Kick-off + geschiedenis van het arbeidsrecht + opfrissen kennis
Art. 6:170 lid 1 BW
Rg: werkgever is aansprakelijk
Rv a: fout ondergeschikte en
Rv b: de kans op de fout door de opdracht tot het verrichten van de taak is
vergroot en
Rv c: werkgever had zeggenschap over de gedragingen waarin de fout
was gelegen
Begripsbepaling:
- Arbeidsrecht (inclusief het ambtenarenrecht)
- Medezeggenschapsrecht
- Socialezekerheidsrecht
Verschil ambtenaar en werknemer:
Het is een eenzijdige aanstelling. De minister stelt jou aan in de functie
van beleidsmedewerker planologie in schaal 9. Je hoeft zelf niet te
tekenen, je bent gelijk aangenomen. Je kant het wel altijd opzeggen. De
verschillen zijn aan het verminderen. Ze worden steeds meer
gelijkgesteld.
Medezeggenschapsrecht:
De OR.
Het socialezekerheidsrecht:
Mensen die in een situatie zitten, waar ze niet zelf hun inkomen kunnen
verzorgen. Dan krijgen ze een bepaalde periode een uitkering tot ze een
baan hebben gevonden. Ook vallen volksverzekeringen hieronder. De
bekendste is de AOW. Ander voorbeeld is kinderbijslag.
Arbeidsrecht
Geheel van rechtsregels dat betrekking heeft op de arbeidsverhouding van
de onzelfstandige beroepsbevolking in de private en publieke sector.
Onzelfstandige beroepsbevolking is iemand in loondienst. Zelfstandige
beroepsbevolking zijn bijvoorbeeld ZZP’er en ondernemers. De private
sector is het bedrijfsleven: bv, nv etc. Publieke sector: rijk, provincie,
waterschappen etc.
Iedere maatschappij kent een organisatie met betrekking tot de
productiefactoren arbeid en kapitaal; geen maatschappij is denkbaar
zonder een of andere economische orde.
Met de economische orde varieert de organisatie van de
arbeidsverhoudingen naar tijd en plaats mee met hoe de economische
1
,orde is. Er wordt nu meer misbruik gemaakt van flexibele arbeid.
Werkgevers nemen mensen aan tot hun contract verloopt en geven ze
geen vast contract. De groep met een vast contract is klein. Nu de vaste
krachten schaars zijn, gaan werkgevers juist weer mensen vast in dienst
nemen.
Historie
Romeinse Rijk
Tegenwoordig is het houden van slaven verboden, maar in het Romeinse
rijk was het de normaalste zaak van de wereld.
Slaven hadden geen rechtspositie. Vrijgelaten slaven genoten een zeer
beperkte rechtsbescherming (geen geweld, uitvoering bepaalde
werkzaamheden, beloning in geld of onderdak en eten).
Vrijgeborenen werkten doorgaan niet en anders via de aanneming van
werk.
Middeleeuwen
Hebben 1000 jaar geduurd. In Europa kwam het feodale stelsel op.
Samenleving was vaak verdeeld in bidders, ridders en werkers. Arbeid
werd verricht door aan de grond verboden horigen. Het werk was vaak
beperkt tot eenvoudige agrarische en ambachtelijke werkers.
Nieuwe tijd
400 jaar. Organisatie van de arbeidsverhoudingen, verliep via het
gildewezen dat vooral in de nieuwe machtscentra, de steden tot bloei
kwam.
Nieuwe arbeid hiërarchie: meester, gezel, knaap
De gilden streefden naar monopolies via politieke invloed op de
stadbesturen.
Franse revolutie
Vrijheid, blijheid en broederschap. Nieuwe ideologie van de Franse
revolutie kwam ook in Nederland. Juridisch gecodificeerd in de Franse
Code Civil en het Burgerlijk Wetboek in Nederland. Alle mensen werden als
vrij en gelijkwaardige burgers beschouwd. Contractsvrijheid in het
algemeen. Positief voor de onzelfstandige beroepsbevolking: geen
horigheid meer, maar ook negatief, want er was weinig tot geen
bescherming.
De productiehuishouding bestond uit zelfstandige boeren en een klein
aantal industriële bedrijven.
Industriële revolutie
Welvaartsvergroting, maar ook grote problemen:
2
, - Concentratie van grote groepen arbeiders in fabrieken, die veelal
slecht gebouwd, onveilig en onhygiënisch waren.
- Kinder- en vrouwenarbeid werd mogelijk
- Arbeidstijden waren heel lang, mede door invoering van
gasverlichting. Werkweek van 60 uur was normaal.
