CGO
- Verpleegkundig proces en PES
et verpleegproces bestaat uit zes stappen, deze wordt bij ieder patiënt in dezelfde
H
volgorde uitgevoerd. De stappen zijn:
1. Anamnese
2. (Verpleegkundig) diagnose
3. Doel
4. Planning interventie
5. Uitvoering interventie
6. Evaluatie
Met de PES-structuur (probleem, etiologie (mogelijke oorzaak) en symptomen) kan je een
patiëntenplan opzetten. Informatie uit de anamnese gebruik je om de PES in te vullen.
- Zorgaspect zuigelingen
Mictie: Hoeveelheid, kleur en geur van de urine is belangrijk
Defecatie: Kinderen die borstvoeding krijgen hebben vaker een vieze luier dan kinderen die
flesvoeding krijgen.
Slapen: Eerste maanden: slaapt ongeveer 16 uur gelijkmatig verdeeld over 24 uur.
Na 4 maanden slaapt een kind meestal ’s nachts door. Op eenjarige leeftijd: slaapt een kind
ongeveer 13 uur met 2 korte slaapjes overdag.
Huilen betekent honger, vieze luier of aandacht nodig (3 uur p/d bij jonge zuigeling)
Tanden: Krijgt eerste tanden na 5 maanden
Fontanel: Grote fontanel sluit na 1 à 2 jaar. Kleine na 6 weken.
,- Hechting
- Gezinsvormen
Eenoudergezinnen: Alleenstaande ouder zijn is soms een bewust keuze, maar vaak het
gevolg van een scheiding en soms van het overlijden van de andere ouder.
- Als alleenstaande ouder heb je recht op toeslagen bovenop de kinderbijslag.
- Eenoudergezinnen kunnen in aanmerking komen voor een sociale huurwoning.
Nieuw samengesteld gezin: Wanneer twee personen een nieuwe relatie aangaan, meestal
na een scheiding, en minstens één van de partners heeft al minstens één kind uit een vorige
relatie.
Pleeggezin: Hier worden kinderen of volwassenen opgevangen die door een ernstig
probleem niet in het eigen gezin of zelfstandig kunnen wonen.
- Als pleegouder ontvangt u een vergoeding van de overheid: de pleegvergoeding. Dit
is een vast bedrag per dag dat bedoeld is voor kosten die u maakt voor uw
pleegkind. De hoogte van deze vergoeding hangt af van de leeftijd van het pleegkind.
Adoptiegezin:
- Adoptieouders die interlandelijk een kind hebben geadopteerd, krijgen onder
voorwaarden een tegemoetkoming in de kosten.
- Werknemers die een adoptiekind of een pleegkind in huis nemen, hebben recht op
verlof en een uitkering tijdens het verlof. Dit duurt maximaal 6 weken.
- Richtlijn JGZ
Basispakket
- Monitoren en signaleren
- Inschatten van zorgbehoeften
- Screening en vaccinatie
- Voorlichting, advies, instructie en begeleiding
- Beïnvloeding gezondheidsbedreiging
- Zorgsysteem, netwerken
Consultatiebezoeken
- Landelijk basisaanbod: periodieke controle (jeugdarts en -verpleegkundige)
- Op indicatie uitgebreide onderzoeken.
- Doel: vroegtijdig opsporen van somatische en psychosociale aandoeningen.
,Huisbezoeken
- Doel huisbezoek
- Goede start maken van zorgverlening
- Kennismaking gezin met JGZ en jeugdverpleegkundige
- Vertrouwen als basis
- Uitnodigen voor consultatiebureau bezoeken/wegwijs maken/verwachtingen
bespreken.
- Observatie/risico-inschatting/vroege diagnose/hulpbehoeften vaststellen.
- Voorlichting, advies (zelfmanagement)ondersteuning en zo nodig verwijzen.
- Preventie
- Zuigelingenvoeding
Borstvoeding is altijd de beste voeding voor kinderen tot ongeveer 2 jaar oud, maar
flesvoeding is niet slecht.
