LEERDOELEN CRISISBEHEERSING
Veiligheidsregio’s spelen een belangrijke rol bij het verminderen van de impact en alle
maatregelen van risicobeheersing op dat vlak.
De vorming van de veiligheidsregio’s was er juist op gericht bovenlokale (en dus ook
bovenregionale) rampen en crises beter te kunnen managen (coördinatiemechanismen) om
daarmee de omvang van een ramp of crisis te beperken.
De veiligheidsregio’s spelen een belangrijke rol bij de risico-informatie richting de bevolking
en bij het betrekken van de burgers bij grotere calamiteiten en crises (bevorderen van
redzaamheid).
De veiligheidsregio’s spelen een rol bij het bijeenbrengen van partners uit diverse sectoren
rondom de risicobeheersing.
Veiligheidsregio’s hebben nadrukkelijk een rol bij de advisering in het kader van de
ruimtelijke omgeving.
JE KENT DE WETTELIJKE TAKEN VAN DE VEILIGHEIDSREGIO INZAKE
CRISISBEHEERSING.
• De veiligheidsregio
o De Wet veiligheidsregio’s (Wvr) die op 1 oktober 2010 in werking trad,
introduceerde de veiligheidsregio als een bestuurlijk orgaan dat (met
gemeenten en het Rijk) verantwoordelijk is voor de rampenbestrijding en
crisisbeheersing.
o De juridische grondslag van een veiligheidsregio is een (verplichte)
overeenkomst tussen gemeenten om een aantal taken op het terrein van de
rampenbestrijding en crisisbeheersing gezamenlijk – in regionaal verband – te
organiseren. In totaal zijn er in Nederland 25 veiligheidsregio’s.
• Bestuur van veiligheidsregio
o Bestaat uit burgermeesters van gemeenten in de betreffende regio en wordt in
principe voorgezeten door de burgemeester van de grootste gemeente.
o De burgermeesters vertegenwoordigen in het bestuur hun gemeente en
moeten aan hun gemeenteraad verantwoording afleggen over wat zij in het
kader van de veiligheidsregio doen.
• Multidisciplinaire samenwerking van veiligheidsregio
o Binnen de veiligheidsregio is de organisatie van de brandweer ondergebracht
en vaak ook die van de geneeskundige hulpverlening.
o Er zijn via allerlei afspraken contacten met andere relevante organisaties,
bedrijven en instellingen, zoals met de politie, maar ook met de
waterschappen, Defensie en NVWA, het RIVM, Rijkswaterstaat,
nutsbedrijven, de NS etc.
o Een cruciale rol van de veiligheidsregio is het smeden van al deze relaties om
ten tijde van een crisis de samenwerking zo goed mogelijk te laten verlopen.
o Het streven is te komen tot een multidisciplinaire samenwerking, in de eerste
plaats tussen de crisispartners (politie, geneeskundige diensten, brandweer
, en gemeenten), maar ook met de brede schil van potentieel betrokken
organisaties.
• De taken van de veiligheidsregio zijn vastgelegd in artikel 10 van de Wvr. Een
veiligheidsregio is onder meer verantwoordelijk voor:
o Een inventarisatie van de risico’s van branden, rampen en crises.
o De voorbereiding op de bestrijding van branden en de organisatie van de
rampenbestrijding en crisisbeheersing.
o Het in stand houden van een brandweer.
o Het in stand houden van een Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de
Regio (GHOR) die zorg draagt voor de coördinatie, aansturing en regie van de
geneeskundige hulpverlening en de advisering van andere overheden en
organisaties op dat gebied.
o Het voorzien in de meldkamerfunctie.
• Risico-inventarisatie
o Wordt gebruikt om reëel de kans op een ramp of crisis en wat de gevolgen
ervan zouden (kunnen) zijn, worden mogelijke risico’s of bedreigingen
geïnventariseerd.
o Verschillende departementen doen dit voor hun beleidsterrein, de
veiligheidsregio’s voor de risico’s binnen hun grenzen.
o Het nationaal Veiligheidsprofiel onderscheidt de Nederlandse vijf vitale
belangen:
• Twee instrumenten voor inventarisatie en analyse van risico’s:
1. Nationaal Veiligheidsprofiel (NVP)
o Voor het maken van veiligheidsbeleid en het nadenken over het versterken
van bepaalde capaciteiten waarmee we risico’s kunnen beheersen, heeft de
Nederlandse overheid behoefte aan overzicht van en inzicht in de risico’s van
verschillende rampen, dreigingen en crises.
