HOORCOLLEGE I
Deel 1: Kennisclips
INTRODUCTIE
Alle hoofdstukken vh boek zijn tentamenstof!
Opbouw AP cursus:
volgens boek opbouw.
Kennisclips + online hoorcollege → vormen 1 college.
4 werkgroepbijeenkomsten → staat opdracht centraal
MC tentamen → hoogstwaarschijnlijk online.
Toetsing:
- aanwezigheid en actieve deelname werkgroepen
- Tentamen (60%): alle hoofdstukken uit boek + stof uit hoorcolleges
- Groepsopdracht (40%): Schrijven artikel (35%) + Presentatie (5%)
WAT IS ARBEIDSPSYCHOLOGIE?
Wat is A&O psychologie?
(arbeid is onderdeel)
Een A&O psycholoog houdt zich bezig met menselijk gedrag in de context van werk en
organisatie
,→ toepassing én onderzoek (scientist practitioner;) (dus praktisch of theoretisch). Scientist
practitioner = a&o psychologen moeten niet alleen beschikken over adequate bijzondere
expertise die ze hebben opgedaan tijdens opleiding/ervaring, maar ze zijn tegelijkertijd ook
wetenschappers; weet gebruik te maken van wetenschappelijke kennis en inzichten op
gebied van a&o en deze ook zelf weet te genereren. (wel lastig door gebrek aan tijd)
De opleiding (en beroepsveld) bevat 3 deelgebieden:
- Organisatiepsychologie → richt zich op het gedrag van medewerkers in relatie tot
elkaar en tot het grotere systeem dat men de organisatie noemt.
Belangrijke onderwerpen:
Communicatie, besluitvorming, macht, leiderschap, samenwerking, conflict,
organisatiecultuur, organisatiestructuur, organisatorische verandering.
- Personeelspsychologie (HRM) → betreft het verband tussen een persoon en de
organisatie, in het bijzonder: de totstandbrenging vd arbeidsverhouding (instroom;
werving en selectie) + de ontwikkeling (doorstroom; hoe houd je je medewerkers
gemotiveerd / training / opleiding) + de beëindiging (uitstroom; hoe werknemer en
werkgever op goede manier afscheid kunnen nemen)
Belangrijke onderwerpen:
Werving en selectie v personeel, competenties en ontwikkeling v personeel,
carrièreontwikkeling, beloning, training en opleiding
Kernvraag: Hoe zorg je ervoor dat de taak door de juiste persoon (met de juiste kennis,
vaardigheden, motivatie..) wordt uitgevoerd?
- Arbeids Psychologie
Belangrijke onderwerpen:
taakontwerp, arbeidstijdregelingen, prestaties, fouten ongelukken voorkomen, inspanning en
herstel, vermoeidheid en welzijn, motivatie
AP IN HISTORISCH PERSPECTIEF
Definitie werk verschilt heel erg onder wetenschappers. In het boek wordt het als het
volgende gedefinieerd:
Werk/Arbeid = gecoördineerde, doelgerichte activiteiten die uitgevoerd worden in ruil voor
iets (meestal geldelijke beloning). Dus 3 kernelementen:
- Doelgericht; taken gericht om bepaald resultaat teweeg te brengen bijv produceren
goederen
- Gecoördineerd; om doel v werk te bereiken doen werknemers niet zomaar iets,
gebruiken vaak regels of protocollen, gereedschap etc. Zonder deze coördinatie is
het lastig om dit doel te bereiken.
- Ruil; werk wordt uitgevoerd in ruil, krijgen voor werk wat terug. Meestal is dit salaris.
Maar bijv bij vrijwilligerswerk kan opbrengst ook zingeving zijn of voldoening.
Hierdoor kan vrijwilligerswerk dus ook als werk worden beschouwd.
,Functies van werk
Werkenden zijn over het algemeen ‘beter af’ dan werklozen (cf Wanberg, 2012) → bijv dingen als
depressie en angstklachten, zelfmoordneigingen, mobiliteitscijfers en soms ook risico gedrag
(roken, drinken) hoger liggen en meer voorkomen onder werklozen. Ook blijken werkenden
vaak tevredener met het leven.
Wel belangrijk, het is beide kanten op: slechte gezondheid kan leiden tot werkloosheid, en
werkloosheid kan leiden tot slechte gezondheid.
