OZT1 – Tentamen voorbereiding
Leerdoelen per les:
Les 1: Microbiologie (5)
o Herkennen op foto’s/tekenen: belangrijkste
bacteriestammen wondinfecties
o Uitleggen: mutaties, sporevorming, gram +/-,
aeroob/anaeroob, huidflora, darmflora, transient, resident.
o Omschrijven: belangrijkste gunstige/ongunstige
omstandigheden in realtie tot groeisnelheid bacterien.
o Verklaren: hoe je groei bacterien verhinderd, hoe je ze doodt
en wat resistentie is.
o Beschrijven: hoe zorgprofessional kan bijdragen aan
voorkomen van resistentie.
o Benoemen/verklaren: kwetsbare patentiengroepen m.b.t.
wondinfecties, waarom kwetsbaar en hoe te beschermen
o Benoemen/verklaren: 3 belangrijkste contaminatiewegen +
relatie ziekenhuisinfecties
Les 2: De operatieafdeling (5)
o Benoemen: definitie van
operatiekamer/OKC/operatieafdeling
o ! Uitleg geven: in WIP richtlijn ‘omstandigheden
(kleien)chirurgische en invasieve omstandigheden’
genoemde begrippen:
Zonering A/B/C
Steriel/schoon/niet schoon
Indeling klasse 1, 2, zelfstandige behandelkamer
o ! Lezen/benoemen: plattegrond operatie + ruimtes
o ! Afleiden/tekenen: logistieke routes van patienten,
personeel en materiaal + knelpunten.
o Uitleggen: brandcompartimentering
Les 3: Luchtbehandeling (10)
o !! Onderbouwen: prestatie eisen van een operatiekamer met
begrippen: beschermingsgraad, hersteltijd,
luchtdoorlaatbaarheid, ISO klasse, deeltjesgrootte <0,5qm
o !! Aangeven: in doorsnede tekening OK bouwtekening: hoe
verticaal/horizontaal UDF en mengend systeem werken.
o !!!! Uitleggen: hoe OK-personeel moet omgaan met
luchtbehandelingssysteem.
o !! Uitleggen: hoe werking LBS gemonitord kan worden
Les 4: Topografie (10)
o Beschrijven: anatomische houding
, o Toepassen: anatomische terminologie m.b.t. topografie
o Herkennen/beschrijven: betekenis lichaamsvlakken/assen
in figuur.
o Herkennen/beschrijven: anatomische
richtingen/doorsneden in figuur
o Herkennen/beschrijven: globale ligging belangrijkste
organen in schedel, hals, thorax, abdomen en pelvis in figuur
(anatomische termen).
o Benoemen/herkennen: beweging ten opzichte van 3
lichaamsassen (anatomische termen)
Les 5: Infectiepreventie (10)
!!!!!!?? Beschrijven: maatregelen uit onderstaande richtlijnen
waar je invloed op hebt en waar je rekenings mee moet houden op
de OK:
o !!? WIP Richtliijn: Persoonlijke hygiene medewerkers (2011)
o !! WIP Richtlijn: Handhygiene medewerkers (2012)
o !!? WIP Richtlijn: Preventie van postoperatieve
wondinfecties/postoperatieve wondinfecties (2011)
? Uitleggen: tot standkoming WIP richtlijnen.
? Toelichten: impact WIP richtlijnen
Les 6: Cytologie & Histologie (10)
? Herkennen: belangrijkste organisatieniveaus levende
organismen
? Uitleggen via negatieve/positieve terugkoppeling:
homeostase en regulering ervan
!? Beschrijven: basisstructuur van cel + bouw/functie van: de
celwand, cytoplasma, kern en celorganellen (globaal) + zijn relatie
met omgeving
!? Beschrijven/aangeven: verschillende vormen transport over
celmembraan + verschil tussen actief/passief transport.
! Uitleggen: differantiatie
!!!? Herkennen: 4 hoofdtypen weefsels
o Beschrijven/uitleggen: de verschillende soorten weefsel-
hoofdtypen, karakterische kenmerken, ligging en relatie
tussen vorm en functie
Les 7: Preparaatverzorging (10)
o Benoemen: functies verschillen laboratoria:
Pathologisch-anatomisch laboratorium – histologie.
Patholo
o Uitleggen: hoe preparaten verpakt worden
o Motiveren: wanneer je wel bewaar/fixatiemedium voor
preparaten gebruikt rekening houdend met onderzoek.