, o Eens in de vier jaar brengt de rijksoverheid een NVP uit en is primair bedoeld
voor de Nederlandse overheid, in het bijzonder de Stuurgroep Nationale
Veiligheid (SNV).
o Het NVP bevat een all-hazard overzicht van alle belangrijkste risico’s voor de
nationale veiligheid en deze worden geclusterd in thema’s.
o Het NVP wordt opgesteld door het ANV: een kennisnetwerk met een vaste
kern van zes organisaties (het RIVM, TNO, de AIVD, het Instituut Clingendael,
het Institute of Social Studies en het WODC) en een daaraan verbonden ring
van organisaties zoals kennisinstellingen, veiligheidsregio’s en andere
overheidsdiensten, bedrijven en onderzoeksbureaus.
2. Regionaal risicoprofiel (RRP)
o Valt onder de taken van een veiligheidsregio -> op grond van de Wet
veiligheidsregio’s (Wvr).
o Eens in de vier jaar wordt het RRP vastgesteld en omvat een overzicht van de
potentiële risico’s binnen de veiligheidsregio en een analyse waarin de weging
van de risico’s en een inschatting van de gevolgen zijn opgenomen.
o RRP-en en NVP zijn gebaseerd op de NRB methodiek (nationale risico
beoordeling).
o RRP bestaat uit (art. 15 Wvr):
▪ Een overzicht van risicovolle situaties binnen de regio die tot brand,
ramp of crisis kunnen leiden.
▪ Een overzicht van de aard, omvang en effecten van soorten branden,
rampen en crises die zich in de regio kunnen voordoen.
▪ Een analyse waarin weging en inschatting van gevolgen van soorten
branden, rampen en crises zijn opgenomen.
o In de huidige vorm is het RRP gebaseerd op de landelijke handreiking uit
2009. In de handreiking staat dat het risicoprofiel een antwoord geeft op de
volgende basisvragen:
▪ Wat kan mij overkomen?
• Risicobronnen tot 15 km van de regiogrens worden
meegenomen in de inventarisatie
▪ Hoe erg is dat?
• Alle geïnventariseerde risico’s worden beoordeeld op basis van
impact en waarschijnlijkheid -> incidentscenario’s worden
uitgewerkt.
▪ Wat wordt er al aan gedaan?
• De capaciteitenanalyse geeft vervolgens antwoord op de vraag
wat er reeds gebeurt om deze risico’s te beheersen en wat er
nog meer gedaan zou kunnen worden om genoemde risico’s
tegen te gaan.
▪ Wat kunnen we nog meer doen?
o Doel van de landelijke handreiking is dat de geïnventariseerde gegevens in de
risicoanalyses op dezelfde manier worden beoordeeld, vergeleken en
geïnterpreteerd. Een uniforme aanpak is een belangrijke randvoorwaarde voor
regio’s om de inspanningen op elkaar te kunnen afstemmen en voor de
Rijksoverheid om regie te kunnen voeren op de nationale veiligheid. De
, landelijke handreiking sluit daarom aan op de NRB methode. Hierdoor is er
methodisch een verband gelegd tussen nationale en regionale analyses.
o Eén van de aspecten in de NRB methodiek is de ‘all hazard approach’.
Daarmee wordt aangesloten bij de verbreding van rampenbestrijding naar
crisisbeheersing. Het methodiekboek van de landelijke handreiking laat het
aan de veiligheidsregio’s om te kiezen welke crisistypen zij opnemen in hun
profiel.
• Toezicht -> De Inspectie Veiligheid en Justitie ziet toe op de kwaliteit van de
veiligheidsregio’s.
o Hoe presteren ze op belangrijke onderdelen van de rampenbestrijding als de
organisatie (of inrichting van de hoofdstructuur), alarmering en opschaling en
informatiemanagement?
▪ Dit doet de Inspectie onder meer door eens in de drie jaar de Staat
van de rampenbestrijding uit te brengen.
▪ Daarin geeft zij op basis van de regionale risicoprofielen en
crisisplannen en evaluaties van zogeheten systeemoefeningen en
grote incidenten een oordeel over de multidisciplinaire taakuitvoering
door de veiligheidsregio’s.
JE KUNT DE VERSCHILLENDE ACTOREN BENOEMEN DIE EEN ROL KUNNEN
SPELEN BIJ DE REGIONALE CRISISBEHEERSING EN KAN UITLEGGEN VIA
WELKE AFGESTEMDE PROCESSEN DEZE SAMEN WERKEN.
Elke actor is verantwoordelijk voor verschillende processen in de rampenbestrijding en
crisisbeheersing. De beschrijvingen van de processen van de politie, bevolkingszorg, GHOR
en brandweer vormen het kader waarbinnen de actoren hun taak uitvoeren.
Ondersteunende processen zijn multidisciplinaire processen, die bij elk van de actoren
terugkomen. Hierbij gaat het om logistiek, bijstand, zorg voor personeel
(resourcemanagement) en informatiemanagement.
• Resourcemanagement
o Is van groot belang bij rampen crisis die langer duren, omdat bij langdurige
inzet de beschikbare mensen en middelen ‘uitgeput’ zullen raken.