- De lonen waren laag
- Slechte woningen
- Geen sociale zekerheid
Reactie op de sociale kwestie
- Strijd voor uitbreiding van het kiesrecht
- Vakbonden werden opgericht
- Stakingen voor betere arbeidsvoorwaarden
Oplossingen werden gevonden in beschermingsregels zoals het
kinderwetje van Van Houten. Voor het binden van de juridische
oplossingen werd veelvuldig aansluiting gezocht bij Duitse bepalingen, die
op hun beurt weer voortbouwden op de Romeinsrechtelijke traditie. De
basis werd gelegd voor het huidige sociale recht.
Sociaal recht gaat mee met de ups en downs van de economie. Bij een
crisis gaan we meer dereguleren.
Waar gaan we heen?
Mondialisering
- Optimisten: noodzakelijke arbeid zal tot een minimum worden
gereduceerd in de toekomst
- Pessimisten: door een nucleair conflict of natuurramp zal onze
maatschappelijke orde worden vernietigd.
- Arcadië (utopisch land): vrijwillig of gedwongen terug naar een
soberder samenleving omdat de uitputting van grondstoffen en
milieuvervuiling dit noodzakelijk maakt.
- Wereldorde gedomineerd dor multinationale ondernemingen en
internationale organisatie.
Rechtsbronnen
- Internationale verordeningen en/of verdragen
- Wet (Grondwet, BW, bijzondere bestuursrechtelijke wetten zoals de
Arbowet en het sociaalzekerheidsrecht, etc.)
- Jurisprudentie = uitspraak van de rechter
- CAO
- Gewoonterecht = komt niet veel meer voor. Voorbeeld: in de ene
stad moet je de maandelijkse huur naar de huisbaas brengen. In een
andere stad komt de huisbaas de huur juist ophalen.
Grondrechten
Klassieke grondrechten
3
, Art. 1, 3 – 13, 14 lid 1 en 3, 15 – 17 en 23 lid 2 Grondwet
De overheid blijft van ons af. Deze houden verboden in voor de overheid.
Absolute gelding behalve als de Grondwet inbreuken toestaat.
Sociale grondrechten
Art. 18 lid 2, 19-22 en 23 lid 1 Grondwet
Deze houden opdracht in voor de overheid.
Art. 7:658 lid 2 BW:
Rg: de werkgever is niet aansprakelijk
Rv1: werkplek op zodanige wijze ingericht en zodanige maatregelen zijn
getroffen, of
Rv2: gevolg opzet werknemer of
Rv3: gevolg bewuste roekeloosheid werknemer
Art. 6:162 BW:
Rg: schade vergoeden
Rv a: onrechtmatigheid (6:162 lid 2) en
Rv b: geen rechtvaardigingsgrond (6:162 lid 2) en
Rv c: toerekenbaar (6:162 lid 3) en
Rv d: schade (verdere interpretatie via 6:95 ev.) en
Rv e: causaal verband (6:162 lid 1: dientengevolge) en
Rv f: relativiteit (6:163)
6:170 lid 1 BW
Rg: werkgever is aansprakelijk
Rv a: fout ondergeschikte en
Rv b: de kans op de fout door de opdracht tot het verrichten van de taak is
vergroot en
Rv c: werkgever had zeggenschap over de gedragingen waarin de fout
was gelegen
6:170 lid 3 BW
Rg: werkgever verhaal op werknemer indien:
Rv 1: gevolg werknemer of
Rv 2: gevolg bewuste roekeloosheid werknemer
HUISWERK
- Boek arbeidsovereenkomstenrecht en
sociaalzekerheidsrecht: H2
- Reader onderdeel 2 – basis aangaan overeenkomsten: schets
van het Nederlandse arbeidsrecht
4
Voordelen van het kopen van samenvattingen bij Stuvia op een rij:
Verzekerd van kwaliteit door reviews
Stuvia-klanten hebben meer dan 700.000 samenvattingen beoordeeld. Zo weet je zeker dat je de beste documenten koopt!
Snel en makkelijk kopen
Je betaalt supersnel en eenmalig met iDeal, creditcard of Stuvia-tegoed voor de samenvatting. Zonder lidmaatschap.
Focus op de essentie
Samenvattingen worden geschreven voor en door anderen. Daarom zijn de samenvattingen altijd betrouwbaar en actueel. Zo kom je snel tot de kern!
Veelgestelde vragen
Wat krijg ik als ik dit document koop?
Je krijgt een PDF, die direct beschikbaar is na je aankoop. Het gekochte document is altijd, overal en oneindig toegankelijk via je profiel.
Tevredenheidsgarantie: hoe werkt dat?
Onze tevredenheidsgarantie zorgt ervoor dat je altijd een studiedocument vindt dat goed bij je past. Je vult een formulier in en onze klantenservice regelt de rest.
Van wie koop ik deze samenvatting?
Stuvia is een marktplaats, je koop dit document dus niet van ons, maar van verkoper Frank010. Stuvia faciliteert de betaling aan de verkoper.
Zit ik meteen vast aan een abonnement?
Nee, je koopt alleen deze samenvatting voor €5,49. Je zit daarna nergens aan vast.