vak (1)
avatar-seller
kayleedv
Externalizing Disorders:
Taak 1 t/m 6 + aantekeningen colleges* + voorbeeld
toetsvragen met uitwerking




Master Mental Health
Kind- en jeugdtrack
2019-2020




Taken:
Taak 1: Donny: “ik vecht alleen voor mezelf”
Taak 2: Donny: “ik vertrouw ze niet meer, ze zeggen dat ze helpen
maar ze naaien je ook”
Taak 3: “Papa was ook een boef!”
Taak 4: “Mishandeling, misbruik en verwaarlozing”
Taak 5: “Zo zit dat bij mij thuis”
Taak 6: “DSM-IV  DSM-5”

*Aantekeningen colleges zijn van de colleges: inleiding in de
systeemtherapie (trainingscollege), inleiding in externaliserende
stoornissen, bijzondere zedenzaken en Raad van
Kinderbescherming

,Taak 1: Donny: “ik vecht alleen voor mezelf”
Carr: conduct problems
DSM5: oppositioneel-opstandige gedragstoornis

A. Er bestaat gedurende minimaal zes maanden een patroon van negatief, agressief en opstandig gedrag. In
deze periode moet voldaan zijn aan vier of meer van de volgende criteria:
Geïrriteerde stemming
 Heeft vaak driftbuien
 Is vaak kwaad
 Is vaak lichtgeraakt of snel geïrriteerd door anderen
Deviant gedrag
 Spreekt vaak volwassenen of autoriteitsfiguren tegen
 Weigert vaak aan verzoeken of regels van volwassenen te voldoen
 Irriteert vaak met opzet andere mensen
 Legt de schuld van fouten en ongepast gedrag vaak bij anderen
Wraakzucht: ten minste 2 keer in de afgelopen 6 maanden
 Is vaak haatdragend of wraakzuchtig
B. De gedragsstoornis veroorzaakt duidelijk lijden in de sociale omgang, op school en op het werk.
C. De aandoening treedt niet uitsluitend op als onderdeel van een psychotische stoornis of
stemmingsstoornis.
D. Er is niet voldaan aan de criteria voor een antisociale gedrags- of persoonlijkheidsstoornis

DSM5: conduct disorder (CD)

A. Een herhalend en aanhoudend gedragspatroon waarbij de grondrechten van anderen of, bij de leeftijd
horende, sociale normen of regels worden overtreden zoals blijkt uit de aanwezigheid gedurende de
laatste twaalf maanden van drie of meer van de volgende criteria, met ten minste de laatste zes maanden
één criterium aanwezig:

Agressie gericht op mensen en dieren:
1. Pest, bedreigd of intimideert vaak anderen
2. Begint vaak vechtpartijen
3. Heeft een 'wapen' gebruikt dat anderen ernstig lichamelijk letsel kan toebrengen
4. Heeft mensen mishandeld
5. Heeft dieren mishandeld
6. Heeft in een direct contact het slachtoffer bestolen
7. Heeft iemand tot seksueel contact gedwongen

Vernieling van eigendom:
8. Heeft opzettelijk brandgesticht met de bedoeling ernstige schade te veroorzaken
9. Heeft opzettelijk eigendommen van anderen vernield

Leugenachtigheid of diefstal:
10. Heeft ingebroken in iemands huis, gebouw of auto
11. Liegt vaak om gunsten te krijgen of om verplichtingen uit de weg te gaan
12. Heeft zonder direct contact met het slachtoffer voorwerpen van waarde gestolen

Ernstige schendingen van regels (beginnend voor 13e levensjaar):
13. Blijft vaak, ondanks het verbod van de ouders, 's nachts van huis weg
14. Is ten minste tweemaal van huis weggelopen en 's nachts weggebleven
15. Spijbelt vaak

B. De gedragsstoornis veroorzaakt in significante beperkingen in het sociale, school- of beroepsmatig
functioneren.
C. Indien betrokkene achttien jaar of ouder is en niet wordt voldaan aan de criteria van een antisociale
persoonlijkheid

,Epidemiologie

 Ongeveer de helft van de kinderen met gedragsproblemen volgt een aanhoudende pathway met antisociale
persoonlijkheidsstoornis. Voor de andere helft worden de moeilijkheden beperkt tot kinderjaren of
adolescentie.
 Overall prevalentie voor ODD en CD variëren van 4 tot 14% met ODD vaker dan CD
 Culturen met hoge blootstelling aan nadelige omgevingsfactoren hebben hogere percentages
 Prevalentie van CD neemt toe tijdens de adolescentie
 Kindertijd: meer prevalentie bij jongens maar tijdens de adolescentie en sterke stijging van meisjes (CD)
o Verklaring: meisjes op vroegere leeftijd meer schuldgevoel en empathie, wat met de leeftijd gelijk
wordt getrokken met jongens. Daarnaast verschil in ouderlijke reactie op het gedrag: disruptief gedrag
wordt eerder geaccepteerd van jongens dan van meisjes

Etiologie

Biologische theorieën
 Genetica: erfelijkheidsfactor van 50% (agressie). Een laag MAOA-level speelt een belangrijke rol bij het
reguleren van agressief gedrag door selectief een aantal neurotransmitters af te breken (serotonine)
 Neurobiologisch defect: afwijkingen in de prefrontale cortex die EF en het limbisch systeem beïnvloeden.
Verminderd grijze stof en verminderd amygdala en hippocampus volume + activiteit
 Neuro-endocriene theorie: ontregeling (verhoging) van het androgeen systeem (= testosteron)
 Hypoarousal theorie: hyporeactiviteit van het autonome zenuwstelsel en de HPA-as. Verklaart het
onbevreesde gedrag van regels, risicovol gedrag, en lage responsiviteit op straffen
 Moeilijk temperament: reageren met opstandigheid, negatief gedrag en agressie

