Exordium I
a. Ik neem het woord, hoewel anderen het beter zouden kunnen
Credo ego vos, iudices, mirari(prs inf dep) quid sit quod, cum tot summi oratores hominesque
nobilissimi ( Chiasme ) sedeant(3e p mv prs con act), ego potissimum surrexerim(1e p ev perf conj act →
conj door attractie met het ww sim), is qui neque aetate neque ingenio neque auctoritate sim cum his
qui sedeant comparandus. (Cicero zet heel bewust ‘ego ‘ en ‘vos’ naast elkaar, Met “ego” zal hij zichzelf
gaan presenteren. Omdat Cicero ten tijde nog onbekend was, zal hii zich proberen te verbinden met de rechters)
(sedeant - surrexerim - sedeant = antithese, benadrukt verschil tussen Cicero en de anderen)
Ik geloof dat jullie, heren rechters, zich verwonderd afvragen, wat de reden is dat, hoewel zoveel
excellente r edenaars en de aanzienlijkste mannen zitten, ík in het bijzonder opgestaan ben, zo
iemand die niet v ergelijken moet/kan worden met hen die hier zitten, noch qua leeftijd, noch in
karakter, noch in gezag.
Omnes enim hi, quos videtis adesse,in hac causa, iniuriam ,novo scelere conflatam(ptc vr perf
pas) putant, oportere defendi, defendere ipsi propter iniquitatem temporum non audent.
Want dezen allen, die jullie zien dat ze aanwezig zijn, menen dat in deze zaak, een onrechtvaardige
aanklacht , aangewakkerd door een ongekende misdadigheid, afgeweerd b ehoort te worden, maar zij
zelf durven deze n
iet a
f te weren, vanwege de ongustigheid van de tijd.
Ita fit ut adsint propterea quod officium sequuntur, taceant autem idcirco quia periculum
vitant. (Cicero benadrukt hier de beweegredenen van de aanzienlijke mannen, homines noblisimmi)
Zo gebeurt het dat, zij d
aarom aanwezig zijn, omdat zij hun plicht vervullen, echter zwijgen zij om die
reden, omdat z ij gevaar willen vermijden. (“ defendi, defendere” = repetitio, maar ook asyndeton
b. Ik die het minste risico loop moet deze zaak wel op me nemen om de
jonge Roscius niet in de steek te laten
In vertaling, lees p.23-24
c. Chrysogonus wil door Roscius te elimineren rustig van zijn buit
kunnen genieten
In vertaling, lees p 24
d. Wilt u als rechters meewerken aan het legitimeren van een
onrechtmatig verkregen buit?
In vertaling, lees p 24-25
, Exordium II
a. Ondanks allerlei belemmeringen verzoek ik u met aandacht te
luisteren
His de rebus tantis tamque atrocibus ,neque satisme commode dicere, neque satis
graviter conqueri ,neque satislibere vociferari posse intellego. (neque satis … = tricolon, met
anafora en climax)
Ik begrijp dat ik over deze zo grote en zo gruwelijke zaken noch voldoende geschikt spreken kan noch
voldoende ernstig luid beklagen k an noch voldoende vrij mijn stem verheffen kan.
Nam commoditati ingenium, gravitati aetas, libertati tempora sunt impedimento.
Want talent v ormt een belemmering v oor doelmatigheid, mijn leeftijd v ormt een belemmering voor
mijn ernst, de tijd v ormt een belemmering voor de vrijheid.
Huc accedit summus timor quem mihi natura pudorque meus attribuit etvestra dignitas et
vis adversariorum et Sex. Rosci pericula. (et..et..et = tricolon = polysyndeton)
Hierbij komt nog de grootste vrees, die mijn a
angeboren bescheidenheid a
an mij verleende, en ook
door jullie aanzien en de macht van mijn tegenstanders en de gevaren voor Sextus Roscius.
Quapropter vos oro atque obsecro (Alliteratie o...o), iudices, ut attente bonaque cum venia
verba mea audiatis.
Daarom s meek ik en v erzoek ik u, heren rechters, dringend, om aandachtig en welwillend naar mijn
woorden te luisteren.
b. Ik zal deze zware taak volbrengen , met of zonder uw steun
Fide sapientiaque vestra fretus p
lus onerissustuli quam ferre me posse intellego. ( captatio
benevolentiae)
Vertrouwend op uw trouw en wijsheid, heb ik een grotere last o
p me genomen dan ik begrijp dat ik
kan v erdragen.
Hoc onus
si vos aliqua ex parte allevabitis, feram(fut) ut potero studio et i ndustria, iudices;
Als j ullie d
eze l ast e
nigszins zullen verlichten, dan zal ik deze n
aar vermogen dragen met t oewijding
en enthousiasme, heren rechters:
sin a vobis -- id quod non spero -- deserar(fut), tamen animo non deficiam et id quod suscepi,
quoad potero, perferam.
Maar als ik door u - wat ik niet verwacht - in de steek zal worden gelaten , zal ik toch de moed niet
verliezen en dat wat ik op me heb genomen, z olang als ik het zal kunnen, zal ik uitvoeren.
Quod si perferre non potero, o pprimi me onere offici (Alliteratie benadrukt dat het de taak is van de
patronum om ondanks het gevaar te spreken) malo quam id quod mihi cum fide semel impositum est aut
propter perfidiam abicere aut propter infirmitatem animi deponere.
Maar indien ik het niet z al kunnen volbrengen, wil ik liever dat ik neergedrukt wordt door de last van
de taak, dan d at wat mij eenmaal in vertrouwen is opgelegd, of wegens trouweloosheid opgeven of
wegens zwakte van de geest n eerleggen. O
neris - onus - onere , feram ut potero - quaod potero
perferam - perferre non potero : extreme repetitio