Vanaf 4 maanden kunnen kinderen beginnen met groente en fruitpapjes (liefst geen potje).
Vanaf 6 maanden kan je beginnen met brood met een beetje boter (liefst geen zoetigheid)
geven. Tussen 6 en 9 maanden wordt vast voedsel aangeboden (kleingesneden of geprakt).
Na 12 maanden kunnen kinderen mee eten met de rest.
- Anamnese
Het verpleegproces bestaat uit zes stappen, deze wordt bij ieder patiënt in dezelfde volgorde
uitgevoerd. De stappen zijn:
1. Anamnese
2. (Verpleegkundig) diagnose
3. Doel
4. Planning interventie
5. Uitvoering interventie
6. Evaluatie
- Gezondheidspatronen van Gordon
1) Patroon van gezondheidsbeleving en -instandhouding
Het patroon van gezondheidsbeleving en -instandhouding omvat wat de patiënt van zijn
gezondheid en welzijn vindt en hoe hij voor zijn gezondheid zorgt.
2) Voeding/stofwisselingspatroon
Denk hierbij aan individuele eet- en drinkpatronen, de dagelijkse eettijden, soorten en
hoeveelheden geconsumeerd vocht en voedsel en het gebruik van voedings- en
vitaminesupplementen.
3) Uitscheidingspatroon
Dit patroon omvat de uitscheidingsfunctie van darmen, blaas en huid.
4) Activiteitenpatroon
Het activiteitenpatroon omvat het geheel van lichaamsbeweging, activiteiten, ontspanning,
recreatie en vrijetijdsbesteding.
5) Slaap/rustpatroon
Dit patroon omvat het patroon van perioden van slaap, rust en ontspanning verspreid over
het etmaal.
, 6) Cognitiepatroon
Tot de cognitieve functies behoren waarnemen, informatie verwerken, leren, denken en
problemen oplossen. Ook zijn adequaatheid van zien, horen, proeven, voelen, ruiken en
eventuele compensatiemechanismen of prothesen relevant.
7) Zelfbelevingspatroon
Het zelfbelevingspatroon betreft de wijze waarop iemand zichzelf ziet.
8) Rollen/relatiepatroon
Dit patroon omvat de belangrijkste rollen en verantwoordelijkheden van de patiënt in zijn
huidige levenssituatie en zijn familie-, gezins-, werk- en sociale relaties met de bijbehorende
verantwoordelijkheden.
9) Seksualiteit/voortplantingspatroon
Het seksualiteit/voortplantingspatroon omvat de seksuele relaties, seksualiteitsbeleving en
het voortplantingspatroon.
10) Stress verwerkings patroon
Het stressverwerkingspatroon omvat de wijze waarop iemand in het algemeen met
problemen en stress omspringt.
11) Waarden/overtuigingen patroon
Dit patroon omvat de waarden, normen, doelstellingen en overtuigingen waarop iemand zijn
keuzes en beslissingen baseert.
- Diversiteit, etnische, culturele en levensbeschouwelijke achtergronden en ideologische
overtuigingen
- Voeding in diverse culturen
De Surinaamse eetcultuur:
- Gebruik veel zout gebruikt
- Gebruik van ruime hoeveelheden olie of margarine
- Er wordt regelmatig vis gegeten. (gezond wegens omega-3 vetzuren)
- Er wordt veel witte rijst gegeten. (weinig vezels)
- Grotere hoeveelheden vlees dan in Nederland
- Er wordt weinig melk gedronken.
De Afrikaanse eetcultuur
- Ruim gebruik van zout
- Er wordt veel witte rijst gegeten
- Ruime hoeveelheid groente
- Gebruik van palmvet (verzadigd vet)
De Marokkaanse eetcultuur
- Ruim gebruik van olijfolie. (gezonde onverzadigde vetten)
- Dranken: muntthee met veel suiker, Marokkaanse koffie met veel suiker,
vruchtensap. Men gebruikt geen alcoholische dranken. (veel zoete dranken is veel
koolhydraten)