Psychodynamische theorieën
 Superego defect theorie: maatschappelijke regels en verwachtingen worden geïnternaliseerd door
identificatie met de ouder van hetzelfde geslacht. (= superego). Antisociaal gedrag treedt op vanwege het
verminderd functioneren van het superego, stand gekomen uit ineffectief ouderschap
 Hechtingstheorie: onveilige hechting zorgt voor inadequate interne werkmodellen

Cognitieve theorieën
 Sociale informatieverwerkingstheorie: schrijven vijandig intenties toe naar anderen en reageren met
agressie
 Sociale vaardigheden defect: missen van de vaardigheden om alternatieve oplossingen voor sociale
problemen genereren en gebruiken dus agressie om het sociale probleem op te lossen.
● Dwingend familieproces (= coercive family process theory): asociaal gedrag wordt geleerd door de
aanwezigheid van dwingende patronen van interactie bij ouders.

Systeemtheorieën
 Familie systeemtheorie: ongeorganiseerde gezinnen met een gebrek aan communicatie en oplossende
vaardigheden, duidelijke grenzen, regels en routines, weinig emotionele betrokkenheid
 Sociologische theorie: in een achtergestelde subcultuur worden diefstal antisociaal gedrag juist
goedgekeurd wanneer materiële doelen behaald worden
o Anomietheorie: de sociale structuur werkt deviant gedrag in de hand
 Multi-systemische ecologische theorie: meerdere systemen zoals gezin, school en gemeenschap zijn
betrokken bij het ontstaan en onderhoud van gedragsproblemen (Bronfenbrenner)




Matthys: behavior and disorders + individual characteristics

, Oppositioneel gedrag (noncompliance): gedrag waarbij een kind zich verzet tegen een verzorger.
o Passief: ouderlijk bevel negeren
o Actief: ouder bevel weigeren
o Ernstig: boos over een ouderlijk bevel
o Normatief: zelfbewustzijn van het jonge kind dat wordt gedreven door de wens om iets
autonoom te doen; van korte duur
o Klinische: onbuigzamer

Agressief gedrag: bewust gericht op het schaden van mensen
o Fysiek: slaan
o Verbaal: spraak; dreigen, provoceren
o Relationeel: kwaadaardige roddels, leugens vertellen en anderen actief buitensluiten
o Reactief: impulsieve en emotionele reactie op een frustratie (= defensief). Geassocieerd met
afwijzing van leeftijdsgenoten en tekorten in sociale informatieverwerking.
o Proactief: gecontroleerd (zonder provocatie) agressief gedrag, geanticipeerd op een beloning
(= instrumenteel). Tonen lage levels van angst en weinig emotie.

Voorbeeld verbaal-reactief: vloeken op ouder na aanleiding van gecorrigeerd worden
Voorbeeld fysiek-reactief: terug te slaan na aanleiding van geplaagd te worden
Voorbeeld verbaal-proactief: bedreigen van een kind en de eigen weg te gaan
Voorbeeld proactief-relationeel: aanzetten van andere kinderen om te handelen tegen een kind dat
hij/zij niet leuk vindt

Oorsprong van agressie
 1 jaar: tonen van instrumentele agressie
 2-3 jaar: meer conflicten maar kind leert oplossingen door delen en onderhandelen in plaats van
fysieke agressie
o Wanneer een kind dit niet leert, blijft het veel fysieke agressie tonen
 3-5 jaar: fysieke agressie neemt af, meer gebruik van verbale agressie (plagen en klikken)
 Serieus geweld neemt drastisch toe tijdens de late adolescentie (bij jongens)
 Bij meisjes neemt relationele agressie toe tijdens de adolescentie
 De hoeveelheid agressief gedrag tussen 3-10 jaar is een goede voorspeller van antisociale
neigingen later in het leven

6 cognitieve stappen van informatieverwerking
1. Sociale cues decoderen
2. Interpreteren van de betekenis
3. Formuleren van een doel voor het oplossen van de situatie
4. Genereren en evalueren van mogelijke strategieën om het doel te behalen
5. Respons selecteren
6. Respons uitvoeren

Deze 6 stappen verschillen, afhankelijk van een reactie of proactieve agressor:
 Reactieve agressor: interpreteren onduidelijke cues sneller als vijandig en reageren daarmee met
veel agressie, zonder te denken aan alternatieve oplossingen (hostile attributie bias =
toeschrijven van vijandige attributies)
 Proactieve agressor: geneigd om een instrumenteel doel te formuleren en besluiten bewust dat
een agressie reactie de gunstige oplossing is

Antisociaal gedrag: gedrag waarbij basisnormen, rechten en regels worden geschonden (liegen,
stelen, spijbelen)

Delinquent gedrag: wanneer antisociaal gedrag een schending van de wet is

Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Verzekerd van kwaliteit door reviews

Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!

Snel en makkelijk kopen

Snel en makkelijk kopen

Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.

Focus op de essentie

Focus op de essentie

Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!

Veelgestelde vragen

Wat krijg ik als ik dit document koop?

Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.

Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?

Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.

Van wie koop ik deze samenvatting?

Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper kayleedv. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.

Zit ik meteen vast aan een abonnement?

Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €6,49. Je zit daarna nergens aan vast.

Is Stuvia te vertrouwen?

4,6 sterren op Google & Trustpilot (+1000 reviews)

Afgelopen 30 dagen zijn er 61001 samenvattingen verkocht

Opgericht in 2010, al 14 jaar dé plek om samenvattingen te kopen

Start met verkopen
€6,49  11x  verkocht
  • (0)
  Kopen