Samenvatting Marketincommunicatie
Blok 2
Beschreven hoofdstukken zijn:
Hoofdstuk 5.2
Hoofdstuk 8.1, 8.2, 8.3
Hoofdstuk 10.2
Hoofdstuk 20
Hoofdstuk 21
Hoofdstuk 25
,Hoofdstuk 5
Deel 5.2 Betekenis voor de communicatieprofessional creatief denken en open innovatie.
De communicatieprofessional kan in organisaties op twee manieren innovatie bevorderen;
1. Creatief denken: innovatief denken met methodes als brainstorming, bisociatie,
lateraal denken en serious play of gamification.
2. Open innovatie: samenwerken met interne en externe stakeholders om elkaar met
wederzijds voordeel te helpen.
Creatief denken begint bij gemotiveerde medewerkers. Mensen komen in een flow tot
bijzondere resultaten. De communicatieprofessional kan hierbij vooral helpen door te
zorgen dat doelen in de organisatie helder zijn geformuleerd en dat leiding en medewerkers
begrijpen hoe feedback werkt.
Als medewerkers voldoende gemotiveerd zijn helpen de volgende methodes als
instrumenten om de creativiteit te stimuleren en daarmee innovatie vorm te geven;
1. (Halverwege vorige eeuw Alexander Osborn) Brainstorming; De sleutel naar succes is
om eerst alle kanten op te denken. Hoe creatiever hoe beter. In deze sessie is het
verboden om ideeën af te schieten. Pas in de convergentiefase is het afschieten van
ideeën weer welkom.
2. (Begin jaren 60-ig Arthur Koestler) Bisociatie; Creativiteit ontstaat door twee
onderwerpen die niks met elkaar te maken hebben met elkaar te verbinden.
Bijvoorbeeld een peer en een stoel. Het idee wat hieruit kan ontstaan is een zitzak in
de vorm van een peer.
3. (Eind jaren 60-ig Edward de Bono) Lateraal denken; een geestelijke houding om
ongewone oplossingen te vinden. Een voorbeeld is een ongekende situatie
voorstellen: Stel dat mobiele telefonie morgen gratis is (of juist onbetaalbaar) hoe
zou de wereld er dan uitzien?
4. (De jaren 90-ig Roos and Bart) Serious play en gamification; het idee dat mensen op
spelende wijze makkelijker omgaan met saaie of lastige uitdagingen.
Deze aanpakken helpen in crisissituaties waarin direct een oplossing nodig is. Om te zorgen
dat deze benadering aanslaat kan de communicatieprofessional het beste afstemmen met
de directie en de afdeling HRM.
Er zijn ook verschillende vormen van open innovatie. Dit zijn enkele voor- en- nadelen
hiervan;
Voordelen
, 1. Co-creatie (veel instructies, weinig uitnodigingen); gerichte samenwerking met
gekwalificeerde/ bekwame/ complementaire partners.
2. Prijsvraag (veel instructies, veel uitnodigingen); Brede ideegeneratie om probleem op
te lossen.
3. Ideeënbus (weinig instructies, weinig uitnodigingen); Betrokkenheid en kennisdeling
met direct belanghebbenden, met name medewerkers
4. Open source (weinig instructies, veel uitnodigingen); Vanuit bedrijf: nauw contact&
draagvlak met de markt. Vanuit de community: kans op goedkope en/of breed
gedragen producten/diensten
Nadelen
1. Co-creatie (veel instructies, weinig uitnodigingen); Arbeidsintensief; zorg voor
vertrouwelijkheid en eigendom idee.
2. Prijsvraag (veel instructies, veel uitnodigingen); Beperkt tot specifiek probleem en
minder kans op expertise.
3. Ideeënbus (weinig instructies, weinig uitnodigingen); Kleinere kans op
bedrijfsvreemde ideeën.
4. Open source (weinig instructies, veel uitnodigingen); Arbeidsintensief; afhankelijk
van vrijwilligers.
Hoofdstuk. 8
Deel 8.1 De betekenis van waarden.
Rokeach Waardenonderzoek (1968)
Maakt onderscheid tussen instrumentele waarden (zoals dapperheid, onafhankelijkheid en
verantwoordelijkheid) en terminale of eindwaarden (zoals vriendschap, liefde en respect).
Instrumentele waarden dienen om terminale waarden te realiseren.
,Waardenclustering van Schwartz:
1. Verandergericht: 100% stimulering, 100% zelfsturing, 50% hedonisme (genot)
2. Zelfoverstijging: 100% universalisme, 100% compassie
3. Behoudend: 100% veiligheid, 100% traditie
4. Zelfbevestiging: 100% macht, 100% resultaat, 50% hedonisme (genot)
,Het Waarden In Nederland (WIN)-model is een op waarden en sociodemografische
kernmerken gebaseerde segmentatie van de Nederlandse bevolking.
-Traditionele burgerij: 13%
-Nieuwe conservatieven: 8%
-Moderne burgerij: 22%
-Kosmopolieten: 13%
-Gemaks-georiënteerden: 10%
-Opwaartsmobielen: 15%
-Post-materialisten: 9%
-Post-moderne hedonisten: 10%
, De World Values Survey (WVS) is een not-for-profit project dat international geloof- en
waardepatronen van mensen onderzoekt. De analyse van data uit de WVS identificeert twee
kerndimensies van cross-culturele variatie in de wereld:
-Traditionele waarden
Hierbij staat het belang van religie, de relatie tussen ouders en hun kinderen, een autoritaire
samenleving en traditionele gezinspatronen centraal. Zij keuren echtscheidingen, abortus,
euthanasie en zelfmoord af.
Versus
-Seculier-rationele waarden
Hierbij zijn godsdienst, traditionele gezinspatronen en autoriteit minder belangrijk.
Echtscheidingen, euthanasie en zelfmoord worden geaccepteerd.
-Bestaanszekerheidswaarden (survival values) versus zelfexpressieve waarden (self-
expression values).
Betekenisladder (Jonathan Gutman (1982) (means-end-anlysis)
-Waarden: Een onderscheidend product vertegenwoordigt:
Eindwaarden: die mensen tijdens hun leven willen realiseren zoals; wijsheid, geluk en
vrijheid.
Instrumentele waarden: gedragsvormen die het bereiken van de eindwaarden mogelijk
maken zoals: liefde, eerlijkheid en logica.
-Betekenissen en consequenties: van een product of dienst hebben:
Psychologische betekenis: (effect hebbend op je geest en je omgang met mensen) zoals het
dragen van bepaalde kleding.
Functionele betekenis: levert een oplossing voor een probleem.
-Attributen: Kenmerken van een product of dienst die al dan niet tastbaar zijn:
Abstract: niet-tastbare kenmerken zoals; uitstraling, beschikbaarheid, kwaliteit.
Concreet: naam, logo, eigenschappen (vorm, kleur, opties, prijs, verpakking, merknaam).