In deze uitgebreide samenvatting komen alle hoorcolleges van het vak 'Stofwisseling en Endocrinologie' aan bod, onderverdeeld in de 16 thema's.
De inhoud is volledig, en uitleg wordt zo veel mogelijk aan de hand van illustraties en afbeeldingen gegeven.
Ook mogelijk als deal in combinatie met d...
HC’s Stofwisseling en Endocrinologie Willeke van den Boer
Hoorcolleges Stofwisseling en
Endocrinologie
Inhoud
Thema 1: het koolhydraat metabolisme ................................................................................................. 2
Thema 2: regulering van het lipiden metabolisme ................................................................................. 9
Thema 3 – eiwitstofwisseling ................................................................................................................ 17
Thema 4: metabole strategie ................................................................................................................ 22
Thema 5: voedingsaspecten koolhydraten en vet ................................................................................ 27
Thema 6: metabole adaptaties ............................................................................................................. 36
Thema 7 - nutriëntenvooziening .......................................................................................................... 42
Thema 8 – stoornissen in glucose- en vetstofwisseling ........................................................................ 47
Thema 9 – de endocriene pancreas; diabetes mellitus......................................................................... 56
Thema 9 – hypothalamus en hypofyse, endocriene klier-as................................................................. 62
Thema 10 – groeihormoon stoornissen ................................................................................................ 66
Thema 11 – stoornissen in de bijnierschorsfunctie .............................................................................. 70
hypercortisolisme (syndroom van cushing) ...................................................................................... 70
overige aandoeningen van de bijnierschors ..................................................................................... 77
Thema 12 – biosynthese van melk ........................................................................................................ 84
Thema 13 – Schildklierafwijkingen ........................................................................................................ 90
Hypothyreoïdie .................................................................................................................................. 90
Schildkliertumoren en hyperthyreoïdie bij hond en kat ................................................................... 96
Thema 14 – de calciumhuishouding .................................................................................................... 104
Melkziekte rund............................................................................................................................... 111
Thema 15 – reactiepatronen van endocriene organen....................................................................... 118
Thema 16 – de neurohypofyse en polydipsie en polyurie .................................................................. 120
1
,HC’s Stofwisseling en Endocrinologie Willeke van den Boer
Thema 1: het koolhydraat metabolisme
Mogelijkheden voor glucose:
- glycolyse → ATP
- pentose phosphaat pad → NADPH + ribose-5-P
- opslag in de vorm van glycogeen of vet
Na een maaltijd wanneer er hoge concentraties glucose in het bloed aanwezig zijn wordt het
opgenomen door de lever, daar omgezet naar G-6-P en (via G-1P en UDP-glucose) wordt het
ingebouwd in glycogeen. Het overschot aan glucose wordt vervolgens via Acetyl-CoA omgezet in TAG
dat de lever verlaat in VLDL’s richting het vetweefsel.
→ stimulatie door insuline
Tijdens vasten wordt glycogeen in de lever weer via G-1-P en G-6-P omgezet in glucose. Dit glucose
verlaat de lever naar andere weefsels toe. Ook wordt TAG afgebroken dat vanuit het vetweefsel
wordt aangevoerd door albumine, dit gaat via Acetyl-coA naar CO2.
→ stimulatie door glucagon.
Hoge glucose concentratie in het bloed
In spier en vetcellen: versnelling van het glucose-transport door celmembraan d.m.v. translocatie en
activering van GLUT-4 o.i.v. insuline
GLUT 4 zitten in de cel in membranen van vesicles en worden onder invloed van insuline, door een
conformatieverandering van GLUT-4, naar het celoppervlak gebracht waardoor glucose kan worden
opgenomen vanuit het bloed.
- dit gebeurt dus alleen na een maaltijd wanneer insuline is afgegeven!
2
,HC’s Stofwisseling en Endocrinologie Willeke van den Boer
Beta cellen van de pancreas:
Insuline wordt gemaakt en ligt klaar in vesicles, hoe weten de cellen wanneer het mag worden
afgegeven?
GLUT 2 receptor: wanneer glucose in hoge concentraties aanwezig is, kan het de cel binnen komen
door GLUT 2 (hoge KM, lage affiniteit). KM is de substraatconcentratie waarbij de halfmaximale
snelheid is bereikt; dus de concentratie van glucose waarbij de halfmaximale snelheid is bereikt is
veel lager.
Wanneer glucose de beta-cel binnen komt treedt glycolyse op waardoor ATP wordt gemaakt, als
reactie op het ATP worden K+ kanalen geblokkeerd. Omdat K+ ophoopt in de cel veranderd het
membraanpotentiaal en gaan Ca2+ kanalen open staan waardoor calcium (second messenger) de cel
in gaat. Door de gestegen calcium concentratie wordt insuline afgifte gestimuleerd.
.
Reactie op insuline: glycogeen opbouw
Glucose-6-P → Glucose-1-fosfaat, dit reageert met UTP tot UDP glucose. Vervolgens wordt UDP
verwijderd zodat de glucose aan glycogeen kan worden gezet.
3
, HC’s Stofwisseling en Endocrinologie Willeke van den Boer
Glycogeen is als korrels aanwezig in de cel. In het midden van de glycogeen bol is glycogenine
aanwezig: klein eiwit waarmee glycogeen begint.
Glucoses zijn in een rij aan elkaar veresterd (6-7)met Alfa-1,4-binding. Er moeten vertakkingen
gemaakt worden met het branching enzym; er worden alfa-1,6- bindingen gemaakt.
Dus branching: een stuk van circa 7 glucose-eenheden verplaatst naar de 6-OH groep van een
glucose-residu van dezelfde of naburige keten.
Gevolgen van branching:
1. Glycogeen wordt beter oplosbaar
2. Er ontstaan veel meer eindstandige glucose residuen; er kan op meer plekken tegelijk
gesyntetiseerd en afgebroken worden
Glycogeen afbraak:
- phosforylase, transferase, alfa-1,6-glucosidase
Fosforylase knipt de uiteinden van glycogeen tot glucose-1-P.
Fosforylase kan niet meer verder als er nog 4 glucoses aanwezig zijn.
Transferase is eerste debranching enzyme: de laatste drie glucoses worden verplaatst waardoor er
nog 1 aanwezig blijft.
Alfa-1,6-Glucosidase is het tweede debranching enzyme; kan de laatste gebranchte glucose
verwijderen, deze komt ook vrij als glucose en niet als glucose-1-P!
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper willekevdboer. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,89. Je zit daarna nergens aan vast.