Dit is een compleet document met alle colleges en waar nodig aangevuld met het boek. Ik heb dit vak zelf afgesloten met een 7.8. Ik denk dat dit een compleet document is om een tentamen mee te kunnen halen
1e toets: 40 mc leerstof tot en met spiercontractie
2e toets: 50 mc + 5 essay leerstof: alles
College 1 Membraanpotentialen (5 februari 2018)
Membraan: bestaat uit teen dubbele lipidelaag met hydrofiele koppen naar buiten en
hydrofoob uit de binnenkant. Ionen kunnen er niet zomaar doorheen. Ionen diffunderen
door water gevulde poriën (ionkanaal).
Hoe diffunderen stoffen door een membraan
Vetoplosbare deeltjes kunnen zo door een membraan heen
Gefaciliteerde diffusie => door middel een transporter, kost geen energie want gaat
met het gradient mee en kost geen energie.
Transporteiwit => pompt tegen de gradient in en kost energie.
Ionkanalen
Non-gated (lekkanalen, altijd open)
Gated (dicht tenzij…)
o Spanningsafhneklijk
o Transmitter geactiveerd
o Second messenger geactiveerd
o Mechanisch geactiveerd (zintuigen)
Binnenkant cel is negatief ten opzichte van de buitenkant (0) (-70 is normaal)
Depolarisatie: cel wordt minder negatief
Reporalisatie: gaat terug naar de rustwaarde
Hyperpolarisatie: cel wordt meer negatief
Natrium: buiten cel hoog binnen cel laag
Kalium: buiten cel laag, binnen cel hoog
Chloride: buiten cel hoog, binnen cel laag
Eiwitten: buiten niks, binnen hoog
Kalium: gaat volgens de concentratiegradiënt naar buiten en cel wordt steeds negatief en
gaat dan naar binnen volgens de elektrische gradiënt. Evenwicht kalium is ongv -90 mv. Als
een cel alleen kalium bevat dan is dat ook gelijk het rustmembraanpotentiaal.
Voor natrium geldt het omgekeerde: Enatrium: +40 Mv.
Zal denken de rustpotentiaal tussen die van Enatrium en Ekalium zit. Maar het
evenwichtspotentiaal zit veel dichter bij die van kalium omdat er veel meer lekkenalen (100x
zoveel) voor kalium zijn.
,Vergelijking van Nernst om evenwichtspotentiaal te berekenen (voor 1 ion)
Voor monovalent kation bij 37 graden
Ex= 61 Log (x buiten cel / x binnen cel)
Bij een kation zoals chloride draai de waardes om.
Goldman-Hodgkin – Katz vergelijking (voor hele cel)
Chloride speelt kleine cel omdat het evenwicht gelijk is aan het evenwicht van de cel.
Actieve natrium/kalium pomp
Er gaat continue een beetje natrium de cel in en kalium de uit. (lekkanalen) Met behulp van
natrium pompt hij natrium de cel uit en kalium de cel in.
Als je niks doet verwateren de verhoudingen van de ionconcentraties in de cel en gaat de
membraanpotentiaal na verloop van tijd naar nul (dood). Dit kan tegen gehouden worden
door de Na+/K+ pomp. Het is een enzym die ATP omzet in ADP, fosfaatgroep en energie. De
energie wordt gebruikt om Natrium de cel uit te pompen en Kalium de cel in. Als er meer
Natrium in de cel is dan pompt het even wat harder. Heel erg belangrijk!!!
Voorbeeld: roeiboot is niet waterdicht, als je gaat varen komt er steeds meer water in de
boot. Op een gegeven moment zink je. Dit kan je tegengaan door een pomp in de boot te
plaatsen die het water de boot uitpompt. Hoelang je kan blijven varen hangt af van de accu
van de pomp.
De evenwichtspotentiaal van Chloride is ongeveer -76 mV. Ten opzichte van Natrium en
Kalium mist er een pomp. Dus alleen bij een secundair actief transport speelt Chloride wel
een rol, anders niet. Maar het effect is niet groot want het zit al dicht bij de rustpotentiaal.
Bij een depolarisatie heeft Chloride wel een belangrijk effect, de instroom is dan heel sterk.
,Actiepotentiaal
Actiepotentialen zijn nodig voor het transport van een signaal binnen de cel. Bijna
alle neuronen hebben een actiepotentiaal. Bij een actiepotentiaal zijn het geen
lekkanalen meer maar spanningsafhankelijke kanalen
De spanningsafhankelijke natrium kanalen openen zich sneller dat de
spanningsafhankelijke kalium kanalen.
