Running head: MUZIEKONDERWIJS BIJ KINDEREN 1
Het effect van speciaal muziekonderwijs op de executive functioning bij kinderen
Naam: xxx
Studentnummer: xxx
Cursus: Onderzoekspracticum Experimenteel Onderzoek (PB0412)
Examinator: dr. R. Pat El
Inleverdatum: 31 December 2020
,Running head: MUZIEKONDERWIJS BIJ KINDEREN 2
Samenvatting
Eerder onderzoek wees uit dat sterk ontwikkelde executieve functies bij kinderen een
positieve invloed hebben op de leerprestaties op school. In dit onderzoek is gekeken naar
het effect van muziekonderwijs op deze executieve functies. Hierbij is onderscheidt gemaakt
tussen regulier muziekonderwijs (RMO) en speciaal muziekonderwijs (SMO). Daarnaast is
de invloed van de frequentie van de lessen onderzocht. De onderzoeksvraag luidt: ‘Is er een
verschil in het effect van RMO en SMO op executief functioneren van kinderen en welke rol
speelt de frequentie van het aangeboden onderwijs?’. De onderzoeksgroep bestond uit 700
leerlingen uit groep vier afkomstig van 40 verschillende basisscholen. Uit deze data is voor
deze studie een steekproef getrokken wat resulteerde in 430 kinderen verdeeld over zes
condities. De condities verschilden in frequentie (laag, midden en hoog) en type onderwijs
(RMO en SMO). Dit resulteerde in een quasi-experiment met een 2 x 3 factorieel design.
Voor en na de interventie werd bij alle kinderen het executief functioneren gemeten met
behulp van de Design Fluency test, Verbal Fluency test en Woordlijst Interferentie test.
Daarnaast werd IQ gemeten met de Woordenschat subtest en de Blokontwerp subtest van
de Wechsler Intelligence Scale voor kinderen. Met behulp van een Ancova werden de
uitkomsten van de manipulaties geanalyseerd. Hieruit bleek dat SMO in combinatie met een
hoge frequentie een positief effect heeft op het executief functioneren. Dit betekent dat
basisscholen SMO twee keer per week aan moeten bieden willen zij het executieve
functioneren en daarmee de leerprestaties van kinderen optimaal verbeteren.
, Running head: MUZIEKONDERWIJS BIJ KINDEREN 3
Het effect van speciaal muziekonderwijs op de executive functioning bij kinderen
Training in muziek speelt een rol bij de ontwikkeling van de executieve functies bij
kinderen (Jaschke, Honing, & Scherder, 2018; Joret, Germeys & Gidron, 2017; Roden,
Kreutz, & Bongard, 2012). Executieve functies hebben betrekking op een palet aan
vaardigheden (zoals plannen en zelfmonitoren), gedragingen en emoties (Diamond & Lee,
2011). Hoewel er nog veel discussie is over de precieze conceptuele definitie van dit begrip,
is er consensus over het belang van dit begrip voor het leren en de ontwikkeling van
kinderen, wat zich uit in een verbeterd cognitief en sociaal functioneren (Blair & Raver, 2015;
Diamond, 2016; Miyake et al., 2000).
Er zijn sterke aanwijzingen dat actieve participatie, zoals bewegen, vragen stellen en
actieve klassendiscussies de leerprestaties bevorderen doordat deze actieve participatie de
executieve functies verbeteren (Cavanaugh, Clemence, Teale, Rule, & Montgomery, 2017).
Dit heeft de afgelopen jaren geleid tot lesvormen waar leerlingen aangemoedigd worden om
meer te bewegen in plaats van stil te zitten, of om actiever bij de les betrokken te worden. Zo
is langzaam de vraag ontstaan in hoeverre muziekonderwijs in het bijzonder geschikt is om
de theorie te toetsen dat actieve participatie de executieve functies verbeteren. De
veronderstelling dat muziekonderwijs veelbelovend is voor de ontwikkeling van executief
functioneren is gebaseerd op het feit dat muziek verschillende relevante gebieden in het
brein activeert, inclusief de prefrontale cortex, die gelinkt is met executief functioneren
(Särkämö et al., 2014). Hoewel veelbelovend, is empirische ondersteuning voor een causaal
verband tussen muziek en executief functioneren nog zeer beperkt. Tevens zijn
generalisaties moeilijk te maken vanwege de grote diversiteit in de eerdere studies. Zo werd
muziektraining bijvoorbeeld geconceptualiseerd als instrumentele lessen (Joret et al., 2017),
vocale training (Bialystok & Depape, 2009), gestructureerd muziekonderwijs in school
(Jaschke et al., 2018) en als luisteren naar muziek (Moreno et al., 2011).
Voor zover bekend is bij studies naar muziektraining en onderwijs niet eerder een
interventie gedaan die plaatsvond in het reguliere schoolcurriculum. Een interventie die in het