Arresten en artikelen Materieel
Strafrecht
Week 1
Blackout-arrest
Wat zijn de relevante feiten?
Een automobiliste blijft op de linker weghelft rijden na het nemen van een flauwe bocht,
waardoor ze in een frontale botsing komt met een tegenligger, die verwond raakt. De
automobiliste heeft verklaard dat zij een blackout kreeg, waardoor de frontale botsing was
veroorzaakt. Vervolgd op grond van art. 6 WVW
Wat was het oordeel van het Hof?
Het Hof heeft bewezenverklaard dat de automobiliste aanmerkelijk en verwijtbaar
onvoorzichtig heeft gehandeld. Het hof heeft de verklaring van de verdachte dat zij een
blackout had, gebruikt om tot de verwijtbare aanmerkelijke onvoorzichtigheid te komen,
omdat de black-out voor haar rekening komt en haar is te verwijten.
Wat was het oordeel van de Hoge Raad?
Het bewezen verklaarde verkeersgedrag kan in beginsel verkeersschuld opleveren, behalve
als er omstandigheden zijn aangevoerd waaruit verontschuldigbare onmacht volgt. De HR
vond het onbegrijpelijk dat de black-out als reden voor schuld werd aangevoerd, omdat dit
niet met redenen is omkleed waarom de black-out wel voor schuld pleit en niet voor een
contra-indicatie (hier kan je wel spreken van aanmerkelijk onvoorzichtigheid, maar niet van
schuld omdat de verwijtbaarheid wegvalt). Vernietiging van uitspraak. Ten tweede oordeelde
de HR dat bij de beoordeling van verkeersschuld in de zin van art. 6 WVW, niet in zijn
algemeenheid kan worden gezegd of het begaan van één verkeersovertreding voldoende is
voor verkeersschuld. Daarom zijn bij de beoordeling van verkeersschuld alle gedragingen
van de verdachte relevant, met name de aard en de ernst hiervan, en alle overige
omstandigheden van het geval (zo levert een minderjarige bijzitter sneller schuld op, terwijl
een beetje te hard rijden minder snel schuld oplevert).
Hoe verhoudt het Blackout-arrest zich tot roekeloosheid?
Het Blackout-arrest geldt ook voor roekeloosheid. In de wetsgeschiedenis is hier ook
onterecht uitgegaan van het vereiste van meerdere gedragingen binnen art. 5a.
Artikel Blom
Wat zijn verschillende knelpunten die Blom ziet bij de nieuwe strafbepaling van
roekeloosheid?
Ten eerste is opzet op de verkeersgedraging moeilijk te bewijzen, waardoor er een extra
bewijsprobleem is ontstaan. Ten tweede is bij rijden onder invloed nog steeds sprake van
een mogelijke verdubbeling van de strafgrond op grond van art. 175 lid 3. Ten slotte stelt
Blom dat niet noodzakelijkerwijs de nieuwe eis tot meer veroordelingen leidt, wat wel de
bedoeling van de wetgever was.
, Week 2
HIV I
Wat zijn de feiten uit het HIV I-arrest?
Verdachte heeft onbeschermde seks gehad terwijl hij wist dat hij besmet was met het HV-
virus. Poging tot doodslag. De HR heeft de uitspraak vernietigd.
Wat oordeelde het Hof?
Het Hof oordeelde dat uit het feit dat de verdacte wetenschap had van de aanmerkelijke
kans, hij deze ook aanvaardt had, waardoor er vastgesteld kon worden dat de verdachte
bewust de aanmerkelijke kans op het gevolg had aanvaardt. Volgens het Hof was er sprake
van een aanmerkelijke kans, omdat er een kans op HIV-besmetting aanwezig was, en de
kans op verkomen van AIDS na de incubatietijd niet medisch zeker was.
Wat is volgens de HR in het HIV I-arrest het onderscheid tussen voorwaardelijk opzet
en bewuste schuld, en wat kan helpen bij de beoordeling hiervan?
Bij bewust schuld verwacht je niet dat een bepaald gevolg zou intreden, bij voorwaardelijk
opzet neem je de kans dat het bepaalde gevolg zou intreden op de koop toe.
1. Bij de beoordeling hiervan is in eerste instantie relevant de verklaringen van de
verdachte en getuigen, die inzicht kunnen geven over wat er ten tijde van het misdrijf
in de dader omging.
2. Als dit niet toereikend is, hangt het af van de omstandigheden van het geval. Hierbij
is van belang de aard van de gedraging en onder welke omstandigheden deze is
verricht
3. Zo stelt de HR dat sommige gedragingen naar hun uiterlijke verschijningsvorm
aangemerkt kunnen worden als zodanig gericht op een bepaald gevolg, dat het niet
anders kan dat de dader de aanmerkelijke kans heeft aanvaardt (zo is bij
geweldsdelicten de uiterlijke verschijningsvorm veel geweldadiger dan in deze casus,
waar het ging om seksuele drift).
4. Dit is behoudens contra-indicaties, wat inhoudt dat er bepaalde gedragingen kunnen
zijn verricht die bijvoorbeeld meer op bewuste schuld wijzen, zoals het afremmen
voor een aanrijding.
Hoe moet volgens de HR in het HIV I-arrest beoordeeld worden of er sprake is van een
aanmerkelijke kans?
Volgens de HR dat of een gedraging een aanmerkelijk kans in het leven roept, afhangt van
de omstandigheden van het geval, de aard van de gedraging en onder welke
omstandigheden deze gedraging is verricht. Hierbij is van belang dat de aanmerkelijke kans
niet afhankelijk is van de aard van het gevolg, en dat het een kans moet zijn die naar
algemene ervaringsregels aanmerkelijk is. Voor de beoordeling of de verdachte deze
aanmerkelijke kans op de koop heeft toegenomen, is van belang dat hij wetenschap had van
de aanmerkelijk kans, en dat hij dit bewust heeft aanvaard. Bij de enkele wetenschap van de
aanmerkelijke kans kan ook sprake van zijn bij bewuste schuld, waardoor het stappenplan
onder het vorige kopje gevolg moet worden (maar dan heeft de verdachte gedacht dat het
gevolg niet zou intreden en heeft hij deze kans dus niet aanvaardt).