Arresten die niet zijn voorgeschreven, zijn toch ook stof. Je hoeft ze alleen niet bij naam te kennen.
Uitgangspunt aansprakelijkheidsrecht
Job van de mestvaalt -> zoekt schuld van al zijn leed bij zichzelf. Dit past bij het uitgangspunt.
Iedereen draagt in beginsel zijn eigen schade tenzij er een goede grond is om de schade af te
wentelen op een ander. Deze goede redenen onderzoeken we bij dit vak. Waarom wijken we af van
het uitgangspunt? Wanneer is dat nodig? Dit kan door bijvoorbeeld schuld, risico en profijt.
Functies van het aansprakelijkheidsrecht
We hebben dit recht om vast te stellen of er een goede grond is om iemand aansprakelijk te stellen.
Het hoofddoel is kijken wanneer het slachtoffer recht heeft op compensatie. Het volledig herstellen
van de schade is hierbij het uitgangspunt. Er worden dan gronden geïdentificeerd waarop
aansprakelijkheid vastgesteld kan worden. Preventie is een tweede doel. Er kan een afschrikkende
boodschap vanuit gaan wanneer je aansprakelijk gesteld kan worden. Die angst kan ervoor zorgen
dat je voorzichtiger wordt. Hier moet wel een evenwicht in bestaan want mensen moeten niet te star
worden. Het aansprakelijkheidsrecht wordt ook als een mogelijkheid gezien om rechten uit te
oefenen, te handhaven en te creëren. Verdere punten die besproken worden:
- Erkenning van leed is ook een functie. Dit is ook wel de ventielfunctie. De Urgenda-zaak is hierbij
van belang
- Genoegdoening art 6:106 Bw houdt samen met compensatie. Bij psychisch leed is het een
tegemoetkoming in het leed. Er is namelijk nooit voldoende om het leed te compenseren.
- Straffen en ontneming voordeel art 6:104. Er kan een tik uitgedeeld worden.
Tweedeling fout en risicoaansprakelijkheid
- Een fout is een toerekenbare onrechtmatige daad die door een persoon is verricht. Het gaat hier
dus om de schuldaansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig gedrag. Het gaat dan echt over de dader
die zelf in de fout is gegaan
- Risicoaansprakelijkheid is ook wel een kwalitatieve aansprakelijkheid. In hoedanigheid van ouder,
werkgever, bezitter opstal of dier
Bij de ratio van de risicoaansprakelijkheid is geen algemene theorie. Wel wordt er gebruik gemaakt
van een multi-factorbenadering. Hierbij wordt gekeken naar het profijt van de activiteit. Of dat
iemand een bepaald gevaar creëert met een product of activiteit. Ook of iemand anders beter in
staat is om de schade te dragen wordt meegenomen. Dit is draagkracht en verzekerbaarheid. Soms is
de verzekering makkelijker te sluiten voor de een dan voor de ander. Deze punten zijn opzich niet
doorslaggevend.
Aansprakelijkheid voor eigen onrechtmatig handelen
Hier zoomen we in op de foutaansprakelijkheid uit art 6:162 BW. Hierin is een stappenplan van
belang. Er zijn 5 vereisten om van deze aansprakelijkheid te kunnen spreken:
1.) Onrechtmatigheid (lid 2)
2.) Toerekening (lid 3), kan worden toegerekend worden door schuld of wet en in het verkeer
geldende opvattingen. Dit laatste punt noemt dat aansprakelijkheid door risico toch ook de
foutaansprakelijkheid is binnen geslopen. Er is dus niet een duidelijke strikte scheiding tussen fout en
,risico.
3.) Causaliteit tussen schade en gedraging. De meeste procedures zullen hier over gaan (lid 1;
dientengevolge)
4.) Relativiteit. Arrest … Schietpartij(?). Strekt de wet wapen en munitie ook voor vergoeding van
letselschade van mensen die hebben geleden bij een schietpartij en de schade van de winkeliers die
schade hebben geleden? (art 6:163)
5.) Schade
- De vereisten lopen soms wat door elkaar heen.