Hoe kan het zijn dat werken over het algemeen positievere gevolgen heeft? Werk heeft
verschillende functies:
- Structuur (bijv als je werkloos bent hoef je geen wekker te zetten)
- Sociaal contact (bijv geen moeite te doen om mensen te spreken/ontmoeten)
- Gezamenlijk doel (bijv vaak werk je in werksetting met collega’s voor gezamenlijk
doel)
- Identiteit, status (geeft /draagt bij aan identiteit en status)
- Regelmatige activiteit (er wordt bepaalde inspanning activiteit van je gevraagd;
draagt bij aan structuur en bepaald activiteitenniveau
(Uit Jahoda, 1982)
Geschiedenis van de arbeidspsychologie:
Historische Wortels (oude grieken en Romeinen)
Rond 1500 → wo van arbeid ontstaat: occupational medicine (bedrijfsgeneeskunde) de
eerste onderzoeken gefocust op werk mijnbouw en de ziektes bij mijnwerkers.
Rond 1800 Work Psychology → eerste Industriële revolutie bracht verandering in aard vh
werk, organisatie en het denken over werk. Ontstond fabrieken dus werd op veel grotere
schaal gewerkt, werkgelegenheid groeide enorm, maar omstandigheden waren slecht.
Door slechte omstandigheden en andere ontwikkelingen → nieuwe stromingen over denken
over werk en organisatie van werk. → focus kwam op werk efficientie
Twee belangrijke stromingen:
- Taylorisme (1910-1930)
- Human relations (1930-....)
- Human factors (...-1990)
2000 - heden → positieve psychologie; aandacht verlegd van vooral voorkomen van ziektes
en ziekteverzuim en gezondheid naar vooral stimuleren, bevorderen en optimaliseren van
motivatie en gezondheid van werknemers. Onderwerpen al werkbevlogenheid en flow raken
in belangstelling.
Taylorisme (20e eeuw) (scientific management)
→ Productiviteit arbeiders kan opgevoerd worden door het zo efficiënt mogelijk maken van
de arbeidstaken.
Overtuiging: meeste arbeiders zijn lui en dom. Daarom productiviteit lager. Had dus geen zin
om te focussen op optimale match tussen werknemer en taak.
Oplossing voor de domheid:
- Maak taken zo simpel mogelijk
- Stel vast wat de beste manier is om taken uit te voeren
, - Train arbeiders tot ze die beste manier beheersen (in zo’n kort mogelijke tijd)
- Laat ze niet nadenken over de uitvoering van deze taken: het zijn radertjes in de
machine.
- Selecteer de beste werknemers voor een bepaalde taak.
Oplossing voor luiheid:
- Prestatie/stukloon; werknemers betalen adhv hun productiviteit
- Veel controle
Standaardisatie & efficiëntie als kernbegrippen.
Begrippen als kwaliteit arbeid, motivatie, plezier, werkbevlogenheid niet van toepassing.
De Human Relations-beweging
- Elton May (1933) ‘Human problems of industrial civilisations’ → arbeiders verloren
door focus efficiëntie hun plezier in werk en hun motivatie en zorgde voor verveling
Taken moeten uitgebreider → niet alleen uitvoerende, maar ook controlerende en
voorbereidende taken.
→ door betrokkenheid bij arbeidsproces zouden verloop en ziekteverzuim dalen, en
werknemers kunnen ontplooien en tevredenheid en motivatie stijgen → verhoogde
productiviteit
→ hard werken omdat je plezier hebt in je werk
Hawthorne-experimenten: onafhankelijk vd interventie in de arbeidsomstandigheden was de
arbeidsprestatie in eerste instantie hoger → belang van sociale condities.
Resultaten: productiviteit steeg vooral als ze zogenaamd ‘een aai over de bol kregen’; als er
aandacht werd besteed aan hun welzijn.
Achteraf veel kritiek: waren slecht opgezet. Maar zijn wel heel invloedbaar geweest.
En tegenwoordig?
De rol van scientific management is niet uitgespeeld → het veld heeft zich verbreed; denk
aan taakverdeling in restaurant welkom heten / wat wil je drinken / keuze menu / eten
uitserveren / rekening ; 1 voorbeeld van opsplitsen van 1 functie ‘serveerder in restaurant’
die worden verdeeld in verschillende functiedelen.
Mede op basis van Positieve Psychologie ook focus gelegd op andere aspecten zoals
motivatie, welzijn en werkbevlogenheid.
Doel: werknemers duurzaam produceren: Sustainable performance = streven naar goede
prestaties gecombineerd met aandacht voor gezondheid en welzijn (gedurende lange tijd!)
RECENTE VERANDERINGEN RONDOM ARBEID
5 Verschillende belangrijke veranderingen op het gebied van werk:
1. De aard van werk
→ verschuiving type baan; functies in dienstensector gegroeid (denk aan handel/vervoer /
horeca/ onderwijs etc)