Tentamen periode 2
Week 1:
Persoonlijkheid: De psychologische kenmerken die een zekere continuïteit verlenen aan het
gedrag van een individu in verschillende situaties en op verschillende momenten.
Kenmerken van persoonlijkheid:
-consistentie
-standaard gedrag
-stabiliteit
-bepaalde theorieën zijn geschikt voor specifieke problemen, zoals in de volgende
situaties:
1.) snel, overzichtelijk (globaal) huidig beeld van persoonlijkheidskenmerken van een
individu theorieën over temperamenten, trekken of typen. Beschrijvende theorie
2.) beschouwing van een individu als veranderlijk, ontwikkelend wezen
psychodynamische, humanistische, existentiële, sociaalcognitieve persoonlijkheidstheorieën.
Proces theorie 4 onderverdelingen
3.) beeld over hoe individuen elkaar begrijpen en welke ideeën mensen over elkaar
hebben impliciete persoonlijkheidstheorieën. Impliciete persoonlijkheidstheorie
4.) interesse of mensen overal op de wereld op dezelfde manier begrijpen crossculturele
theorieën. Crossculturele theorieën
-Persoonlijkheid bestaat uit vrijwel alle aspecten van ons wezen. We kunnen dit idee
vastleggen als volgt: de persoonlijkheid wordt gevormd door de gecombineerde krachten
van biologische, situationele en psychologische processen, die allemaal in een context van
sociaal-culturele en ontwikkelingsfactoren zijn ingebed.
Effecten van nurture, nature en cultuur op persoonlijkheid:
,-Nurture: Nurture is volgens onderzoek van groot belang op persoonlijkheid, je
persoonlijkheid wordt vooral volgens dit onderzoek gevormd door ervaringen en omgeving
in de vroege jeugd. Zo stelt Walter Mischel dat alle andere effecten met inbegrip van alle
aangeboren eigenschappen, door deze invloeden vanuit de omgeving worden overstemd. De
vraag of hij gelijk heeft wordt de persoon-situatiecontroverse genoemd: een theoretische
discussie over de relatieve invloed van persoonlijkheidskenmerken en kenmerken van de
omgeving op gedrag.
-Nature: Al onze ervaringen moeten ook door een reeks interne mentale filters heen; deze
filters vormen kernelementen van onze persoonlijkheid. Je interpreteert ervaringen
(gebeurtenissen) dan vanuit deze kernelementen van je persoonlijkheid.
Voorbeeld: kernelement: introversie je interpreteert dan ervaringen (gebeurtenissen)
vanuit het standpunt introversie. Wanneer je in een grote zaal met mensen komt je erg
teruggetrokken opstelt en niets durft te zeggen vanwege her kernelement introversie.
-Cultuur: Binnen alle culturen (individualistisch, collectivistisch) hebben sociale relaties
enorme invloed op persoonlijkheid. Hoe je bent wordt voor een groot deel bepaalt met wie
je omgaat/omging. Je persoonlijkheid is dus deels een creatie van anderen vanwege de
invloed op persoonlijkheid.
Cattell en Eysenck en hun bijdrage aan de persoonlijkheidspsychologie
Maakten beide nieuwe dimensies.
Lexicale hypothese: stelt dat alle
persoonlijkheidseigenschappen een
plekje in de taal hebben gekregen.
5000 woorden over
persoonlijkheids beschrijving.
Cattell: baseerde zijn nieuwe 16
dimensies op basis van deze 5000
woorden met behulp van de
factoranalyse: gebruik je wanneer je
een aantal woorden wilt
terugbrengen naar in dit geval 16
factoren/dimensies.
Eysenck: Maakte 3 nieuwe dimensies
gebaseerd op biologische processen.
Maakte deze ook doormiddel van de
factoranalyse.
, Uit welke blijvende disposities/kenmerken bestaat onze persoonlijkheid?
-Dispositie: een psychische en fysieke kwaliteit of eigenschap van een persoon.
(karaktertrekken, temperamenten of typen)
Voorbeelden: opgewektheid of introversie.
-Dispositionele theorieën: een verzamelnaam voor benaderingen van de persoonlijkheid op
basis van temperament, karaktertrekken en persoonlijkheidstypen (Het individu toont
gedurende zijn hele leven een consistent beeld tot deze kenmerken).
Persoonlijkheid en temperament: Persoonlijkheid als verzameling van Verschil: Temperament is tot op
karaktertrekken: zekere hoogte erfelijk en
Temperament is de biologisch
bepaalde persoonlijkheidsdisposities karaktertrekken zijn meervoudig, hiermee wordt je geboren,
die al in de vroege jeugd stabiele persoonlijkheidskenmerken echter karaktertrekken worden
waarneembaar zijn en die de waarvan men aanneemt dat ze zich later gevormd op basis van
snelheid en intensiteit van in het individu bevinden en die in temperament en wordt sterk
emotionele reacties en verschillende omstandigheden door ervaringen beïnvloed.
overheersende stemming van een bepalend zijn voor gedachten en
individu bepalen. handelingen.
, -Vijf-factorentheorie: een perspectief op karaktertrekken dat aangeeft dat persoonlijkheid
is samengesteld uit vijf fundamentele persoonlijkheidsdimensies.
1.) Open-nieuwsgierig/gesloten ongeïnteresseerd (openness to experience). Openheid
De linkerkant wordt omschreven als onderzoekend, nieuwsgierig en onafhankelijk, terwijl
de andere kant wordt gekenmerkt dor kleingeestigheid en desinteresse.
2.) Betrouwbaar-georganiseerd/onbetrouwbaar-chaotisch (conscientiousness).
Consciëntieusheid
De linkerkant wordt gekenmerkt door voorzichtig, zelfbeheersend, vasthoudend en
doelgericht. De rechterkant wordt gekenmerkt door onverantwoordelijkheid, zorgloosheid
en impulsief.
3.) Dominant-extravert/ondergeschikt-introvert (extraversion). Extraversie
De linkerkant wordt gekenmerkt door sociaal aanpassingsvermogen, assertiviteit,
sociabiliteit, onbevangenheid en zelfbewustzijn. De rechterkant wordt gekenmerkt door
introversie en verlegenheid.
4.) warm-vertrouwend/koel-achterdochtig (agreeableness). Vriendelijkheid
De linkerkant wordt gekenmerkt door warmte, aangenaamheid, prosociale benadering.
De rechterkant wordt gekenmerkt door kil en nagativiteit, ook wel antagonistisch.
5.) gelijkmatig-zelfverzekerd/ nerveus-temperamentvol (neuroticism). Emotionele stabiliteit
De linkerkant wordt gekenmerkt door emotionele stabiliteit of emotionele controle. De
rechterkant wordt gekenmerkt door angst of emotionaliteit.
Deze theorie is ontstaan doordat ontwikkelaars van deze theorieën zich volledig
hebben gericht op emotionele en motivationele componenten van de
persoonlijkheid. De bouwstenen zijn geïdentificeerd doormiddel van de
factoranalyse. In totaal zijn hieruit dan de big-five gekomen.
Vragenlijstmethoden: -NEO-PI, NPV, ABV