Voor onrechtmatigheid zijn er drie smaken
1. Inbreuk op een recht
2. Strijd met een wettelijke plicht
3. Zorgvuldigheidsnorm: strijd met het ongeschreven recht dat in het maatschappelijk verkeer
betaamt
Hierbij kan echter sprake zijn van de volgende rechtvaardigingsgronden. Deze neemt de
onrechtmatigheid weg:
- Noodweer
- Overmacht
- Noodtoestand
- Bevoegd gegeven ambtelijk bevel
Inbreuk op een recht
Om welk recht gaat het hier? Het moet gaan om een subjectief recht. Een recht wat iemand toekomt
teneinde een hoofwaardig belang te beschermen. Dit kunnen absolute vermogensrechten en
persoonlijkheidsrechten zijn. Voorbeelden zijn dus eigendomsrecht en rechten met betrekking tot
lichamelijke integriteit. Wel is er een verschil tussen horizontale persoonlijkheidsrechten en de
verticale persoonlijkheidsrechten. Als het eigendomsrecht subjectief is en iemand maakt mijn raam
kapot door er een bal tegenaan te schoppen, is dan de kous af en heb ik gewonnen? Nee zo werkt
het niet. In principe is een inbreuk op een recht niet zonder meer voldoende om van een
onrechtmatige daad te spreken. Er moet eigenlijk ook sprake zijn van andere omstandigheden. Het
enige feit dat iets kapot is, maakt dus nog niet dat we van een inbreuk kunnen spreken.
Arrest: Zwiepende tak
Vier vrienden lopen in het bos. Een jongen slaat tegen een tak, deze zwiept terug in het gezicht van
een andere jongen. Deze laatste jongen verliest hierdoor zijn oog. De Hoge Raad distantieert van het
feit dat wanneer sprake is van lichamelijk letsel dit op zichzelf een inbreuk vormt. Volgens de HR
moet er ook sprake zijn van onzorgvuldigheid. In casu was slechts sprake van een ongelukkige
samenloop van omstandigheden. Het gedrag is pas onrechtmatig als de mate van waarschijnlijkheid
zo groot is dat de dader zich naar de maatstaven van zorgvuldigheid van het gedrag had moeten
onthouden.
Strijd met een wettelijke plicht
Wat is een wettelijke plicht? Hiervoor geldt ook dat er veel discussie is. Hier is een redelijk ruime
benadering. Heel veel verplichtingen die in gedelegeerde wetgeving zelfs zijn opgenomen komen
hiervoor in aanmerking. De afbakening is de relativiteit. Hierdoor wordt voorkomen dat elke
strijdigheid met de wet onrechtmatigheid oplevert. Het moet daarnaast zo zijn dat de wet van
toepassing is op de casus. Zit er een verschil tussen de situatie dat de overheid aansprakelijk wordt
gesteld of een particulier of bedrijf? Kijk HC 5
,De zorgvuldigheidsnorm
De strijd met de maatschappelijke betamelijkheid. We weten dat het over een ongeschreven open
norm gaat die niet nader in de wet is uitgewerkt. Dit geeft veel vrijheid aan de rechter om de norm in
te vullen. Bij het ontstaan was veel angst voor de vrijheid die de rechters hiermee krijgen. Er was
angst dat er een claimcultuur zou ontstaan.
Verhouding tussen de drie categorieën
> Verhouding tussen inbreuk of recht en zorgvuldigheid
Leer Smits gaat terug tot de jaren 40. Deze leer houdt in dat er geen zelfstandige categorie inbreuk
op het recht bestaat. Het is de vraag of je dan de inbreuk op recht breed of eng opvat.
- Zwiepende tak-arrest: Raad is terughoudend om het als inbreuk aan te merken.
- Taxus-arrest: taxusstruik wordt op een hoopje gelegd bij een omheining. Paarden eten dit en
komen hierdoor te overlijden. Hoge Raad zei dat er geen aansprakelijkheid was want hij wist niet en
behoorde niet te weten dat dit dodelijk is voor de paarden.
> Verhouding tussen wettelijke plicht en zorgvuldigheidsnorm (verkeers- en veiligheidsnormen)
Ook slechts de overtreding van een wettelijke plicht, levert niet automatisch een inbreuk op. In
combinatie met verdere omstandigheden kan het wel zo zijn. Wanneer je bijvoorbeeld een ander
aanspoort om de wet te overtreden.
Belang jurisprudentie bij zorgvuldigheidsnorm
- Zutphense waterleiding; Vrouw weigerde kraan dicht te draaien waardoor door een lekkage
ontstond. Deze lekkage zorgde voor enorme schade. De mevrouw had niet onrechtmatig gehandeld
want er was geen strijd met een wettelijke plicht en geen directe inbreuk op een recht.
- Lindebaum Cohen; Hier kwam de ommezwaai. Ging om bedrijfsspionage. Eerste keer
zorgvuldigheidsnorm genoemd in Nederlands recht.
- Kelderluik: van belang om te bepalen of er sprake is van gevaarzetting. Gevaarzetting is het creëren
van een onaanvaardbare onveilige situatie. Om de bepalen of hier sprake van is, zijn de volgende
factoren van belang:
1. De waarschijnlijkheid waarmee de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid en
voorzichtigheid kan worden verwacht
2. De hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan
3. De ernst die de gevolgen daarvan kunnen hebben
4. En de mate van bezwaarlijkheid van te nemen veiligheidsmaatregelen
De eerste drie factoren bepalen de zwaarte van her risico. Dit moet worden afgewogen tegen
nummer 4. Hier maak je dus een afweging tussen de factoren. De factoren beïnvloeden elkaar dus.