Na de activatie volgt tijdsafhankelijke inactiviteit van natriumkanalen.
Alles of niet wet
Kenmerkende regeneratieve natriumstroom tijdens een actiepotentiaal (positieve
feedback). Als je voldoende depolariseert gaat er meer natrium naar binnen en gaan
er nog meer natrium open en depolariseert hij nog meer. Het is een destabilisatie. De
positieve feedback wordt gestopt door de inactivatie.
Bij kalium is dat niet zo omdat kalium zorgt voor repolarisatie en dit is een remmend
effect.
Als je minder Kaliumkanalen zou hebben dan wordt de repolarisatie veel langer
(minder steil). Als je geen inactivatie hebt van de Natriumkanalen dan heb je geen
actiepotentialen, want dan repolariseert de cel niet meer (dood). Inactivatie kan je
niet verwijderen door de membraan te depolariseren, de membraan moet
repolariseren
Toxine tegen spanningsafhankelijke na kanalen: tetrodotoxine (TTX) => blokkeert
natriumstroom => geen actiepotentiaal
Refractaire periode
Na een actiepotentiaal lukt het niet om nog een actiepotentiaal op te wekken.
Een kanaal kan je niet openen tot dat de repolarisatie voorbij is. Je kan de drempel niet
halen omdat teveel natriumkanalen nog inactief zijn. Als je het membraan niet repolariseert
dat blijven ze inactief.
Drempel
Als de drempel niet wordt bereikt dat is er te weinig natrium instroom omdat de positieve
feedback niet genoeg gestimuleerd wordt. De natrium influx moet groter zijn dan de kalium
efflux. De drempel wordt hoger naarmate er meer natriumkanalen inactief zijn.
Een AP schiet door (voorbij de drempel) als de Natrium instroom groter is dan de Kalium
uitstroom. De drempel wil alleen zeggen: het is een depolarisatie waarbij je zoveel
Natriumkanalen opent dat de Natrium influx groter is dan de Kalium efflux. De drempel kan
men (theoretisch) verhogen door Natriumconcentratie extracellulair te verhogen waardoor
de drijvende kracht groter wordt en kan er door hetzelfde aantal kanaaltjes meer Natrium
naar binnen. Of Kaliumconcentratie extracelullair te verhogen
Voortgeleiding van een actiepotentiaal langs een zenuwcel
, Het stukje membraan naast de actiepotentiaal wordt gedepolariseerd waar de
actiepotentiaal opnieuw wordt opgewekt zonder zijn amplitude te verliezen (één richting).
Want aan de andere kant zijn de natriumkanalen inactief.
Myeline versnelt geleiding
Minder lekstroom (weinig atp nodig)
Een ander voordeel is dat er stukjes tussen de myeline zitten, de knoop van
ranvier, dat is de enige plek waar spanningsafhankelijke kanalen zitten, daar kan
de lading dus alleen naar buiten
Derde voordeel is dat een klein stukje membraan (de knoop) tot de
drempelwaarde krijgen veel minder lading vereist (slechts een paar ionen). Maar
de AP amplitude neemt daar niet af, ook niet bij het niet gemyeliniseerde
membraan
Er zijn ook aandoeningen (ongare kip) waardoor de myeline aangetast wordt.
Voortgeleiding van potentiaal langs membranen
Passieve voortgeleiding van onderdrempelige potentialen langs dendrieten:
amplitude neemt af.
Voortgeleiding van actiepotentialen langs ongemeyliseerd: amplitude neemt niet af
Snelle Voorgeleiding van actiepotentialen: amplitude neemt niet af
College 2 synaptische transmissie (7 feb 18)
Neuronmorfologie
Synapsen (transmissief deel)– axon(met knopen van ranvier)(conductief deel) -dendriet
(receptief deel)
Actiepotentialen worden opgewekt op de axonheuvel
In de axonen liggen microtubili (buisjes) die een soort rails vormen. Langs die rails worden
vesikels (blaasjes) getransporteerd. Tussen de blaasjes en de microtubili zitten
micromotortjes (kinesine). Anterograad transport is naar de synaps toe (zowel snelle als
langzame). Retrograad transport is terug naar het cellichaam.
Axonaal transport (verplaatsing van vooral eiwitten)
Antrograad: van cellichaam naar synaps
Snel (400mm/dag)
Langzaam (1mm/dag)
Retrograad van synaps naar cellichaam
200 mm/dag
Synaptische transmissie
Electrische synapsen
o Gap junctions: gladde spiercellen en hartspiercellen
Directe verbanding tussen cytoplasma van pre post synaptische cel
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper estherdecoo. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,89. Je zit daarna nergens aan vast.