Rechten voor de creatieve industrie samenvatting

Het recht zijn regels die we zelf hebben opgelegd als samenleving. Deze regels bepalen wat wij wel of niet kunnen doen en dit is gebaseerd op normen en waarden. Het recht heeft 4 belangrijke functies. Benoem deze 4 functies.

Antwoord: 1.Normatieve functie 2.Instrumentele functie 3.Aanvullende functie 4.Geschil oplossende functie

Er bestaan 3 verschillende rechtsbronnen: de wet, jurisprudentie en gewoonterecht. Waaruit bestaat de jurisprudentie?

Antwoord: Jurisprudentie is een rechtsbron dat bestaat uit een verzameling van uitspraken die door de rechter zijn gemaakt. (rechterlijke uitspraken)

Nationaal recht kun je opdelen in twee delen: het publiekrecht en het privaatrecht. Welke 3 rechten vallen onder publiekrecht en welke onder Privaatrecht?

Antwoord: Publiekrecht: -Staatsrecht -Bestuursrecht -Strafrecht Privaatrecht -Vermogensrecht -Intellectuele Eigendom

Trias politica door Montesquieu: een scheiding der machten namelijk, wetgevende macht, besturende macht en rechtsprekende macht. Welke van deze drie machten voert de wetten uit (dit wordt gedaan door de regering, het kabinet, de provinciale staat en/of de gemeente)

Antwoord: De besturende macht

Leg de 3 stappen van de rechtsgang uit:

Antwoord: 1. In de eerste aanleg: de rechtbank 2. In hoger beroep: gerechtshof 3. IN cassatie: hoge raad

Leg het begrip \'Intellectueel eigendom\' uit:

Antwoord: Alles wat voortkomt uit de menselijke geest. Je moet hierbij denken aan ideeën, creativiteit, concepten en dingen die uiteindelijk tot werkelijkheid worden gebracht. Intellectueel eigendom kun je niet vastpakken.

Waarom is het handig als illustrator zijnde om bewijs te verzamelen van de data waarop jij je creatie hebt gemaakt?

Antwoord: Op deze manier kun jij als illustrator gemakkelijk aantonen dat jij de eerste was met dat ontwerp indien je werk wordt gekopieerd.

Tot hoeveel jaar geldt het auteursrecht?

Antwoord: Auteursrecht geldt tot 70 jaar na de dood van de maker. De erfgenamen kunnen echter wel het recht erop krijgen maar daarna wordt het vrij gegeven en is het onderdeel van het publieke domein en de culturele geschiedenis.

Noem de 5 uitzonderingen die er zijn waarbij je geen toestemming/exceptie nodig hebt om dingen over te nemen:

Antwoord: 1. Onderwijsexceptie 2.Citaatrecht 3.Nieuwsexceptie 4.Incidentele verwerking 5.Parodie

Leg het begrip portretrecht uit:

Antwoord: Het gaat hier om het afbeelden van een persoon, dit kan echter in verschillende variaties terug komen. Denk aan: filmpjes, foto\'s, schilderijen, etc. Het is niet gericht op audio omdat daar geen persoon op afgebeeld kan worden en het is belangrijk dat je herkenbaar bent op het portret, dit kan ook een typerende houding zijn.

Het recht zijn de regels die we zelf hebben opgelegd in de samenleving, deze regels zorgen ervoor dat de samenleving goed geordend is. Het recht heeft 4 belangrijke functies, benoem deze functies:

Antwoord: 1.Normatieve functie 2.Instrumentele functie 3.Aanvullende functie 4.Geschil oplossende functie

Bij de normatieve functie van het recht wordt er duidelijk aangegeven wat wenselijk en onwenselijk gedrag is, bij de instrumentele functie worden de regels bepaald door de wetgever, bij de aanvullende functie worden wetten aangevuld indien mensen vergeten goede afspraken met elkaar te maken. Wat houdt de laatste functie (geschil oplossende functie) in?

Antwoord: Dit is de rechter, dit is het geval wanneer twee of meerdere partijen het conflict niet zelf kunnen oplossen.

Is de stelling goed of fout? Stelling: \'De normatieve functie van het recht geeft aan wat wenselijk en onwenselijk gedrag is.\'

Antwoord: Dit is goed

Er bestaan 3 verschillende rechtsbronnen waaruit geldend recht gekend kan worden. Benoem deze 3 rechtsbronnen.

Antwoord: 1.De wet 2.Jurisprudentie 3.Gewoonterecht

Een verzameling van de uitspraken van een rechter behoren ook tot een rechtsbron (1 van de 3). Hoe wordt de verzameling van de uitspraken van een rechter genoemd?

Antwoord: Jurisprudentie

Welk begrip hoort bij de volgende beschrijving: \'(....) geeft regels voor burgers, landen, ondernemingen van over de hele wereld en volkenrechtelijke organisaties. Deze regels bestaan enerzijds uit geschreven regels die samen tot stand zijn gekomen en anderzijds uit het gewoonterecht\'

Antwoord: Het volkenrecht

Het volkenrecht geeft regels voor burgers, landen, ondernemingen van over de hele wereld en volkenrechtelijke organisaties. Deze regels bestaan enerzijds uit geschreven regels die samen tot stand zijn gekomen en anderzijds uit het gewoonterecht. Leg uit wat het gewoonterecht is.

Antwoord: Dit zijn niet gecodifideerde regels, het is een gedragslijn (afgesproken hoe mensen zich moeten gedragen) en rechtsplicht.

Vul de lege vakken in: \'Elke land heeft zijn eigen rechten en regels voor zijn eigen grondgebied, dat betekend dat ieder land (..1..) is op eigen grondgebied, de Nederlandse wetgever alleen wetten mag maken voor de (..2..) burgers en indien landen samen gaan werken doen ze dit aan de hand van (..3..).

Antwoord: 1. Soeverein 2.Nederlandse 3.Verdragen

Klopt de stelling: \'Nationale en internationale relaties blijven lastig omdat ieder land soeverein is en dus nog steeds zelf mag bepalen.\'

Antwoord: Ja de stelling klopt. Er worden namelijk wel verdragen gemaakt, denk bijvoorbeeld aan internationale rechtsbronnen, je moet je hier ook eigenlijk aan houden maar omdat je nog steeds soeverein bent mag je het alsnog zelf bepalen.

Welke punt hoort niet tussen het rijtje als het gaat om de Europese Unie: 1. Er is een douane-unie 2. Landen zijn Soeverein 3. 19 van de 27 eu landen hebben hun munt ingeleverd voor de euro

Antwoord: 2. Landen zijn soeverein. De EU heeft de soevereiniteit ingeleverd