Samenvatting groepsdynamiek
9 t/m 13 november
Inhoudsopgave
Hoofdstuk 3: 3.17………………………………………………………………………………………………………………………………2
Hoofdstuk 5: 5.1 t/m 5.15………………………………………………………………………………………………………………….5
Hoofdstuk 8: 8.1 t/m 8.8………………………………………………………………………………………………………………….11
Hoofdstuk 10……………………………………………………………………………………………………………………………………16
Hoofdstuk 11……………………………………………………………………………………………………………………………………22
Hoofdstuk 12……………………………………………………………………………………………………………………………………31
Hoofdstuk 13: 13.1 t/m 13.14…………………………………………………………………………………………………………..41
Hoofdstuk 14: 14.1, 14.2 en 14.6…………………………………………………………………………………………………..…46
1
,Hoofdstuk 3 definitie van de groep en soorten groepen
3.17 Drie soorten groepen: hoofd, hart en handen
Groepen kunnen sterk van elkaar verschillen afhankelijk van:
De groepsgrootte
De groepssamenstelling
Doelstelling
Aantal bijeenkomsten
Stijl van de begeleider
Etc.
Om hier meer inzicht op te krijgen is er een HHH-formule. Deze formule richt zich op de doelen van
een groep. De H’s staan voor hoofd, hart en handen. Dit levert een typologie (een onderverdeling van
een groep personen, op basis van kenmerken) b van drie soorten groepen op. Hoofd staat voor
kennis, hart voor gevoel en handelen voor gedrag of daadkracht.
1. Groepen waarin het hoofd (kennis) centraal staat, zijn cognitief (het vermogen om kennis op
te nemen en te verwerken. waarnemen, denken, taal, bewustzijn, geheugen, aandacht en
concentratie) georiënteerd.
In deze groepen gaat het om inzicht krijgen en staat informatieoverdracht centraal.
Spreker of een docent staat centraal, die kennis wil verdragen
De deelnemer wordt aangesproken op zijn cognitief vermogen.
Doel: Cognitieversterking, kennisvermeerdering en inzichtverwerving
Door deze kennis kan de deelnemer betere keuzes maken.
Meestal een beperkt aantal bijeenkomsten, soms ook eenmalig
Allerlei onderwerpen: ziektebeelden, wettelijke regeling, handicaps etc.
Groep kan vrij groot zijn
Communicatie ligt op inhouds- en procedure niveau
Voorbeelden: cursusgroepen, lesgroepen, informatiebijeenkomsten
2. Groepen waarin het hart (gevoel) centraal staat, zijn gericht op de ervaringen en belevingen
van de groepsleden.
Verwerking van gevoelens en behandeling van gevoelsmatig (emotioneel) beladen
onderwerpen.
Het eigen proces van de groep en het proces van de groepsleden staan centraal.
(procesgroepen)
Elke groep loopt een bepaald proces door.
Emotionele spankracht van deelnemers versterken -> door gevoelens en ervaringen met
elkaar delen (niet makkelijk, emotionele blokkades overwinnen)
Veel aandacht voor het delen van ervaringen, uit het persoonlijk leven en ervaringen in de
groep. (ingrijpende levensgebeurtenissen)
Het kunnen delen van trauma’s kan de eigen emotionele daadkracht versterken.
Belangrijk is de interactie tussen groepsleden en wat ze voor elkaar kunnen betekenen.
Communicatie ligt op interactie- en bestaansniveau.
Veel ruimte voor eigen inbreng, niet strak gestructureerd en vastgelegd.
Kleine groepen (minder dan 10), komen vaker bijeen.
3. Groepen waarin de handen (gedrag) centraal staan, zijn gericht op vaardigheden en
competenties (het vermogen om een taak met de juiste kennis en vaardigheden te
verrichten).
Aanleren en oefenen van nieuw gedrag
Cursussen of vaardigheidstrainingen
2
, Leerprocessen staan centraal
De begeleider creëert leersituaties door allerlei werkvormen: rollenspellen, huiswerk
opdrachten etc.
Het leren van ander gedrag en nieuwe vaardigheden levert een positieve bijdragen aan het
zelfbeeld en de gevoelens van zelfwaardering. (toename sociale of communicatie
vaardigheden)
Voorbeelden: trainingen in conflicthantering, discussietechniek, vergadertechniek etc.
Veilige leersituatie
Strak programma met een vooraf ontworpen structuur
Het aantal bijeenkomsten ligt vast
Communicatie is voor een groot deel ‘voorgeprogrammeerd’ dus de meeste communicatie
zit op procedureniveau, maar ook enige ruimte voor interactieniveau en bestaansniveau.