, o Beschrijven: administratie van preparaat
o Motiveren: wie verantwoordelijk is voor afname, verzorging,
administratie en verzending preparaten
o Beschrijven: soorten patientenmaterialen/preparaten
o Bepalen: welk preparaat naar welk laboratorium
Les 8: Beroepsgeheim (6):
o Samenvatten: geheimhoudingsplicht ziekenhuis CAO,
tuchtrecht, burgerlijk wetboek, beroepscodes
o Uitleggen: belang van geheimhoudingsplicht voor
ziekenhuis, professional en patient
o Uitleggen: juridische/morele gevolgen schending
beroepsgeheim
o Uitleggen: uitzonderingen beroepsgeheim
o Uitleggen: verschillen tussen beroepsgeheim, privacy,
personal space en confidentiality.
o Voorbeeldengeven: aanraking met termen beroepsgeheim,
privacy, personal space en condidentiality
Les 8: Traumatische gebeutenis (4)
o Omschrijven: traumatische gebeurtenis.
o Opnoemen: veel voorkomende traumatische gebeurtenissen
verpleegafdeling/operatieafdeling.
o Opnoemen: symptomen/gevoelens van iemand die traumatische gebeurtenis heeft
meegemaakt.
o Beschrijven: verwerking traumatische ervaring.
o Beschrijven: organisatorische aspecten verwerking traumatische gebeurtenissen
op micro-, meso- en macro niveau.
o Omschrijven: spanningsveld tussen hart luchten na trauma en beroepsgeheim.
Les 9: Samenwerking OKC (10)
o ? Beschrijven: essenties beroep OK-assistent.
o ? Opnoemen/omschrijven: taken OK-assistent in OK-team.
o ! Beschrijven: hoe instrumenterende, assisterende en omloop samenwerken.
o ! Benoemen: onderscheid tussen beschouwende en snijdende specialisten + 5
voorbeelden.
o ? Benoemen/beschrijven: snijdende specialismen + deze vakgebieden.
o ? Noemen: per snijdend specialisme voorbeelden van operatietechnieken die zij
uitvoeren.
o ? Benoemen: sub-specialismen + 10 voorbeelden daarvan.
o ? Voorbeeld geven: hiërarchische organisatiestructuur OKC.
o ? Benoemen: deelnemers OK-team + beroep/rol.
o ? Omschrijven: term “dedicated teams” + beredeneren waarom deze steeds
vaker ontstaan.
o ? Omschrijven: beroepsvereniging + wat deze voor OK-assistent kan betekenen.
o ? Overzicht maken: beroepen die je mogelijk tegenkomt op OKC, welke
werkrelatie een OK-assistent met die beroepen heeft en de werkrelatie die deze
personen onderling hebben.
, Les 1: Microbiologie (5)
Belangrijkste bacteriestammen
A. Bacil (staafvormig)
B. Streptococcen (bolvormig in keten)
C. Coccen trosje (staphylococcen)
D. Coccen paarsgewijs (diplococcen)
E. Spiraalvormig (spiril)
F. Kommavormig (vibrio)
Mutaties zijn wijzigingen in de erfelijke eigenschappen van het
genoom (het DNA of RNA) van een cel
Sommige bacteriën kunnen sporen vormen. Een spore is een
soort slaaptoestand van de bacterie met als belangrijkste doel het
overleven van ongunstige omstandigheden zoals hitte en droogte.
Zodra de omstandigheden gunstig zijn, kan de spore ontkiemen en
uitgroeien tot een normale cel die weer kan gaan groeien.
Gram +/-: Het verschil tussen gramnegatieve en grampositieve
bacteriën wordt veroorzaakt door een verschil in de structuur van
de celwand.
o Grampositieve bacterien:
o Gramnegatieve bacterien:
Aeroob/anearoob: zuurstofrijk en zuurstofarm
Huidflora/darmlora:
o Met de term ‘darmflora’ wordt het geheel aan levende micro-
organismen in de darmen bedoeld.
o De huidflora is het geheel aan levende micro-organismen op
de lichaamshuid
Transiënt: tijdelijk of voorbijgaand (trans = door) doortocht
bijvoorbeeld door handcontact of contact met besmette
voorwerpen of met feces op de huid zijn terechtgekomen. De
micro-organismen van de
transiënte flora vermenigvuldigen zich niet *resident: wel
vermenigvuldigen. Na het wassen van de handen met water en
zeep blijft de residente flora grotendeels aanwezig
Resident betekenis: iemand met een vaste verblijfplaats