Dit kleur je allemaal in met de omstandigheden van het geval. Als iemand ergens over struikelt of een
gat is in een gebouw waar iemand in valt, wordt ook vaak een beroep gedaan op de
risicoaansprakelijkheid van de persoon met opstal. Bij opstal gaat het in grote lijnen over de
gebouwen. 6:174 Bw hangt dus heel nauw samen met Kelderluik. Gebouwen kunnen namelijk snel
gevaarzetting bevatten en creëren. De vraag of een opstal gebrekkig is, wordt ingevuld met de
kelderluik criteria.
Casus: Sportschool Fit for Free
Een moeder bezoekt haar sportende zoon in de zaal en valt over een verhoging. Hierbij loopt zij letsel
op. Ze doet een beroep op 6:162 en 6:174 Bw. Is Fit for Free nou aansprakelijk? Ja uiteindelijk waren
ze aansprakelijk. Kijk de slides voor alle overwegingen. Geeft mooi beeld hoe je het allemaal af moet
wegen.
, Voor de verdere invulling van de zorgvuldigheidsnorm zijn de deelnormen van belang. De HR heeft
geprobeerd handen en voeten aan de norm te geven door allemaal categorieën te vormen. De
grootste categorie is de gevaarzetting. Binnen gevaarzetting zijn er subcategorieën:
- Gevaarzetting in professionele v. privésfeer; wel of geen overheid
- Terreinbeheer/gevaarlijke toestand: Jetblas-arrest -> als eigenaar van een terrein kan je risico op
gevaar creëren.
- OSVO: Zwiepende tak-arrest (privésfeer) -> idee hierachter is dat je de samenleving niet onnodig
ontwricht door een groot risico op aansprakelijkheid te creëren.
- Sport en spel: Tennisbal-arrest -> hogere drempel voor aansprakelijkheid
- Zuiver nalaten
Naast gevaarzetting bestaan als andere categorieën:
- Hinder
- Profiteren van wanprestatie
- Derdenwerking contract
- Beroepsaansprakelijkheid
- Aansprakelijkheid toezichthouder
- Aantasting eer/goede naam
- Oneerlijke concurrentie
Overige bronnen die invulling geven aan de zorgvuldigheidsnorm
Hierover gaat het artikel van Smeehuijzen. We zien hoe de strijd met de wettelijke plicht kan
samenwerken met de zorgvuldigheidsnorm. Als het niet op zichzelf onrechtmatig is kan het wel door
omstandigheden het worden. De rol van maatschappelijk normen zijn vooral heel belangrijk bij
beroepsaansprakelijkheid. Denk hierbij aan gedragscodes, protocollen. Zijn op zichzelf niet
doorslaggevend maar moeten weer in combinatie gezien worden met omstandigheden van het geval
en met andere geschreven of ongeschreven normen. Zelfde geldt voor tuchtrechtspraak en
deskundigen. Hier komen we later op terug.
Combinatie van bronnen komt dus vaak voor maar denk steeds aan de omstandigheden van het
geval. Deze geven de doorslag en geven kleur aan de factoren. Met alleen maar opnoemen van de
factoren krijg je op je tentamen dus geen punten. Het gaat om de inkleuring en het benoemen van
de relevante feiten.
Kelderluik extra
Er zijn allemaal nieuwe formuleringen bijgekomen in de rechtspraak. Dit komt vooral naar voren in
het Der Bildtpollen Aanwas BV-Miedema arrest naar voren. De dijkbeheerder stort rottende
uienresten over de dijk voor zijn schapen. Aan die dijk grenst uienteler Miedema. Al zijn uien raken
besmet met een rottende ziekte door de rotte uien van de dijkbeheerder. Hij lijdt hierdoor veel
bedrijfsschade. Hij stelt de dijkbeheerder aansprakelijk voor deze schade op grond van gevaarzetting.
De rechtbank wijst dit af, het hof wijst het toe.
- Wat zegt de HR? Die is van mening dat het hof het bij het verkeerde eind heeft want het hof heeft
alleen maar gekeken naar de kans op schade. Volgens de HR is de kans op schade hier de eerste twee
vereiste van kelderluik. Deze zijn samengevat in kans op schade. Dat er kans op schade is, is niet
voldoende. De HR geeft een draai aan factor 3 en 4 dat behalve de ernst van de schade ook wordt
gekeken naar de aard van de schade. Met aard wordt echt gekeken naar het verschil tussen
zaakschade en letselschade. Hier is ‘slechts’ sprake van zaakschade. Deze schade wordt als minder
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maartjetebrake. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €2,99. Je zit daarna nergens aan vast.