Meeste trainingsgroepen vallen onder dit groepstype
Hoofd Hart Handen
Cognitief georiënteerde Belevings- en ervarings- Gedrags- en vaardigheid
groepen georiënteerde groepen georiënteerde groepen
Voorbeelden: Voorbeelden: Voorbeelden:
Lesgroepen Trainingsgroepen, Trainingsgroepen
Cursusgroepen procesgroepen Oefengroepen
Cognitieve groepen Cursusgroepen
Doelstelling: Doelstelling: Doelstelling:
informatieoverdracht Leren of verwerken via Aanleren van nieuw gedrag en
kennisoverdracht & beleving en ervaring vaardigheden. Uitbreiden van
voorlichting verstevigen van competenties
Hoofdnadruk: op inhoud Hoofdnadruk: Hoofdnadruk:
Op proces: individueel proces Op procedure en op structuur:
en/of groepsproces gestructureerde oefeningen,
programma’s, protocollen
Aspect dat aangesproken Aspect dat aangesproken Aspect dat aangesproken
wordt: Verstand, ratio, kennen, wordt: gevoel ervaren, voelen wordt:
denken Motoriek, doen, willen
Agogische termen: kennis Agogische termen: houding, Agogische termen:
attitude Vaardigheid
Verandering door: inzicht, Verandering door: ervaring Verandering door: ervaring
bewustwording gebaseerd op voelen gebaseerd op handelen.
Stijl van leren: reflecterend en Stijl van leren: concreet Stijl van leren:
observerend abstracte ervarend Actief experimenterend
begripsvorming
Leerbronnen: lesmateriaal en Leerbronnen: het gaat om Leerbronnen: ervaringsgericht
kennis van de docent vormen ervaringsgericht leren leren groepsleden leren in
de belangrijkste input groepsleden leren door oefensituaties die de
uitwisseling van wat ze zelf en groepsbegeleider creëert.
aan elkaar ervaren.
Cognitieve betrokkenheid Affectieve betrokkenheid, Resultaatgerichte
echtheid, attitude, betrokkenheid
grondhouding.
Veranderingsmodel: Veranderingsmodel: proces Veranderingsmodel:
planmatige verandering matige verandering planmatige verandering
Rol van de begeleider: de Rol van de begeleider: de Rol van de begeleider: de
3
, leermeester tuinman regisseur, de stuurman
Groepsniveaus: de groep Groepsniveaus: De groep Groepsniveaus: De groep
functioneert vooral op functioneert vooral op functioneert vooral op
inhoudsniveau interactieniveau en procedureniveau
bestaansniveau
Methodieken
Veel verschillende methodieken:
Kringgesprek
Groepsdiscussie
Informatieoverdracht
Uitwisseling van ervaringen
Didactische werkvormen
Rollenspellen
Gespreken in subgroepen
Trainingsoefeningen
Huiswerk opdrachten
De keuze hangt af van de groepsdoelstelling
- Is deze gericht op informatieverwerking (hoofd)
- Verwerking van gevoelens en ervaringen (hart)
- Aanleren van vaardigheden (hand)
Maar ook met welke methodiek de groepsbegeleider zich vertrouwd voel. De groepsbegeleider moet
nooit de eigen veiligheidsgrenzen verwaarlozen. Want groepsbegeleider onveilig = negatief effect op
groep en groepsklimaat. Methodieken die gericht zijn op inhoudsniveau en procedureniveau zijn
veiliger (gestructureerder) dan methodieken die gericht zijn op het groepsproces en individuele
proces.
Mogelijke werkwijzen en methodieken voor de 3 soorten groepen
1. Methodieken voor groepen waar het hoofd centraal staat
Mondelinge informatieoverdracht (voordracht, lezing, gastspreker,….)
Groepsgesprek ter verwerking van informatie
Discussie
Leergesprek
Vragenronde
Gesprekken in subgroepen aan de hand van richtvragen en deze gesprekken volledig
terugkoppelen
Schriftelijke informatieoverdracht (folders, artikelen)
Ondersteunende tentoonstelling
Foto’s, videoband, film, al dan niet met discussievragen
Vragenlijst
2. Waar het hart centraal staat
Groepswerkmethodieken
Kennismakingsvormen
Uitwisseling van ervaringen
Kringgesprek
Onderwijsleergesprek
Eigen inbreng van deelnemers
Brainstormen
4