In het document staat bewegingsanalyse en alles over de spieren en de botten. Botten hoe ze zijn opgebouwd. Spieren die bij welke beweging horen en wat ze doen.
Bewegingsanalyse van de squat. Externe moment bepalen door aan touwtje te trekken tussen LZP en
steunvlak. Altijd eerst LZP bepalen bij bewegingsanalyse.
Gewricht Beweging M. extern M. intern Spieren Contractievorm
BSG Dorsaal flexie Dorsaal Plantair M. Soleus en M. Excentrisch
flecterend flecterend Gastrocnemius
Knie Flexie Flecterend Extenderend Quadriceps Excentrisch
Femoris
Heup Anteflexie Anteflecterend Retroflecterend Gluteus Maximus, Excentrisch
Biceps Femoris,
Semitendinosus en
Semimembranosu
s
Schouder Anteflexie Retroflecterend Anteflecterend M. Biceps brachii Concentrisch
Waarom moet het bovenlichaam naar voren bewegen bij deze squat? Zodat het LZP boven het
steunvlak hangt en je dus in evenwicht blijft.
Bij welke uitvoering van de squat zou je het bovenlichaam rechtop kunnen houden? Als je knieën
voorbij je tenen reiken, als je met je rug tegen een muur gaat staan of als je op 1 been squat met het
andere been naar voren. LZP moet boven steunvlak blijven.
De zwaartekracht levert bij het plaatje hierboven het externe moment. Project Fz moet binnen het
steunvlak vallen als er sprake is van een (stabiel) evenwicht. Het LZP bevindt zich in de anatomische
houding 2 cm onder de navel. Deelzwaartepunten (DZP) van armen en benen bevinden zich op 4/9 e
afstand van het proximale gewricht. Bij arm dus net boven elleboog (schouder is daar proximale
gewricht). DZP van de romp bevindt zich ter hoogte van je BH-beugel. DZP van je hoofd bevindt zich
in het midden van je hoofd.
Fz= massa x 9,81 (afgerond: massa x 10). Massa is je gewicht. Als je 60 kg weegt, trekt de
zwaartekracht met 600 Newton aan je lichaam.
,Opgaande fase van de squat:
Gewricht Beweging M. Extern M. Intern Spieren Contractievor
m
BSG Plantair Dorsaal Plantair Soleus en Concentrisch
flexie flecterend flecterend Gastrocnemius
Knie Extensie Flecterend Extenderend Quadriceps Concentrisch
Heup Retroflexi Anteflecterend Retroflecteren Gluteus Maximus, Concentrisch
e d Semimembranosus
, Semitendinosus
en Biceps Femoris
Schoude Retroflexi Retroflecteren Anteflecterend M. Biceps brachii Excentrisch
r e d
Moment: M= F x d. d= momentsarm (= kortste afstand tussen draai-as en werklijn van de kracht).
Momentsarm wordt weergegeven in meters. Het Moment in Newtonmeter (Nm) en F in Newton (N).
Moment is het effect van een kracht. Dit is altijd een draaibeweging om een as.
Contractievormen:
- Statisch: geen beweging in het gewricht: m. Intern= m. Extern
- Concentrisch: overwinnend. M. Intern wint van M. Extern
- Excentrisch: meegevend. M. Intern verliest van M. Extern. Het interne moment remt het
externe moment af.
Concentrische en excentrische contacties worden ook wel dynamische contracties genoemd (omdat
er beweging te zien is).
Verschillende manieren van squaten:
Welke manier is het meest belastend voor de knie? Om dit te bepalen kijken we naar het externe
moment. Stap 1: plaats het DZP van romp-hoofd-armen-bovenbenen in het plaatje. Stap 2: teken de
werklijn van de zwaartekracht. Stap 3: Bepaal de momentsarm. Bij het middelste plaatje is de
, momentsarm (tussen Fz en draai-as gewricht) het grootst dus dat is het meest belastend voor de
knie. Meest rechter plaatje het zwaarst voor de bilspieren want daar is de momentsarm tussen Fz en
de heup het grootst.
Welke passieve structuren, in de knie, worden belast bij het squaten? Achterste gedeelte van menisci
en kruisbanden. Dus naast de quadriceps worden ook andere delen belast. Is een van deze manieren
fout? Waarom? Nee, met een gezond lichaam kun je op alle 3 de manieren squaten. Het gaat pas mis
als je bijvoorbeeld al blessures aan de knie hebt of de knie gaat overbelasten.
M. Tensor fasciae latae
- Origo: spina iliaca anterior superior (onderdeel van het os ilium). Sartorius zit hier ook aan
vast.
- Insertie: Tibia
- Functies: anteflexie, abductie en endorotatie in het heupgewricht
Tensor= spannen. Fasciae latae= spanner van bindweefsel in
bovenbeen.
Tractus Iliotibialis
Loopt van Os Ilium naar tibia.
Verdikking van de M. Tensor
fasciae latae. Tractus= vezelbundel.
Levert stabiliteit aan de buitenkant
van de knie.
Septum intermusculare femoris laterale
Bindweefselschotje. Je ziet op die plekken een inham zoals bijvoorbeeld bij het femur of de tibia. Zit
tussen spieren zodat spieren goed naast
elkaar kunnen bewegen. Het is niet
elastisch bindweefsel.
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper maritboerop. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €3,99. Je zit daarna nergens aan vast.