Aantekeningen Colleges Literaire Canon
College 1
Canonvorming
- Selectie- en combinatieprincipes
- Argumenten en autoriteiten (prijzen)
- Consensus (overeenstemming) en conflict
- Instrumenten
- Functies
Literaire canon = verzameling van literaire werken, die in een samenleving als waardevol
erkend worden, en die dienen als referentiepunten in de literatuurbeschouwing in onderwijs
- Stabiel, maar niet onveranderlijk
- Virtueel – geen officiële lijst op papier
- Selectiecriteria blijven vaak impliciet
- Vaak nationaal georiënteerd
Hoe komt een canon tot stand? – 2 visies
1. Traditioneel: het beste wat een cultuur heeft voortgebracht
2. Constructivistisch: canonisering is een sociaal proces
a. Rol van instituties (onderwijs, uitgeverijen, critici) -> institutionele visie
b. Ideologische vooronderstellingen
c. Machtsspel
- Pierre Bourdieu: Franse socioloog, bedacht notie van het literaire veld
- Gate-keepers: schrijvers, uitgevers, critici, historici, docenten, politici
Spanningsveld: verandering versus continuïteit
- Continuïteit: vaste lijst van werken
- Verandering: de lijst is historisch gegroeid
De Nederlandse literaire canon
- 19e eeuw: institutionalisering van de canon
o Nationalisme
o Ontstaan van de neerlandistiek als vakgebied
o Verheerlijking Gouden Eeuw
- Vanaf ca. 1970: kritische geluiden
, Het sonnet en petrarkisme
Periodisering
- 1150-1500: Middelnederlandse letterkunde
- 1500-1830: Vroegmoderne Nederlandse letterkunde
o 1500-1650: Renaissance
o 1650-1700: Barok / Vroege Verlichting
o 1700-1830: Verlichting
- 1830-heden: Moderne letterkunde
Er was geen eenheid / overheid / kranten, dus geen literaire canon
Vroegmoderne canon: het literair triumviraat
- Pieter Cornelisz Hooft (van adel)
- Caspar Barlaeus (hoogleraar)
- Constantijn Huygens (secretaris van stadhouder)
Hoge opleiding, status, afkomst, financieel geregeld
Bronnen
- Klassieke oudheid
- Bijbel en theologie
- De Italiaanse en Franse renaissance
Genres
1. Epos (heldendicht)
2. Drama: tragedie, komedie, klucht, pastorale
3. Lyriek: leerdicht, lofdicht, sonnet, lied, epigram
4. Proza: geschiedschrijving, didactiek, reistekst, roman
Francesco Petrarca (1304-1374)
- Gedichten schrijven in Italiaans -> humanistisch
- Klassieke heidense bronnen
o Epische grandeur, ambiguïteit, publieke zelfbevestiging, zelfreflectie
- Beklimming van de Mont Ventoux (‘begin Renaissance’)
o Klassieke bronnen in verband brengen met christelijke bronnen
o Zelfreflectie, kijken naar schoonheid van jezelf
o Humanisme; de mens/God staat centraal
Waarom past het sonnet bij de Renaissance?
- Thematiek: liefde, geloof, dichtkunst
- Conflicten